This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Dan kun je alle werkwoorden goed spellen.
Zo nee...
Leer dan wat het verschil is tussen een PV en een voltooid deelwoord.
PV:
- Op school ben ik altijd braaf geweest.
- Ik ben vaak met de bus naar school gegaan.
- Ik danste de hele avond.
VD:
- - Ik danste de hele avond. > geen VD!
In twee verschillende tijden:
1. Tegenwoordige tijd
--> vul lopen in en je hoort over een 't ' achter moet.
2. Verleden tijd
--> goed luisteren of er 'te' of 'de' achter de ik-vorm moet
--> twijfel (bijvoorbeeld bij 'plonzen')? Gebruik dan 't ex-kofschip
--> Maak het VD dan langer! Dan hoor je of het woord op een '-t of -d moet eindigen.
--> Nog steeds geen idee? 't ex-kofschip gebruiken
--> Vraag HKS extra uitleg
--> Bekijk de filmpjes in de volgende dia's/oefen met de sites
--> Oefen via de site van Talent