TH2E 17-11-20 CH3A

TH2E ~ français ~ 17-11-2020

Le saviez-vous?
Van oorsprong maakten bakkers croissants met gewone margarine. Deze croissants waren krom, courbé. Dat er later ook rechte croissants werden gemaakt, kwam door rivaliteit tussen boulangers en patissiers. Patissiers maakten namelijk een croissant au beurre, met roomboter. Om dat verschil aan te geven, gaven zij die croissants een rechte vorm.
1 / 11
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 2

This lesson contains 11 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

TH2E ~ français ~ 17-11-2020

Le saviez-vous?
Van oorsprong maakten bakkers croissants met gewone margarine. Deze croissants waren krom, courbé. Dat er later ook rechte croissants werden gemaakt, kwam door rivaliteit tussen boulangers en patissiers. Patissiers maakten namelijk een croissant au beurre, met roomboter. Om dat verschil aan te geven, gaven zij die croissants een rechte vorm.

Slide 1 - Slide

Vorige les

Repetitie

Slide 2 - Slide

Aan het einde van deze les...

  • ... kun je een gesprekje over school begrijpen.

  • ... ken je woorden die te maken hebben met school en vakken.

  • ... weet je hoe je met een ritme of melodie woorden kunt onthouden.

Slide 3 - Slide

Devoirs pour 19-11-2020


  • Faire: ex. 4 t/m 8 (p. 102-105)

  • Apprendre: vocabulaire A (p. 130)

Slide 4 - Slide

Le programme

  • Uitspraak voca A (p. 130)

  • Ex. 4 + 5 (p. 102-104)

  • Texte A + leesstrategieën

  • Zelfstandig werken

Slide 5 - Slide

Le programme

  • Ex. 4 + 5 (p. 102-104)
    1. Ex. 4 - deux minutes en silence
  • 2. Ex. 5 ensemble

  • Texte A + leesstrategieën

  • Zelfstandig werken

Slide 6 - Slide

Le programme

  • Ex. 4 + 5 (p. 102-104)

  • Texte A + leesstrategieën

  • Zelfstandig werken

Slide 7 - Slide

Leesstrategieën

1. Oriënterend lezen: titel, afbeeldingen -> onderwerp en soort tekst
2. Globaal lezen: inleiding, slot, tussenkopjes, eerste en laatste zin alinea's -> wie/waarover, wat, waar, wanneer, waarom, hoe
3. Intensief lezen: gehele tekst (je hoeft niet alle woorden te kennen om de tekst te begrijpen)

Slide 8 - Slide

Betekenis raden

Ken je een woord niet?

1. Kijk of het lijkt op een Nederlands, Engels, Duits woord die je kent
2. Kijk of je een deel van het woord kent
3. Herleid de betekenis uit de context
4. Zoek het op in lexique (p. 174) of een woordenboek


Slide 9 - Slide

Le programme

  • Ex. 4 + 5 (p. 102-104)

  • Texte A + leesstrategieën

  • Zelfstandig werken (15 minutes en silence)
    1. Faire: ex. 5c t/m 8 (p. 104-105)
    2. Apprendre voca A (p. 130)

Slide 10 - Slide

Aan het einde van deze les...

  • ... kun je een gesprekje over school begrijpen.


  • ... ken je woorden die te maken hebben met school en vakken.


  • ... weet je hoe je met een ritme of melodie woorden kunt onthouden.

Slide 11 - Slide