Les 11A: Quiz huishoudkunde

• Zorg en Welzijn
• Basisschool
• Voortgezet speciaal onderwijs
• Middelbare school
• Praktijkonderwijs
• vmbo lwoo
• Leerroute VL
• Groep 1

Huishoudkunde quiz

Wat gaan we leren?

Vandaag test jij je kennis over de afgelopen lessen.

Met welke doek droog je de vaat af?

1. Handdoek
2. Werkdoek
3. Vaatdoek
4. Theedoek

Wat is dit voor een doek?

1. Vaatdoek
2. Werkdoek
3. Theedoek
4. Handdoek

Wat is dit voor een doek?

1. Theedoek
2. Werkdoek
3. Handdoek
4. Vaatdoek

Wat is dit voor een doek?

1. Werkdoek
2. Theedoek
3. Handdoek
4. Vaatdoek

Wat denk je?

Ken jij de wassymbolen en pictogrammen?

1. Ja
2. Nee
3. Een beetje
4. Weet ik niet

Wat betekent dit wassymbool:

1. wassen op 30 graden
2. wassen op 40 graden
3. handwassen
4. niet wassen

Wat staat er vaak op het kledingetiket?

1. Maat, merk, wasvoorschrift, grondstoffen
2. wasvoorschrift, de naam en plaats van de winkel.
3. katoen, hoe je het moet wassen, het merk
4. symbolen

Wat betekent dit wassymbool:

1. Niet drogen in de wasdroger
2. Drogen in de wasdroger
3. Niet wassen in de wasmachine
4. Wassen in de wasmachine

Wat betekent dit symbool?

1. Anti kreukprogramma wassen op 40 graden
2. Droogprogramma op 40 graden
3. Wassen op 40 graden
4. Antikreukprogramma wassen op 60 graden

Wat betekent dit symbool?

1. Wassen op 30 graden
2. Wassen op 60 graden
3. Wassen op 40 graden
4. Wassen op 90 graden

Op welke 3 manieren sorteer je de was?

De opdracht

Je gaat nu een theedoek strijken.

Wij zetten de strijkplank en het strijkijzer voor je klaar.

Toets

                   Hoe scoor ik een 10?

1. Je loopt rustig mee naar het D&Z lokaal (0,5p)

2. Je pakt vier schone theedoeken (2,5p)

3.  Je vertelt waarom strijken belangrijk is (0,5)

4.  Je gaat recht achter de strijkplank staan (0,5)

5. Je houdt het strijkijzer op de correcte manier vast  (0,5)

6. Je strijkt volgens het stappenplan (1,5p)

7. Je strijkt vier theedoeken en vouwt deze op (1,5p)

8. Je ruimt je eigen spullen weer goed en droog op (2p)

9. Je loopt weer rustig mee terug naar het lokaal.(0,5p)

Vooruitblik

In de volgende les hebben wij een huishoudkunde quiz.

1. de wasmachine
2. de bonte was
3. de witte was
4. de fijne was

Wat is een textiel?

1. een T-shirt
2. een riem
3. Schoenen

wat is een voorbeeld van droog vuil?

1. roestvlekken
2. vieze vingers
3. kruimels