AF VB/MZ week 3 p1.

• afp
• MBO

Anatomie en fysiologie

Lesinhoud

- Terugblik vorige les

- Gemaakte opdrachten online

- vragenuurtje van voorgaande lessen

- theorie thema 2.1 t/m 2.3

- afsluiting

Terugblik vorige les

Anatomie

Fysiologie

Houdt zich bezig met het bestuderen van de opbouw van het menselijk lichaam

Is de wetenschap die zich bezighoudt met hoe het lichaam functioneert

Gaat over opbouw van cellen en spieren 

Gaat over het bewegen (van spieren en lichaam)

Anatomie is?

1. De bouw van het lichaam van alle levende wezens.
2. Hoe het lichaam in elkaar zit en hoe het werkt.
3. Stofwisseling.
4. Bouw van het lichaam van de mens.

Rechts op een plaatje is...

1. rechts vanuit de cliënt gezien
2. links vanuit de cliënt gezien
3. net zoals je afspreekt met een collega

Welk vlak is het rode vlak?

Subcutaan betekent

1. onder de huid
2. op de huid
3. in de huid
4. tussen de huid

00:16

Waarom al die moeilijke benamingen?

1. Zo klinkt het netter naar artsen toe
2. Op die manier heb je het allemaal over hetzelfde

00:59

Sagittaal deelt het lichaam in van beneden naar boven

1. juist
2. onjuist

01:08

Sagittaal en mediaan betekent hetzelfde

1. waar
2. niet waar

01:44

Je heup ligt .... van je buik

1. Lateraal
2. mediaal

03:40

Proximaal betekent...

1. richting de middellijn
2. richting de zijkant
3. richting de buik
4. richting de romp

Wat weet je nog over cellen?

Anatomie van de cel

Een cel kan zich in ieder deel van het lichaam bevinden

1. juist
2. onjuist

Zet de volgende onderdelen op volgorde van groot naar klein:

1

2

3

4

Cellen

Orgaanstelsel

Weefsel

Orgaan

Vul allemaal minstens 3 orgaanstelsels in (je mag er meer invullen als je er meer weet)

Er bestaan 4 basistypen weefsels, welke hoort er niet bij?

1. Zenuwweefsel
2. Spierweefsel
3. Vetweefsel
4. Dekweefsel

Thema 2 - Cellen

- 2.1 Inleiding

- 2.2 Kenmerken van leven

- 2.3 Cellen

2.1 Inleiding

- Cel = kleinste levende deel van het menselijk lichaam

- Vele miljarden cellen

- Zonder cellen onmogelijk om te leven

2.2 Kenmerken van leven

- Ander woord voor levend wezen = organisme

Kenmerken van leven:

1. stofwisseling

2. groei

3. prikkelontvangst en -verwerking

4. aanpassingsvermogen

5. beweging

6. voortplanting

2.3 Cellen

Levenscyclus van een cel:

Drie fasen:

1. Delingsfase --> mitose 

2. Groeifase --> de juiste afmeting en samenstelling

3. Functionele fase --> cel krijgt nieuwe bestemming

Huiswerk 

(zie ook planning in Teams)

- Maak, online, van de oriëntatie de evaluatie en reflectie.

- Lees uit je boek thema 2.1 t/m 2.3  blz. 30 t/m 33.

- Maak online van thema 2, opdracht 1 t/m 9.

* maak de oriëntatie online in Thieme af, indien je die nog niet klaar hebt!

Afsluiting;
Beschrijf 2 dingen:
1. wat je goed/leuk vond aan deze les
2. wat vond je minder leuk/goed aan deze les