H2.1 Sparen of beleggen (les 2)

Vandaag

Leg je boek (+schrift) klaar. Pen/potlood.

GEEN TASSEN OF ANDERE SPULLEN OP TAFEL.

timer

1:30

1 / 26

Slide 1: Slide

EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 26 slides, with text slides.

Items in this lesson

Vandaag

Leg je boek (+schrift) klaar. Pen/potlood.

GEEN TASSEN OF ANDERE SPULLEN OP TAFEL.

timer

1:30

Slide 1 - Slide

Vandaag

Huiswerk controle

Huiswerk nakijken

H2.1

Slide 2 - Slide

Huiswerk controle

Opdracht 1+2+3

blz 36 + 37

Aantekeningen in je schrift:

-Spaarmotieven

-rente

Rekenmachine, schrift én boek mee!

Slide 3 - Slide

Huiswerk nakijken

Opdracht 1+2+3

blz 36 + 37

Slide 4 - Slide

H2.1 Sparen of beleggen?

Slide 5 - Slide

Wat is sparen?

Slide 6 - Slide

Wat is sparen?

Niet uitgeven, maar (een deel van) je geld bewaren.

Slide 7 - Slide

Wat is beleggen?

Slide 8 - Slide

Wat is beleggen?

Investeren van geld in bijvoorbeeld aandelen of obligaties met het doel hieraan te verdienen. De opbrengst is onzeker.

Slide 9 - Slide

Spaarmotieven

Welke zijn er?

Slide 10 - Slide

Spaarmotieven

Sparen voor een doel: je wilt iets kopen wat duur is en hebt daar nog niet genoeg geld voor.

Slide 11 - Slide

Spaarmotieven

Sparen voor een doel: je wilt iets kopen wat duur is en hebt daar nog niet genoeg geld voor.
Sparen uit voorzorg: je wilt geld achter de hand hebben voor onverwachte gebeurtenissen.

Slide 12 - Slide

Spaarmotieven

Sparen voor een doel: je wilt iets kopen wat duur is en hebt daar nog niet genoeg geld voor.
Sparen uit voorzorg: je wilt geld achter de hand hebben voor onverwachte gebeurtenissen.
Sparen voor rente: je spaargeld levert extra inkomsten op.

Slide 13 - Slide

Spaarmotieven

Sparen voor een doel: je wilt iets kopen wat duur is en hebt daar nog niet genoeg geld voor.
Sparen uit voorzorg: je wilt geld achter de hand hebben voor onverwachte gebeurtenissen.
Sparen voor rente: je spaargeld levert extra inkomsten op.

Slide 14 - Slide

Wat is rente?

Steek je hand op!

Slide 15 - Slide

Wat is rente?

Vergoeding voor het sparen of lenen van geld.

Slide 16 - Slide

Leerdoelen

Ik kan voorbeelden van spaarvormen noemen.
Ik kan rekenen met enkelvoudige rente.

Slide 17 - Slide

Sparenvormen

De vormen verschillen in tijd dat je je geld op een rekening zet en de rente die je wilt ontvangen.

Slide 18 - Slide

Vrij opneembaar

Gewone spaarrekening - altijd geld opnemen

Variabele rente

Slide 19 - Slide

Spaardeposito

Op deze rekening staat het geld een afgesproken tijd vast.

Vaste rente

Slide 20 - Slide

Spaardeposito

Op deze rekening staat het geld een afgesproken tijd vast.

Vaste rente

Eerder opnemen? opnamekosten of boeterente

Slide 21 - Slide

Spaardeposito

Op deze rekening staat het geld een afgesproken tijd vast.

Vaste rente

Eerder opnemen? opnamekosten of boeterente

Slide 22 - Slide

Rente bij een spaarrekening

Slide 23 - Slide

Enkelvoudige rente

Schrijf dit op in je schrift!

Slide 24 - Slide

Enkelvoudige rente

Je hebt €1500 op een spaardeposito met 5% rente.

Na 1 jaar:

(5:100) x €1500 x 1 = €75

Slide 25 - Slide

Aan de slag!

blz 37 + 38

opdrachten 6 + 7

timer

7:00

Slide 26 - Slide

H2.1 Sparen of beleggen (les 2)

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Slide

More lessons like this

H2.1 Sparen of beleggen (les 2)

2.2 Sparen of beleggen?

H2.1 Sparen of beleggen (les 1)

Les zes 20-9-2022

Les zes 21-9-2022

2.2 Sparen of beleggen?

H2.1 Sparen of beleggen (les 4)

Les 7 op 6-3-2023