This lesson contains 53 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Lesson duration is: 60 min
Items in this lesson
Check TW3 1HV
Slide 1 - Slide
Binnenkort toetsweek...
Stof:
Être / avoir / werkwoorden op -er
U4 app 1 t/m 7 + 10 FN-NF
Slide 2 - Slide
La maison
Le bureau
La chambre
La salle de séjour
Le jardin
La salle de bains
Slide 3 - Drag question
ALLER is een
A
regelmatig werkwoord
B
onregelmatig werkwoord
Slide 4 - Quiz
Sur =
Slide 5 - Open question
Sur =
Slide 6 - Open question
Tegenover =
Slide 7 - Open question
Aller = ...............
A
zijn
B
gaan
C
hebben
D
doen, maken
Slide 8 - Quiz
je ___ (aller)
A
alle
B
va
C
vais
D
vas
Slide 9 - Quiz
Ik dans
A
Je danses
B
Je danse
C
Je danser
D
Je dansee
Slide 10 - Quiz
Jij eet
A
Tu mange
B
Tu manges
C
Tu manger
D
Tu mangent
Slide 11 - Quiz
Jullie houden van
A
Vous aimez
B
Nous aimons
C
Vous aimons
D
Nous aimez
Slide 12 - Quiz
Vul de uitgang aan: On termin___
Slide 13 - Open question
Vul de uitgang aan: Nous travaill___
Slide 14 - Open question
voor =
Slide 15 - Open question
Tu (aller)
A
vais
B
as
C
es
D
vas
Slide 16 - Quiz
vous (aller)
A
allez
B
allons
C
allerez
D
alliez
Slide 17 - Quiz
Ils .... (aller)
A
vais
B
vas
C
va
D
vont
Slide 18 - Quiz
Elle (aller)
A
vais
B
va
C
vas
D
a
Slide 19 - Quiz
Nous .... (aller)
Slide 20 - Open question
elles ... (aller)
Slide 21 - Open question
Louise .... (aller)
Slide 22 - Open question
Opdrachten
Ex. 3 + 4
Ex. 5 + 6 blz 114-117
Slide 23 - Slide
Programma
1. Herhalen werkwoord 'aller'
2. Nakijken ex. 8B, 8C, 8E
3. Ex. 3 + 4 (vocabulaire)
4. In groepjes tekst lezen + ex. 5 en 6
Doelen:
Ik kan het werkwoord aller vervoegen
Ik kan de belangrijkste informatie uit een tekst halen bij het thema wonen
Slide 24 - Slide
Leestekst U4
Groepjes van 4
4 taken verdelen:
1. Tijdbewaker
2. Woordzoeker
3. Schrijver
4. Gespreksleider
Slide 25 - Slide
Slide 26 - Slide
Slide 27 - Slide
Slide 28 - Slide
Woordzoeker
Wat doe ik? Ik ben verantwoordelijk voor het opzoeken van woorden die jullie niet kennen. Ik gebruik mijn boek en iPad
Slide 29 - Slide
Opdracht
Lees de tekst. Beantwoord de vragen van ex. 5 en 6 op blz. 114-117. Bedenk ook samen één nieuwe vraag bij de leestekst. Vul alles in op het antwoordblad en lever dit in bij de docent om 09:30 uur
Slide 30 - Slide
Programma
Woordjes quiz
Bespreken huiswerk
Ecouter: ex. 11
Doelen van vandaag:
Ik ken het Franse alfabet Ik kan mijn eigen naam spellen in het Frans
Slide 31 - Slide
Ik ga
A
Je vas
B
Je vais
C
Je va
D
Je suis
Slide 32 - Quiz
Het huis
A
La mason
B
Le maison
C
La maison
D
le mansion
Slide 33 - Quiz
La porte =
Slide 34 - Open question
Wij gaan
A
Nous allez
B
Nous allons
C
Vous allez
D
Ils vont
Slide 35 - Quiz
La voiture =
Slide 36 - Open question
La circulation
Slide 37 - Open question
Tout droit =
Slide 38 - Open question
La fenêtre
Slide 39 - Open question
Zij gaat
A
Elles vont
B
Il va
C
Vous allez
D
Elle va
Slide 40 - Quiz
La maison
Le bureau
La chambre
La salle de séjour
Le jardin
La salle de bains
Slide 41 - Drag question
Nakijken en bespreken
Blz. 114-117
Welke vragen van ex. 5 en 6 kwam je niet uit?
8BCE
Slide 42 - Slide
Doelen van vandaag:
Ik ken het Franse alfabet
Ik kan mijn eigen naam spellen in het Frans
Slide 43 - Slide
Slide 44 - Video
Écouter
Tips & strategieën, blz. 160
Ex. 11 (alfabet)
Ex. 12, 13
Slide 45 - Slide
Les devoirs
Leer het alfabet
Lundi (le 12 février): oefen luistertoets
Slide 46 - Slide
Dit weet ik na vandaag:
Slide 47 - Open question
Dit is nog onduidelijk:
Slide 48 - Open question
Hoe bereid jij je voor op de toetsweek, op de toets Frans?
Slide 49 - Open question
Deze onderdelen van de proeftoets gingen goed:
Slide 50 - Open question
Deze onderdelen van de proeftoets gingen nog niet goed:
Slide 51 - Open question
Noteer welke vragen jij nog hebt na vandaag:
Slide 52 - Open question
Welk huiswerk geef jij jezelf op voor morgen op basis van de oefentoets van vandaag?