Les 5: Verzekeren

Recht
Verzekeringen
1 / 29
next
Slide 1: Slide
rechtMBOStudiejaar 2

This lesson contains 29 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Recht
Verzekeringen

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Planning vandaag

- Wat hebben we gehad
- Doel
- Samenlevingsvormen en fiscale gevolgen van keuze          
    ondernemingsvorm
- Verwerking
- Afsluiting.

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Lesdoel
Aan het einde van de les kan ik de 4 belangrijkste ondernemingsvormen voor de retail noemen, met hun belangrijkste kenmerken. ( voor- en nadelen)

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Wat hebben we gehad?
Hoe zet je een eigen onderneming op.
Welke rechtsvormen zijn er. 
Welke samenlevingsvormen zijn er.

Slide 4 - Slide

Startperiode van max 26 weken met 29% korting op uitkering
Urenkorting ( aantal uren tegen fictief loon in aftrek op de uitkering)
Als je een eenmanszaak hebt maar je wilt het wel goed regelen voor oa je partner. Hoe kun je dit het beste doen?
A
Trouwen op huwelijkse voorwaarde
B
Trouwen in gemeenschap van goederen
C
Samenlevingscontract
D
Langs een advocaat te gaan

Slide 5 - Quiz

This item has no instructions

Op wiens vermogen kan een schuldeiser huishoudelijke schulden verhalen als partners zijn getrouwd op huwelijkse voorwaarden?
A
Uitsluitend op het vermogen van degene die de schuld is aangegaan.
B
Schulden ten behoeve van de huishouding kunnen uitsluitend worden verhaald op een gezamenlijk vermogen.
C
Schulden ten behoeve van de huishouding kunnen op elk der partners worden verhaald.
D
Alle antwoorden zijn juist

Slide 6 - Quiz

This item has no instructions

Wanneer is het verstandig om huwelijkse voorwaarden aan te gaan, alvorens te gaan trouwen?
A
Als je iedere hoofdelijke aansprakelijkheid voor huishoudelijke schulden wil voorkomen
B
Als je een hekel hebt aan jouw partner
C
Als je gemakkelijker wil scheiden als het fout gaat.
D
Als je een eenmanszaak hebt en je wilt het vermogen van jouw huwelijks partner beschermen

Slide 7 - Quiz

This item has no instructions

Welke van de onderstaande begrippen lijkt het meest op een huwelijkscontract?
A
Een geregistreerd partnerschap
B
een ritueel.
C
Een samenlevingscontract
D
een verloving

Slide 8 - Quiz

This item has no instructions

Nakijken 
Opdracht 6 tm 10 H2

Slide 9 - Slide

Verschil geregistreerd partnerschap en huwelijk. Bij ontbinden zonder kinderen niet naar de rechter. 
Bij huwelijk beide partners automatisch ouders. 

Doel
Aan het einde van deze les weet ik de belangrijkste kenmerken van samenlevingsvormen en de voor- en nadelen als ondernemer.
Ook kan ik de fiscale gevolgen uitleggen. 

Slide 10 - Slide

Startperiode van max 26 weken met 29% korting op uitkering
Urenkorting ( aantal uren tegen fictief loon in aftrek op de uitkering)

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Wat is verzekeren?

Het beperken of verspreiden van risico's.



Het moet een onzeker voorval zijn. (Je weet niet zeker of het gaat gebeuren)
Het moet niet beïnvloedbaar zijn. ( Bijvoorbeeld verkeersboetes)

Uitsluitingen bijvoorbeeld schade door oorlogen of terroristische aanslagen.

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Wederzijdse verplichtingen
Verzekeraar moet schade betalen
Verzekerde moet premie betalen.
Je maakt afspraken over welke schade en de hoogte van de uitkering.  (Polis)

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Soorten verzekeringen

  • Schadeverzekering
  • Sommenverzekeringen

Slide 14 - Slide

This item has no instructions


Schadeverzekering
Opstalverzekering
Opstalverzekering
Geldverzekering ( waardepapieren)
Aansprakelijkheids- verzekering bedrijven (AVB)
Aansprakelijkheids- verzekering gebouwen
Bedrijfsschadeverzekering
Transportverzekering

Glasverzekering
Motorrijtuigenverzekering (WA, WA+, All Risk)
Rechtsbijstandverzekering
Arbeidsongeschiktheids- verzekering
Kredietverzekering 1 (eigen schulden aflossen.)
Kredietverzekering 2 ( bijv. dubieuze debiteuren)

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Sommenverzekeringen
van tevoren word vastgelegd welk bedrag (de som) wordt uitgekeerd bij een bepaald voorval.

kapitaalverzekering: betaalt in één keer een bedrag uit.
renteverzekering: er wordt regelmatig, bijvoorbeeld elke maand, een bedrag uitbetaald.


                                                               


Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Fiscale gevolgen
De drie belangrijkste soorten sommenverzekeringen zijn:

  • Ongevallenverzekeringen
  • Levensverzekeringen: 4  vormen namelijk:
  •                                            Na jouw overlijden krijgen nabestaanden uitkering  
  •                                            Na een bepaalde datum een uitkering
  •                                             Een combi
  •                                                
  • Arbeidsongeschiktheidsverzekeringen (deze wordt besproken in paragraaf 3.9)


                                                               


Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Levensverzekeringen: 4 vormen namelijk:
  •  Na jouw overlijden krijgen nabestaanden uitkering
  •  Na een bepaalde datum een uitkering
  •  Een combi van de 2 bovenstaande mogelijkheden
  • Een periodieke uitkering voor jou of je nabestaanden.
Redenen: Schulden aflossen of oudedagvoorziening


                                                               


Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Levensverzekeringen
Overlijdensrisicoverzekering
 Uitkering als je voor een bepaalde datum komt te overlijden. 

Reden vaak hypotheek.


Compagnonverzekering.



                                                               


Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Afsluiten verzekering
Zelf of verzekeringskantoor (tussenpersoon)

AFM ( Autoriteit Financiele markten)

Direct Writer: Verzekeraar die direct verzekeringen afsluit met klant. 


                                                               


Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Polis
Voorbeeld, zie boek. 

Polisblad met bijlagen.
Bijlagen -> polisvoorwaarden

Polisblad: hoogte premie en eigen risico. Verzeringsnemer, Verzekerd bedrag.


                                                               


Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Verzekeringskosten
Premie: voor dat bedrag neemt de verzekeraar het risico over.
Poliskosten: administratiekosten (afsluitkosten)
Assurantiebelasting: 21% van de premie en poliskosten


                                                               


Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Verzekeringskosten

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Verzekeringskosten
Eigen risico
 Vast bedrag
%


                                                               


Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Verzekeringskosten
Premie: voor dat bedrag neemt de verzekeraar het risico over.
Poliskosten: administratiekosten (afsluitkosten)
Assurantiebelasting: 21% van de premie en poliskosten


                                                               


Slide 25 - Slide

This item has no instructions


Maken opgaven 1 tm 3  Hoofdstuk 3.
Gezamenlijk nakijken.
Ben je eerder klaar. Probeer een mindmap/ 
samenvatting te maken van hoofdstuk 3. 



timer
15:00

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Huiswerk
Geen


Slide 27 - Slide

This item has no instructions

Wat heb je onthouden?

Slide 28 - Slide

This item has no instructions

Slide 29 - Slide

This item has no instructions