4.4 Vergelijkingen oplossen

• Wiskunde
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 4

Een sportvereniging organiseert een sponsorloop. Bij de opbrengst van Rahim hoort de formule opbrengst=5+0,5a. Hierin is a het aantal gelopen rondjes.
Hoeveel startgeld krijgt Rahim?

Terugblik-opdracht

Zet je camera aan en je microfoon uit.

Pak je pen, schrift en rekenmachine.

Welke vergelijking hoort
bij de weegschaal?

1. 5+4b=3b+2
2. 4b+2=2b+5
3. 4b+5=2b+2

Leerdoelen

T1: Je kan een vergelijking oplossen met grafieken.

T1: Je kan een vergelijking oplossen met de balansmethode.

T1: Je kan een vergelijking oplossen met inklemmen.

T2: Je kan herkennen met welke methode (met grafieken, balansmethode, inklemmen) je een vergelijking kan oplossen.

Vergelijkingen oplossen

• Grafieken getekend en goed af te lezen > snijpunten aflezen
  Als er staat "bereken" mag je niet aflezen!
• Lineaire vergelijking > balansmethode
• Moeilijke formule > inklemmen 

Vergelijkingen oplossen

Beschrijven deze twee formules hetzelfde verband?
opbrengst=5+0,5a
a=2xopbrengst-10
Schrijf je aanpak op.

Welke methode gebruik je?

1. Snijpunten aflezen
2. Balansmethode
3. Inklemmen

Welke methode gebruik je?

1. Snijpunten aflezen
2. Balansmethode
3. Inklemmen

Welke methode gebruik je?

1. Snijpunten aflezen
2. Balansmethode
3. Inklemmen

Aan de slag

Nabespreking

Begrippen uit deze les

Vergelijking

Aflezen

Balansmethode

Inklemmen

Schrijf 2 dingen op die
je deze les hebt geleerd

Huiswerk

Hoofdstuk 4 paragraaf 4

opdracht 51 t/m 55

Stel 1 vraag over iets dat je
deze les nog niet zo goed hebt begrepen