Doe: Sparen SML

Doe!
Thema: sparen
Vak: Doe
Onderwijsassistent:
  • Mevr. Wijnmaalen
Docenten:
  • Mevr. Vingerhoets
  • Mevr. Smaili
1 / 23
next
Slide 1: Slide
BeroepsoriëntatieMiddelbare schoolvmbo lwooLeerjaar 1

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

Doe!
Thema: sparen
Vak: Doe
Onderwijsassistent:
  • Mevr. Wijnmaalen
Docenten:
  • Mevr. Vingerhoets
  • Mevr. Smaili

Slide 1 - Slide

Aanwezigheidsregistratie
Aanwezigheid zal door de docent aan het begin van de les geregistreerd worden. 

Ben je te laat?
Aan het eind van de les is het JOUW verantwoordelijkheid om bij de docent aan te geven dat je te laat was zodat dit aangepast wordt in SOM2day. 

Slide 2 - Slide

Lesprogramma
  • Lesdoelen
  • Wat is sparen ? 
  • Samenwerkingsopdracht sparen
  • Praktisch aan de slag
  • Nabespreken
  • Tips en tops
  • Evaluatie

Slide 3 - Slide

Lesdoelen
  1. Aan het einde van de lessenreeks weten de leerlingen waarom sparen belangrijk is.
  2. Aan het einde van de lessenreeks kennen de leerlingen verschillende manieren om te sparen.
  3. Aan het einde van de lessenreeks hebben de leerlingen een eigen spaarpot ontworpen als praktische opdracht.

Slide 4 - Slide

Wat is sparen?
A
Geld dat je apart zet voor later.
B
Geld dat je moet terugbetalen.

Slide 5 - Quiz

Bij welk profiel sluit dit onderwerp aan?

Slide 6 - Mind map

Wie spaart er of heeft er weleens gespaard?

Slide 7 - Mind map

Belang van sparen
  1. Voorbereid zijn op onverwachte uitgaven
    Bijvoorbeeld een kapotte fiets of een cadeau.

  2. Dromen en doelen bereiken
    Sparen helpt je om iets te kopen wat je écht graag wilt,.

  3. Geen schulden maken
    Als je spaart, hoef je minder snel te lenen.

  4. Een goed gevoel
    Het geeft trots en voldoening als je genoeg hebt gespaard voor iets dat je graag wilt.

Slide 8 - Slide

Waarom is het belangrijk om te sparen?
A
Omdat je altijd iets nieuw wilt kopen.
B
Om veilig te zijn en onverwachte kosten te dekken.
C
Omdat iedereen het doet.
D
Omdat sparen saai is.

Slide 9 - Quiz

Waar zou jij heel graag voor willen sparen?

Slide 10 - Mind map

Hoe kan je nou geld sparen?
Geld sparen kan eenvoudig zijn met een paar slimme tips:

  1. Stel een doel: Bedenk hoeveel je wilt sparen en in welke tijd.
  2. Maak een budget: Houd je inkomsten en uitgaven bij om te zien waar je kunt besparen.
  3. Besparen op uitgaven: Zoek naar manieren om minder uit te geven, zoals goedkopere merken of minder vaak uit eten.
  4. Gebruik een spaarpot: Stop elke keer dat je geld over hebt, het in een spaarpot om je vooruitgang te zien.

Slide 11 - Slide

Wat kun je doen met het geld dat je hebt gespaard?
A
Het meteen uitgeven.
B
Het gebruiken voor toekomstige doelen, zoals een vakantie.
C
Het verstoppen en er nooit meer naar kijken.
D
Het geven aan vrienden.

Slide 12 - Quiz

Samenwerkingsopdracht
Beantwoord in tweetallen deze vragen:

  1. Wat kan er gebeuren als je geen geld spaart voor onverwachte uitgaven?
  2. Hebben jullie een spaarpot of een andere manier om geld opzij te zetten? Waarom wel of waarom niet?
  3. Wat zou je doen als je een groot bedrag ineens zou sparen? (bijvoorbeeld: je krijgt geld van je verjaardag of een speciale gelegenheid)

Slide 13 - Slide

Spaarplan opstellen

Maak in tweetallen een eenvoudig spaarplan voor een doel dat jullie willen bereiken, zoals iets kopen of een activiteit doen.

Bereken hoeveel geld je nodig hebt en hoeveel je per week of maand moet sparen om het doel op tijd te halen. 

Zie opdracht met vragen die je gaat beantwoorden!

Slide 14 - Slide

De opdracht: 
Iedereen heeft in tweetallen beschreven over een spaardoel. Je weet nu:

  • Waarvoor je wilt sparen.
  • Hoeveel geld je nodig hebt.
  • Hoe je dit gaat aanpakken.

Om je spaardoel te halen, ontwerp en maak je nu je eigen spaarpot. Gebruik je creativiteit, aan de slag!

Slide 15 - Slide

Wat kies jij?
Kies één van deze twee opdrachten!

Opdracht 1:
Ontwerp en maak een eenvoudige spaarpot van materialen zoals karton en papier, waarbij je een gleuf toevoegt om geld in te stoppen.

Opdracht 2: Ontwerp een ingewikkeldere spaarpot met meerdere vakken, en gebruik materialen zoals hout of plastic om je spaarpot te maken.

Slide 16 - Slide

Stap 1: Voorbereiding
  1. Bedenk een spaarpot ontwerp.
  2. Kies een basis voor je spaarpot (blik, fles, doos).
  3. Bedenk een thema dat past bij je spaardoel (bijv. een voetbalspaarpot, snoepdoos of reisdoos).

Slide 17 - Slide

Stap 2: Materialenlijst maken + verzamelen
Wat heb jij nodig voor het maken van je spaarpot? Maak een lijst, hieronder wat tips:

  1. Een leeg blik, plastic fles, of schoenendoos.
  2. Verf, markers, gekleurd papier, stickers.
  3. Scharen en lijm.
  4. Glitter, lintjes, stempels.
  5. Mesje (voor de gleuf, alleen door de docent).

Slide 18 - Slide

Stap 3: Gleuf maken
  1. Waar wil jij een gleuf hebben voor je spaarpot?
  2. Vraag de docent om een gleuf te snijden waar het geld in kan.
  3. De gleuf moet groot genoeg zijn voor muntjes en briefjes.


Slide 19 - Slide

Stap 4: Decoreren
  1. Bekleed je spaarpot met gekleurd papier of verf hem in jouw favoriete kleuren.
  2. Gebruik stickers, linten, en andere decoraties om je thema uit te werken.
  3. Schrijf er een tekst op, zoals: "Mijn Game Potje" of "Vakantie Sparen".
  4. Controleer of de gleuf goed werkt.
  5. Laat de spaarpot drogen als je verf hebt gebruikt.

Slide 20 - Slide

Stap 5: Presenteren
Iedere leerling gaat zijn/haar spaarpot en het spaardoel kort presenteren aan de klas. Geef tijdens je presentatie antwoord op de volgende vragen:

  1. Waarom is sparen belangrijk?
  2. Wat is jouw spaardoel en waarom heb je hiervoor gekozen?
  3. Hoeveel geld denk je nodig te hebben om jouw doel te bereiken?
  4. Hoe wil je het geld bij elkaar sparen?
  5. (Bijvoorbeeld: zakgeld sparen, klusjes doen, minder uitgeven.)
  6. Waarom vind je het belangrijk om voor dit doel te sparen?

Slide 21 - Slide

Nabespreken spaarpot
  1. Wat ging goed in je werkhouding?
  2. Welke onderdelen waren moeilijk voor jou?
  3. Wat heb je geleerd?
  4. Hoe heb je samengewerkt?
  5. Wat zou je willen verbeteren?
  6. Zijn er dingen die je anders zou aanpakken in de toekomst?
  7. Heb je nog vragen of onduidelijkheden?
  8. Zijn er onderwerpen waar je meer over wilt weten?

Slide 22 - Slide

Tips en tops
  1. Wat vond je het beste aan deze les?
  2. Heb je tips voor anderen?
  3. Wat zou je anders willen zien in de les?
  4. Zijn er dingen die je hebt geleerd die je zou willen delen?

Slide 23 - Slide