Vwo 4 Nectar 2.1

• Biologie
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 4

Paragraaf 2.1

Deze periode (TW2)

• Hoofdstuk 2: Cel en leven
• Hoofdstuk 4: Voortplanting

Deze periode (TW2)

Deze periode (TW2)

Leerdoelen 2.1

Van klein naar groot:

• molecuul
  
• organel
• cel
• weefsel
• orgaan
• organisme
• populatie
• ecosysteem
• systeem aarde

Organisatieniveaus

Organisatieniveaus

Emergente eigenschappen

Levenskenmerken

Stamcellen

Stamcellen

Vanaf 2:15

Verhouding oppervlak / volume

Zet de organisatieniveau's op volgorde van GROOT naar KLEIN.

Organisme

Weefsel

Ecosysteem

Populatie

Celorganel

Cel

Celorganel

Cel

Molecuul

Weefsel

Orgaan

Orgaanstelsel

Organisme

Populatie

Ecosysteem

Welk organisatieniveau??

Orgaan

Weefsel

Cel

Organisme

Molecuul

Insuline

Alvleesklier transplantatie

Stamcel transplantatie

Patiënt met diabetes

Welke eigenschap is emergent?

1. Door toestroom van lucht ontstaat zuurstofrijk bloed in de longen
2. Door de toename van het aantal ijsberen verdwijnt de kolonie lemmingen op spitsbergen
3. Zenuwcellen geven impulsen door aan je spieren. Hierdoor is er beweging van het skelet mogelijk
4. De combinatie van gassen in de lucht vormt de luchtdruk in de longblaasjes

Leerdoelen 2.1

• Lezen paragraaf 2.2 (5 min!)
• Maken 2.1: opdracht  2-4, 7-10, 12, 13, 17, 20, 21 
  

Aan het werk