Les 7. Rekendidactiek facultatief

Les 7. Rekendidactiek - facultatieve les (herhaling) - 2022







  • Herhaling alle paragrafen rekenen
  • Oefenvragen maken
  • 30 seconds met alle begrippen
  • Evt. uitleg micro/macro
  • Evt. herhalingsvragen en/of uitleg taal

Waar hebben jullie behoefte aan?
Toets do 23 juni: 2e en 3e uur
  • H1 (algemeen)
  • H3 (taal)
  • H4 (rekenen)
1. Rekenen in ontwikkeling (4.1)
2. Voorbereid rekenen (4.2)
3. Voorbereid rekenen en aanvankelijk rekenen (4.3)
4. Aanvankelijk rekenen (4.3)
5. Voortgezet rekenen (4.4) 
6. Voorgezet rekenen (4.4) & diagnostische toets
7. Facultatief (herhaling en inoefenen rekenen(taal).
1 / 18
next
Slide 1: Slide
OnderwijsassistentenMBOStudiejaar 4

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Les 7. Rekendidactiek - facultatieve les (herhaling) - 2022







  • Herhaling alle paragrafen rekenen
  • Oefenvragen maken
  • 30 seconds met alle begrippen
  • Evt. uitleg micro/macro
  • Evt. herhalingsvragen en/of uitleg taal

Waar hebben jullie behoefte aan?
Toets do 23 juni: 2e en 3e uur
  • H1 (algemeen)
  • H3 (taal)
  • H4 (rekenen)
1. Rekenen in ontwikkeling (4.1)
2. Voorbereid rekenen (4.2)
3. Voorbereid rekenen en aanvankelijk rekenen (4.3)
4. Aanvankelijk rekenen (4.3)
5. Voortgezet rekenen (4.4) 
6. Voorgezet rekenen (4.4) & diagnostische toets
7. Facultatief (herhaling en inoefenen rekenen(taal).

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Deel jouw beste studietip

Slide 2 - Mind map

This item has no instructions

4.1 in vogelvlucht

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

4.2 in vogelvlucht
Betekenissen getal
  • Aantal-aspect: bouwsel van 7 blokken
  • Rangorde-aspect: het telgetal, zoals de zevende knikker (eerste)
  • Meet-aspect: een strook van 7 staafjes lang (25 meter, 5 km, enz.)
  • Reken-aspect: 3 erbij 4 is 7
  • Coderings-aspect: getal als naam. huisnummer 7

Fases tellen
Fase 1. Subiteren (het herkennen van kleine hoeveelheden in één oogopslag) 
Fase 2. Akoestisch tellen (opzeggen willekeurige getallenrijen) - geluidsfragment Siem - 3 jr
Fase 3. Synchroon tellen (hardop tellen en het aanwijzen van voorwerpen gebeurt tegelijkertijd) - 4 jr
Fase 4. Geordend tellen (voorwerpen ordenen tijdens het tellen, paarsgewijs tellen) - 'structurerend tellen' 4-5 jr
Fase 5. Resultatief tellen (beginnend met 1, alle voorwerpen maar één keer tellen en de juiste hoeveelheid a/h eind) - 5 j
Fase 6. Resultatief, verkort tellen (direct 4 en daarna doortellen) - 5,5 jr
Fase 7. Niet tellen (direct herkennen van hoeveelheden tot 10, vanaf groep 3 direct automatiseren tot 20) - 6jr

Inzicht:
  • Conserveren
  • Classificeren (overeenkomsten-wie ishet)
  • Seriatie (verschillen, reeksen)
  • Één-één-correspondentie
  • Incidenteel leren: iemand leert onbedoeld, per toeval
  • Intentioneel leren: vooraf een leerdoel en een plan

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

4.3 in vogelvlucht
  • incidenteel -> informele kennis (kleuters)
  • intentioneel ->  formele kennis (vanaf gr3)

  • handeling-formule koppeling

  • verschil memoriseren en automatiseren


Galpering
1. De oriëntatie op het probleem
2. Het uitvoeren van de handeling
3. De materiele (deel)stappen en de hele handeling worden verbaal begeleid
4. Uitvoeren v/d handeling zonder materialen waarbij de ll in hoofd handeling opzegt 
5. De handeling is verinnerlijkt

  • Busmodel (3 verschillende)
  • Rekenrek (overgang van bus naar rek)

Steunpunten tot 10
  • Verdubbelingen (3+3) en halveringen (8-4)
  • Vijfstructuur (5+2=7; 7-5=2)
  • Geautomatiseerde of berekende opgaven (7-4=3 is bekend dus 7-3=4)
Strategieën tot 20
  • Afsplitsen v/e bekende som/ handig rekenen
  • Afleiden: de aftreksom wordt opgelost door bijbehorende optelsom (9-4 = ... 5 want 5+4 = 9)
  • Aflezen: het visualiseren v/d som
  • Telmethoden: bijstellen, doortellen, wegtellen of terugtellen

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

4.4 in vogelvlucht
  • lijnmodel
  • groepjesmodel
  • combinatiemodel

hoofdrekenstrategieën tot 100
  • tellen
  • rijgen
  • splitsen
gevarieerd hoofdrekenstrategieën 
  • wisselen (som omdraaien + x)
  • schakelen (som verplaatsen + x -> mooie combi's)
  • verdelen(splitsen) x : 2 x 18 = 2 x 10 en 2 x 8
  • termen veranderen (15 + 20 - 1 ipv 15+19) 
  • vergroten en verkleinen  x (8 x 12,50 = 4 x 25)
  • vergroten of verkleinen : (: 2,4: 6 -> 24:6)
 
Strategieën traditioneel vs realistisch
  • Cijferen en kolomrekenen
  • Staartdeling en hapmethode

-> voordelen en verschillen noemen

Gebruik maken van rekenfeiten

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Keuze zelfstandig
  • Zelfstandig aan de slag met oefenvragen
  • Samen met een klasgenoot(of meerdere) aan de slag met oefenvragen

Klaar met oefenvragen? 
  • Bedenk zelf vragen en antwoorden - zet ze in het bestand.
  • Maak een samenvatting

Evt. nog een aantal oefenvragen taal
Evt. uitleg differentiatie en/of taal

timer
15:00

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

30 seconds
Je schrijft op kaartjes steeds 3 begrippen op (van H1, H2 en H4). 
Omschrijf ze aan de ander. 



timer
10:00

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

§ 1.6 Differentiëen
Differentiëren = aanpassen aan verschillen




Hoe doe jij dit?
Op macroniveau > bijv. op basis van niveau klassen maken
                                     (MBO/VO)
Op microniveau > differentiatie binnen een klas 

Convergente differentiatie > bijv. verschil in hoeveelheid
                                                          instructie per leerling (3 instructies)
Divergente differentiatie     > iedereen werkt op zijn/haar
                                                          eigen niveau

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Convergente differentiatie
Bij convergente differentiatie wil je dat alle leerlingen dezelfde (minimum)doelen halen. Zo houd je de klas qua niveau meer bij elkaar. Het uitgangspunt is klassikaal onderwijs.

Iedereen doet in de basis dezelfde opdrachten en krijgt dezelfde klassikale instructie van jou. Vervolgens gaan leerlingen zelfstandig aan het werk. Zwakke leerlingen krijgen dan extra uitleg en ondersteuning. Sterkere leerlingen die snel werken, krijgen extra opdrachten.

Wat kan een nadeel zijn van convergente differentiatie?

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Divergente differentiatie
Bij divergente differentiatie geef je verschillende groepen leerlingen verschillende doelen.
Deze vorm van differentiatie leidt in principe tot steeds grotere niveauverschillen.


Doordat je leerlijnen aanbiedt die passen bij het niveau van leerlingen, krijgen sterkere leerlingen meer ruimte en middelen om een hoger niveau te behalen. Ook gemiddelde en zwakkere leerlingen krijgen leerlijnen die bij hun niveau passen.

Kun je ook een nadeel bedenken bij deze vorm van differentiatie?

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

1. Welk woord is gespeld volgens het syllabisch principe?
A
bomen
B
vervolg
C
minste
D
krant

Slide 12 - Quiz

Verenkelingsregel (ve -- ter) syllabisch is verenkelings en verdubbelingsregel

d= regel van de gelijkvormigheid
2. Meester Pim komt de klas binnen als kok met een spatel. De kinderen leren vandaag het woordje 'spatel'. Met welke stap is hij bezig?
A
Voorbewerken
B
Semantiseren
C
Consolideren
D
Controleren

Slide 13 - Quiz

This item has no instructions

3. Amber van 3 jaar is lekker aan het kletsen en verzint zelf nieuwe woorden voor voorwerpen die ze niet kan benoemen.

In welke fase bevindt zij zich?
A
De voortalige fase
B
De vroegtalige fase
C
De differentiatie fase
D
De voltooiingsfase

Slide 14 - Quiz

This item has no instructions

4. Juf Iris laat de kinderen uit haar klas het woordje 'tak' splitsen in klanken ( t - a - k).

Welke vaardigheid wordt geoefend?
A
Auditieve discriminatie
B
Auditieve synthese
C
Temporeel ordenen
D
Auditieve analyse

Slide 15 - Quiz

Zit ook een stukje temporeel ordenen in: volgorde onthouden

Zet de 5 handelingen van Galperin in de goede volgorden.
gebruik de materialen bij je berekening
de handeling is verinnerlijk
oriënteer het probleem
uitvoeren zonder materialen waarbij de leerling het uit zijn hoofd moet doen
uitvoeren en handeling

Slide 16 - Drag question

This item has no instructions

Modellen
Lijnmodel
Groepjesmodel
Combinatiemodel
Getallenlijn
Kralenketting
Liniaal
Turven
Geld
Zak snoepjes
Rekenrek
Honderveld
Eierdoos

Slide 17 - Drag question

This item has no instructions

Afronding
Toets do 23 juni: 2e en 3e uur
H1 (algemeen), H3 (taal) en H4 (rekenen)


Succes met bestuderen!


Slide 18 - Slide

This item has no instructions