les degrés de comparaison

de trappen van vergelijking
1 / 35
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 3,4

This lesson contains 35 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

de trappen van vergelijking

Slide 1 - Slide

om dingen/mensen met elkaar te vergelijken 
gebruik je de trappen van vergelijking





Nummer 1 is groot, nummer 2 is groter, nummer 3 is het grootst

Slide 2 - Slide

Paul heeft geld. Jean heeft meer geld. Luc heeft het meeste geld

Slide 3 - Slide

Hoe doe je dat in het Frans?
dat zie je in de volgende dia's....

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

le positif= de stellende trap:

je gebruikt het bijvoeglijk naamwoord

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

le comparatif = de vergrotende trap


= even ....... als
je gebruikt plus/moins + bijvoeglijk naamwoord
bijvoorbeeld:
= groter dan >  plus grand que
of
minder groot dan > moins grand que
je gebruikt aussi  + bijvoegijk naamwoord

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

le superlatif = de overtreffende trap
je gebruikt le/la/les plus + bijvoeglijk naamwoord
= het grootst > le plus grand

=de rustigste leerling > l'élève le plus calme


Slide 10 - Slide

encore 2 exemples:

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Je kunt de trappen van vergelijking ook gebruiken 
met een werkwoord:                                       hij rent sneller dan ik
(autant ........que, moins........ que,                  il court plus vite que moi
plus ........que, aussi....que)
met een bijwoord:                                            hij zingt beter dan ik
(aussi...... que, moins....... que,                         il chante mieux que moi
plus....... que)
met een zelfstandig naamwoord:              hij heeft meer geld dan ik   
(autant de.......que, moins de.....que              il a plus d'argent que moi
plus de.....que)          

Slide 14 - Slide

Let op!

De bijvoeglijke naamwoorden die voor het zelfstandig naamwoord staan, staan bij de trappen van vergelijking ook voor het zelfstandig naamwoord
* het grootste meisje: la plus grande fille

Slide 15 - Slide

welke waren dat ook alweer?


beau, bon, joli,
haut, long, petit,
jeune, vieux, grand,
nouveau, mauvais, autre, méchant
en
de rangtelwoorden

Slide 16 - Slide

natuurlijk zijn er een paar uitzonderingen 
bon (ne) (s) (nes)      meilleur (e) (s) (es)     le, la, les meilleur (e) (s) (es)
bien                                mieux                              le mieux
(dit is het bijwoord, daar is geen vrouwelijk of meervoud van)

Slide 17 - Slide

Kijk naar het volgende filmpje, daar wordt alles nog een keer uitgelegd

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Video

Questions?

Slide 20 - Slide

le quiz!!!!
bij sommige vragen zie je  +      vergrotende trap met plus
                                                   ++   overtreffende trap met plus
                                                   -       overtreffende trap met moins
                                                   --     overtreffende trap met le moins
                                                   =       even......als

Slide 21 - Slide

Jean est né en 2005. Paul est né en 2006. Paul est donc....
A
plus âgé
B
moins âgé
C
aussi âgé

Slide 22 - Quiz

Marianne mesure 1m67. Monique mesure 1m80. Monique est donc......
A
plus grande
B
aussi grande
C
moins grande

Slide 23 - Quiz

Astérix est ................... qu'Obélix
A
plus grand
B
plus petit
C
aussi grand

Slide 24 - Quiz

La prononciation de Jean est (bon, +)que la prononciation de Paul

Slide 25 - Open question

C'est (beau ++) livre.

Slide 26 - Open question

Obélix est (intelligent -) qu'Astérix.

Slide 27 - Open question

Marianne est (= gentil) que sa soeur.

Slide 28 - Open question

Pratiquez en ligne
Ga naar de websites op de volgende twee dia's en maak de opdrachten. Je kan ze zelf nakijken.

Slide 29 - Slide

Slide 30 - Link

Slide 31 - Link

Toepassen
Schrijf een kort stukje tekst waarin je iets over jezelf en je familie vertelt. Maak hierin zo veel mogelijk vergelijkingen.
Bijvoorbeeld: Tout le monde dans ma famille a les cheveux bruns, mais mes cheveux sont les plus longues. 

Slide 32 - Slide


Hoe is het gegaan?
😒🙁😐🙂😃

Slide 33 - Poll

Heb je nog vragen?

Slide 34 - Open question

c'est fini

Slide 35 - Slide