oefenen theorie voor de toets

Een spier zit met een pees aan het bot vast
A
ja
B
nee
1 / 36
next
Slide 1: Quiz
Lichamelijke opvoedingMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

This lesson contains 36 slides, with interactive quizzes and text slide.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Een spier zit met een pees aan het bot vast
A
ja
B
nee

Slide 1 - Quiz

Bij inspanning ga je sneller ademen
A
ja
B
nee

Slide 2 - Quiz

Een spier wordt korter als deze aanspant
A
ja
B
nee

Slide 3 - Quiz

Een pees is goed doorbloed
A
ja
B
nee

Slide 4 - Quiz

Een zenuw zorgt voor het samentrekken van de spier
A
ja
B
nee

Slide 5 - Quiz

In het centrale zenuwstelsel komen de impulsen binnen van jouw zintuigen
A
ja
B
nee

Slide 6 - Quiz

Per jaar worden er 3 miljoen sportblessures behanded
A
ja
B
nee

Slide 7 - Quiz

Een tennisarm is een accute blessure
A
ja
B
nee

Slide 8 - Quiz

Je enkelbanden scheuren is een voorbeeld van een acute blessure
A
ja
B
nee

Slide 9 - Quiz

Je skelet wordt gevormd door
A
Zenuwen
B
spieren
C
botten
D
organen

Slide 10 - Quiz

Wat is een externe factor die belangrijk is bij het voorkomen van blessures?
A
een goede warming up doen
B
Een juiste techniek uitvoeren
C
Aanleg hebben
D
goed onderhoud van de accomodatie

Slide 11 - Quiz

Deze schoenen zijn geschikt voor:
A
voetbal op het gras
B
hardlopen
C
zaalsporten
D
turnen

Slide 12 - Quiz

Als iemand een blessure heeft doe je het volgende als eerst
A
Kijken naar de veiligheid van het slachtoffer en jezelf
B
je stelt het slachtoffer gerust
C
je belt 112
D
je houdt ijs op de blessure

Slide 13 - Quiz

Bij samenwerken doet de een meer dan de ander
A
ja
B
nee

Slide 14 - Quiz

Je bent een topsporter als je 4 uur per dag speciaal ergens voor traint
A
ja
B
nee

Slide 15 - Quiz

Wat is fair play

Slide 16 - Open question

Wat doet een jurylid?

Slide 17 - Open question

Uit welke drie onderdelen bestaat een warming-up?

Slide 18 - Open question

Wat is beter?
Statisch of dynamisch stretchen

Slide 19 - Open question

Noem enkele onderdelen die invloed hebben op jouw conditie

Slide 20 - Open question

Eten en drinken tijdens een inspanning is belangrijk
A
Nee
B
Ja
C
Nee, je lichaam heeft genoeg reserves
D
ja, maar pas als de inspanning langer dan een uur duurt

Slide 21 - Quiz

Ja knikken is een voorbeeld van non-verbale communicatie
A
ja
B
nee

Slide 22 - Quiz

Iemand niet aankijken is een voorbeeld van verbale communicatie
A
ja
B
nee

Slide 23 - Quiz

Vetten zitten niet in de schijf van 5
A
ja
B
nee

Slide 24 - Quiz

Koelen is belangrijk bij een blessure
A
ja
B
nee

Slide 25 - Quiz

noem de 3 verschillende belangrijkste voedingsstoffen die energie leveren aan jouw lichaam

Slide 26 - Open question

Wat is een methodiek?

Slide 27 - Open question

Welke dingen zijn belangrijk bij een gezonde leefstijl?

Slide 28 - Open question

Wat zijn de 2 belangrijkste functies van het skelet?

Slide 29 - Open question

De norm gezond bewegen en de fitnorm zijn hetzelfde
A
ja
B
nee

Slide 30 - Quiz

Wat is coordinatie?

Slide 31 - Open question

Welke spier zorgt dat jouw arm kan buigen?

Slide 32 - Open question

Noem een reden waarom sporten gezond is

Slide 33 - Open question

Waarom zijn eiwitten belangrijk als je veel sport?

Slide 34 - Open question

Waarom mogen pubers meer eten dan volwassenen?

Slide 35 - Open question

Laatste tip voor de toets:

EHBO stappen bij blessure

1. Zorg voor jouw eigen veiligheid en die van het slachtoffer

2. Stel het slachtoffer gerust

3. beoordeel de blessure (kun je zelf handelen of moet je proffesionele hulp inschakelen?)

4. Schakel indien nodig proffesionele hulp in

5. Verzorg het slachtoffer

Slide 36 - Slide