WK6-les 2-Examentraining

voorbereiden examen
NEDERLANDS

nog twéé lessen?
nóg twee lessen?
1 / 37
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

This lesson contains 37 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

voorbereiden examen
NEDERLANDS

nog twéé lessen?
nóg twee lessen?

Slide 1 - Slide

Wat gaan we doen?
  1. Voorkennis Centraal Examen Nederlands              5 minuten
  2. Schrijfopdracht dinsdag bespreken                         10 minuten
  3. Huiswerk: vragen 2018-II  tekst 1 analyseren       20 minuten
  4. Samenvattingsopdracht                                                20 minuten
  5. Schrijfopdracht + nakijken                                            30 minuten
    (werkwoordspelling                                                            5 minuten)

Slide 2 - Slide

LESDOELEN:
- je herkent typische examenvragen
- je kunt per vraag herkennen wat de juiste aanpak is
- je past opgedane kennis toe op schrijfopdracht
 

Actieve leerhouding --> steek aandacht en tijd in de
                                                voorbereiding van je eerste examen.

Slide 3 - Slide

werkwoordspelling
          persoonsvorm

      tt                       vt

  lopen           't exkofschip
                geen persoonsvorm

     volt. dw                          bijv.nw

-langer maken         zo kort mogelijk
of        
-'t exkofschip               

Slide 4 - Slide

Examen
20 multiple choice = 20 punten
       17 open vragen = 20 punten
       schrijfopdracht = 13 punten
                                           totaal 53 punten
voorbeeldnorm:
                              (punten:53)x9 + 0,5 = cijfer

40 punten=7,3   schrijfopdracht = 2,7
EXAMEN
SNEAK PREVIEW

Slide 5 - Slide

timer
1:00
17 open vragen.
Noem 3 vragen
die je kunt verwachten

Slide 6 - Mind map

timer
1:00
20 multiple choice
Noem drie vragen
die je kunt verwachten

Slide 7 - Mind map

Schrijfopdracht dinsdag
16 leerlingen kregen feedback

Slide 8 - Slide

maar uit pure liefde...
Voor iederéén 
 
de veelgemaakte fouten

een rijtje

Let dus op



Slide 9 - Slide

Zinnen moeten een verband hebben met elkaar
(geen losstaande zinnen gebruiken)
Ik heb een klacht over jullie restaurant. De ober reageerde onbeleefd.

, want....

Slide 10 - Slide

Nooit een zin met voegwoord beginnen
(is ook een losstaand zinnetje)
Ik heb een klacht over jullie restaurant. Omdat ik niet goed behandeld werd.




tenzij je schrijft:
Omdat ik niet goed behandeld werd, heb ik een klacht over jullie restaurant.

Slide 11 - Slide

Verkeerde woordvolgorde na voegwoord
Ik heb een klacht over jullie restaurant, omdat ik werd niet goed behandeld.

wel goed:
Ik heb een klacht over jullie restaurant, omdat ik niet goed werd behandeld.
Ik heb een klacht over jullie restaurant, want ik werd niet goed behandeld.


Slide 12 - Slide

Geen komma tussen twee persoonsvormen
Toen ik een doggybag vroeg lachte de ober mij uit.

goed is:
Toen ik een doggybag vroeg, lachte de ober mij uit.

Slide 13 - Slide

Véél te veel zinnen aan elkaar plakken 
Afgelopen vrijdag was ik met mijn ouders uit eten in jullie restaurant omdat ik gelezen had dat het eten goed is bij jullie en dat klopt want het eten was heerlijk maar het was wel erg veel.

Slide 14 - Slide

conventies!
(de vaste onderdelen die je gewoon goed moet doen)
Beste mevrouw Groen,

Hallo, ik schrijf deze brief omdat ik een klacht heb

Slide 15 - Slide

conventies!
(de vaste onderdelen die je gewoon goed moet doen)
..slotzin...................................

Met Vriendelijke Groet,
Jasper Leibbrand
..slotzin...................................

Vriendelijke Groet,
Jasper 
..slotzin...................................

Met vriendelijke groet
Jasper Leibbrand
..slotzin...................................

Met vriendelijke groet,

Jasper Leibbrand

Slide 16 - Slide

Werkwoordspelling
-vooral voltooid deelwoord-
Ik ben door uw ober erg slecht behandelt.

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Examenbundel pag. 194-195
Pak je examenbundel. 
Huiswerk was: 
Wat is je strategie / aanpak ?
Welke kennis heb je nodig ?

samen bespreken

Slide 19 - Slide

Examenbundel pag. 198
De tekst met samenvattingsopdrachten
1- Samen doorspreken: hoe pak je ze aan?
hoofdzaken-bijzaken onderscheiden
2a- zelf maken vraag 12+13 op Chromebook.
2b-Straks antwoord kopiëren-plakken in LessonUp

klaar? maak 11+14+15 in je boek.

Slide 20 - Slide

Vraag 12
Kopieer je antwoord op vraag 12

Slide 21 - Open question

Vraag 12
Kopieer je antwoord op vraag 12

Slide 22 - Open question

De samenvattingsopdracht
conclusie:

zoek kernzinnen
Gebruik géén voorbeelden of uitleg in je tekst.
Schrijf 'm eerst in klad, daarna in het net.

Slide 23 - Slide

DOE ALS PELLE

Slide 24 - Slide

schrijfopdracht blz. 204
  • Lees de inleidende tekst en de opdracht.
  • Markeer belangrijke informatie
  • Nummer de punten die je moet verwerken
  • Schrijf de e-mail op je laptop: sjabloon staat in Classroom

  • Controleer het aantal woorden
  • Controleer of je alle punten hebt verwerkt
  • Controleer je spelling 

  • Kijk je eigen tekst na met de antwoorden op pag.212 en 211
  • Verbeter je tekst / vul aan --> lever in op CLassroom als je feedback wil 
timer
1:00
klaar?
maak de vragen bij tekst 4 en kijk ze zelf na

Slide 25 - Slide

 nog wat werkwoordspelling

10 seconden
per vraag

Slide 26 - Slide

De zelftests zijn op school bezorgt.
bezorgt=
A
persoonsvorm tt
B
persoonsvorm vt
C
voltooid deelwoord
D
bijvoeglijk gebruikt volt.dw

Slide 27 - Quiz

De zelftests zijn op school bezorgt.
bezorgt=
A
bezorgt
B
bezorgd
C
bezorgdt

Slide 28 - Quiz

Het examen Nederlands nadert.
nadert=
A
persoonsvorm tt
B
persoonsvorm vt
C
voltooid deelwoord
D
bijvoeglijk gebruikt volt.dwbijvoeglijk gebruikt volt.dw

Slide 29 - Quiz

Het examen Nederlands nadert.
nadert=
A
nadert
B
naderd
C
naderdt

Slide 30 - Quiz

Hij heeft voor examentraining betaalt.
betaalt=
A
persoonsvorm tt
B
persoonsvorm vt
C
voltooid deelwoord
D
bijvoeglijk gebruikt volt.dw

Slide 31 - Quiz

Hij heeft voor examentraining betaalt.
betaalt=
A
betaalt
B
betaald
C
betaaldt

Slide 32 - Quiz

De minister melde dat de terrassen beperkt open mogen.
melde=
A
persoonsvorm in tt
B
persoonsvorm in vt
C
voltooid deelwoord
D
bijvoeglijk gebruikt volt.dw

Slide 33 - Quiz

De minister melde dat de terrassen beperkt open mogen.
melde=
A
melde
B
meldde
C
melden
D
meldden

Slide 34 - Quiz

De leraar slurp..e van zijn thee tijdens het examen.
A
slurpte
B
slurpde
C
slurptte
D
slurpdde

Slide 35 - Quiz

De gemiste SE-toetsen moeten snel worden ingehaald
A
gemiste
B
gemistte

Slide 36 - Quiz

klaar?
Wat moet je écht nog gaan leren voor het examen?
Tips:
Neem de theorie nog eens door
Zoek lijstjes met signaalwoorden
Leer de tekstdoelen/soorten etc. Ga leren wat je leren kunt!
-Maak de examenvragen die we NIET hebben behandeld.
HUISWERK

Examenbundel blz. 216-218
maak de vragen bij tekst 2

vrijdag 30 april

Slide 37 - Slide