8.2 Koolstofkringloop

8.2 Koolstofkringloop
1 / 40
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 40 slides, with interactive quizzes, text slides and 6 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

8.2 Koolstofkringloop

Slide 1 - Slide

Deze les:
- Herh. 8.1
- 8.2 Koolstofkringloop

Slide 2 - Slide

Herhaling 8.1
vragen?

Slide 3 - Slide

Een rups is een
A
producent
B
consument
C
reducent

Slide 4 - Quiz

De boom maakt door fotosynthese
A
anorganische stoffen
B
uitsluitend organische stoffen
C
zowel organische als anorganische stoffen

Slide 5 - Quiz

Geef voorbeelden van organische stoffen met een C als element
(organische stoffen bevatten C en H)

Slide 6 - Open question

In de koolstofkringloop worden door veel organismen stoffen verbrand. Welke organismen in de koolstofkringloop hebben verbranding=dissimilatie?
A
planten
B
dieren
C
dieren en schimmels
D
zowel planten, dieren als schimmels

Slide 7 - Quiz

1-I. Juist of onjuist? De netto primaire productie bij algen is gelijk aan de bruto primaire productie min de dissimilatie van de algen.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 8 - Quiz

Wat staat er altijd onderaan de voedselpiramide? En wat bovenaan?
A
Onder: consument 2e orde Boven: consument 1e orde
B
Onder: producent Boven: consument 3e orde
C
Onder: consument 1e orde Boven: producent
D
Onder: producent Boven: consument 1e orde

Slide 9 - Quiz

In de afbeelding staat een voedselpiramide afgebeeld. Is dit een piramide van biomassa of een piramide van aantallen? En bij welke groep kan het organisme in de top van de piramide ingedeeld worden?
A
Het is een piramide van aantallen. Het organisme hoort bij de consumenten
B
Het is een piramide van aantallen. Het organisme hoort bij de producenten.
C
Het is een piramide van biomassa. Het organisme hoort bij de consumenten.
D
Het is een piramide van biomassa. Het organisme hoort bij de producenten.

Slide 10 - Quiz

Wat is de biomassa?
A
Het gewicht van alle organisme in een gebied
B
Het totale gewicht van alle organische stoffen in een organisme
C
De energie die wordt doorgegeven tussen organismes

Slide 11 - Quiz

Wat leer je deze les? 
  • Je beschrijft de rol van producenten, consumenten en reducenten in de C-kringloop en in andere kringlopen. 
  • Je beschrijft de langzame en snelle koolstofkringloop. 
  • Je beschrijft hoe een verhoogde CO2-concentratie tot het versterkte broeikaseffect leidt.

koolstofkringloop, snelle- en langzame C-kringloop, fossiele brandstoffen, versterkt broeikaseffect. 

Slide 12 - Slide

Koolstofkringloop
De koolstofkringloop gaat over het doorgeven van het 
element koolstof (C)

Koolstof zit in het anorganische koolstofdioxide (CO2) en in alle organische stoffen, zoals glucose (C6H12O6)

CO2 ontstaat bij dissimilatie (verbranding) en wordt gebruikt voor de fotosynthese. Glucose ontstaat bij de fotosynthese. 

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Video

Snelle koolstofkringloop
Koolstof gaat van de producenten, naar de consumenten.
Van de consumenten, rechtstreeks of via reducenten weer 
naar de producenten.

Slide 15 - Slide

Langzame koolstofkringloop
Een deel van het organische materiaal wordt opgenomen in de bodem. Hiervan ontstaan fossiele brandstoffen als steenkool en aardolie.  Dit is een langzaam proces (miljoenen jaren). 

Slide 16 - Slide

Langzame koolstofkringloop
Kalkgesteente (CaCO3) is ontstaan uit kalkhoudende overblijfselen (schelpen) van in de zee levende organismen. 


Slide 17 - Slide

Slide 18 - Video

Kies de juiste term bij de juiste nummers:

  • eten van energierijk plantaardig voedsel
  • verbranding van fossiele brandstoffen
  • verbranding door dieren
  • afbreken van dode organismen door schimmels en bacteriën
  • vorming van fossiele brandstoffen
  • verbranding door schimmels en bacteriën
  • fotosynthese
Lees 8.2 blz. 254 + 255
timer
10:00

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

BINAS 93F
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11

Slide 22 - Slide

BINAS 93F
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
Welke pijl hoort uitsluitend bij de 
langzame koolstofkringloop? 
Noem alleen het nummer. 

Slide 23 - Slide

Welke pijl hoort uitsluitend bij de
langzame koolstofkringloop?
Noem alleen het nummer.

Slide 24 - Open question

BINAS 93F
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
Welke pijl staat gelijk aan de 
bruto primaire productie?
Noem alleen het nummer

Slide 25 - Slide

Welke pijl staat gelijk aan de
bruto primaire productie?
Noem alleen het nummer

Slide 26 - Open question

Als welke stof kan koolstof in de koolstofkringloop niet voorkomen?
A
Stikstof
B
Methaan
C
Glucose
D
Organische stoffen

Slide 27 - Quiz

Slide 28 - Video

Het versterkte broeikaseffect
  • Broeikasgassen houden warmte in de atmosfeer vast
  • Door verbranden van fossiele brandstoffen meer uitstoot van broeikasgassen
  • Gevolg; een versterkt broeikaseffect en hierdoor een opwarming van de aarde 

Slide 29 - Slide

Slide 30 - Slide

Slide 31 - Slide

Slide 32 - Slide

Slide 33 - Video

Slide 34 - Slide

Slide 35 - Video

Slide 36 - Slide

BINAS 93F
1
2
3

Slide 37 - Slide

Slide 38 - Video

Wat kunnen
wij doen?

Slide 39 - Mind map

Huiswerk
- Maken opdrachten 8.2
- Zelfstandig afronden: verwerking 5.5 en 8.1, uitleg nodig? VakSWT op maandag!

Slide 40 - Slide