This lesson contains 47 slides, with interactive quizzes, text slides and 7 videos.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
8.2 Koolstofkringloop
Slide 1 - Slide
Deze les:
- Herh. 8.1
- 8.2 Koolstofkringloop
Slide 2 - Slide
Herhaling 8.1
vragen?
Slide 3 - Slide
Een rups is een
A
producent
B
consument
C
reducent
Slide 4 - Quiz
De boom maakt door fotosynthese
A
anorganische stoffen
B
uitsluitend organische stoffen
C
zowel organische als anorganische stoffen
Slide 5 - Quiz
Geef voorbeelden van organische stoffen met een C als element (organische stoffen bevatten C en H)
Slide 6 - Open question
In de koolstofkringloop worden door veel organismen stoffen verbrand. Welke organismen in de koolstofkringloop hebben verbranding=dissimilatie?
A
planten
B
dieren
C
dieren en schimmels
D
zowel planten, dieren als schimmels
Slide 7 - Quiz
1-I. Juist of onjuist? De netto primaire productie bij algen is gelijk aan de bruto primaire productie min de dissimilatie van de algen.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 8 - Quiz
Wat staat er altijd onderaan de voedselpiramide? En wat bovenaan?
A
Onder: consument 2e orde
Boven: consument 1e orde
B
Onder: producent
Boven: consument 3e orde
C
Onder: consument 1e orde
Boven: producent
D
Onder: producent
Boven: consument 1e orde
Slide 9 - Quiz
In de afbeelding staat een voedselpiramide afgebeeld. Is dit een piramide van biomassa of een piramide van aantallen? En bij welke groep kan het organisme in de top van de piramide ingedeeld worden?
A
Het is een piramide van aantallen. Het organisme hoort bij de consumenten
B
Het is een piramide van aantallen. Het organisme hoort bij de producenten.
C
Het is een piramide van biomassa. Het organisme hoort bij de consumenten.
D
Het is een piramide van biomassa. Het organisme hoort bij de producenten.
Slide 10 - Quiz
Wat is de biomassa?
A
Het gewicht van alle organisme in een gebied
B
Het totale gewicht van alle organische stoffen in een organisme
C
De energie die wordt doorgegeven tussen organismes
Slide 11 - Quiz
Wat leer je deze les?
Je beschrijft de rol van producenten, consumenten en reducenten in de C-kringloop en in andere kringlopen.
Je beschrijft de langzame en snelle koolstofkringloop.
Je beschrijft hoe een verhoogde CO2-concentratie tot het versterkte broeikaseffect leidt.
Slide 12 - Slide
Koolstofkringloop
De koolstofkringloop gaat over het doorgeven van het
element koolstof (C)
Koolstof zit in het anorganische koolstofdioxide (CO2) en in alle organische stoffen, zoals glucose (C6H12O6)
CO2 ontstaat bij dissimilatie (verbranding) en wordt gebruikt voor de fotosynthese. Glucose ontstaat bij de fotosynthese.
Slide 13 - Slide
Slide 14 - Video
Snelle koolstofkringloop
Koolstof gaat van de producenten, naar de consumenten. Van de consumenten, rechtstreeks of via reducenten weer
naar de producenten.
Slide 15 - Slide
Langzame koolstofkringloop
Een deel van het organische materiaal wordt opgenomen in de bodem. Hieruit ontstaan fossiele brandstoffen als steenkool en aardolie. Dit is een langzaam proces (miljoenen jaren).
Slide 16 - Slide
Langzame koolstofkringloop
Kalkgesteente (CaCO3) is ontstaan uit kalkhoudende overblijfselen (schelpen) van in de zee levende organismen.
Slide 17 - Slide
Slide 18 - Video
Kies de juiste term bij de juiste nummers:
eten van energierijk plantaardig voedsel
verbranding van fossiele brandstoffen
verbranding door dieren
afbreken van dode organismen door schimmels en bacteriën (2x)
vorming van fossiele brandstoffen
verbranding door schimmels en bacteriën
fotosynthese (2x)
Lees 8.2 blz. 254 + 255
timer
5:00
Slide 19 - Slide
Lees 8.2 blz. 254 + 255
timer
5:00
Online:
biologiepagina.nl --> havo 4 -->
ecosysteem&evenwicht --> oefenen -->
Oefening §2: Koolstofkringloop
Slide 20 - Slide
Slide 21 - Slide
Slide 22 - Slide
BINAS 93F
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
Slide 23 - Slide
Welke kleuren hebben de producenten, consumenten en reducenten in Binas?
Slide 24 - Open question
BINAS 93F
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
Welke pijl hoort uitsluitend bij de
langzame koolstofkringloop?
Noem alleen het nummer.
Slide 25 - Slide
Welke pijl hoort uitsluitend bij de langzame koolstofkringloop? Noem alleen het nummer.
Slide 26 - Open question
BINAS 93F
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
Welke pijl staat gelijk aan de
bruto primaire productie?
Noem alleen het nummer
Slide 27 - Slide
Welke pijl staat gelijk aan de bruto primaire productie? Noem alleen het nummer
Slide 28 - Open question
Als welke stof kan koolstof in de koolstofkringloop niet voorkomen?
A
Stikstof
B
Methaan
C
Glucose
D
Organische stoffen
Slide 29 - Quiz
Slide 30 - Slide
BINAS 93F
1
2
3
Slide 31 - Slide
Slide 32 - Video
Nu en huiswerk
Maak bij paragraaf 8.2 de opdrachten: 15 t/m 18, 20, 21 en 23
Slide 33 - Slide
8.2 Koolstofkringloop
Vandaag maken we 8.2 af
Slide 34 - Slide
BINAS 93F
1
2
3
Slide 35 - Slide
Slide 36 - Slide
BINAS 93F
1
2
3
Slide 37 - Slide
Slide 38 - Video
Slide 39 - Video
Het versterkte broeikaseffect
Broeikasgassen houden warmte in de atmosfeer vast
Door verbranden van fossiele brandstoffen meer uitstoot van broeikasgassen
Gevolg; een versterkt broeikaseffect en hierdoor een opwarming van de aarde