Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2
This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 50 min
Items in this lesson
Eerste Wereldoorlog
1. Spanningen in Europa
Slide 1 - Slide
9 SEPTEMBER
DOEL
Aan het einde van de les weet je de vier oorzaken van de Eerste Wereldoorlog en ken je de begrippen wapenwedloop, koloniën, nationalisme, bondgenootschap, Geallieerden en Centralen.
DOEN
Voorstellen
Overzicht periode 1 en thema
Uitleg Spanningen in Europa
Maken opdracht Spanningen in Europa
Afsluiting
Opdracht is af. Nakijken!
Volgende les
Slide 2 - Slide
EVEN VOORSTELLEN
Meneer Harmsen
m.harmsen@minkema.nl
Slide 3 - Slide
EVEN VOORSTELLEN
Mevrouw de Rijk
Slide 4 - Slide
OVERZICHT PERIODE 1
Topografie Europa Donderdag 19 september
Eerste Wereldoorlog (REP) Donderdag 3 oktober
Filmrecensie (SO) Woensdag 9 oktober
Tweede Wereldoorlog (REP) In toetsweek 1 - week 46
Eigen omgeving
Slide 5 - Slide
THEMA EERSTE WERELDOORLOG
Spanningen in Europa (de tijd voor de oorlog)
De aanleiding
Een snelle start
De loopgravenoorlog
De oorlog
Het einde van de oorlog
Begrippen
Repetitie
Slide 6 - Slide
Slide 7 - Slide
Wat weet je eigenlijk al van de Eerste Wereldoorlog?
Slide 8 - Mind map
5x spanning in Europa
1870 Frans-Duitse oorlog
Koloniën
Wapenwedloop
Nationalisme
Bondgenootschappen
Slide 9 - Slide
1870-1871 Frans-Duitse oorlog
Het was de normaalse zaak om af en toe te laten zien dat je de sterkste was.
Frankrijk en Duitsland wilden laten zien dat ze het sterkte waren.
Binnen 10 maanden was Frankrijk al verslagen
Het Franse gebied Elzas-Lotharingen werd eigendom van Duitsland
Frankrijk kreeg hierdoor veel haat tegen Duitsland
Slide 10 - Slide
Koloniën
Kolonie = Een stuk land aan de andere kant van de wereld waar jij de baas bent
Nederland werd er stinkend rijk door, koloniën in Suriname en Indonesië
Elk Europees land had koloniën, behalve Duitsland.
Elk land met koloniën had een grote marine
Duitsland sticht zijn Keizerlijke Marine om zo ook koloniën te kunnen stichten.
Slide 11 - Slide
Wapenwedloop
De industrie was flink gegroeid
Verschillende uitvindingen: gevechtsvliegtuig, onderzeeër, mitrailleur
Er ontstond een wedstrijd: welk land had de meeste wapens
Gevolg: elk Europees land had ontzettend veel wapens
Slide 12 - Slide
Nationalisme
Iedereen met dezelfde taal, cultuur en geschiedenis voelden zich verbonden
1871: Duitse keizerrijk ontstaat.
Nationalisme: je voelt je als volk beter dan andere volken
Slide 13 - Slide
Bondgenootschappen
Veel landen wilden het sterkste zijn. Als je samenwerkt, dan ben je nog sterker.
Doel van bondgenootschappen: vrede bewaren
Het effect was anders: "Wij helpen elkaar als we worden aangevallen"
Slide 14 - Slide
2 Bondgenootschappen
Centralen
Duitsland
Oostenrijk-Hongarije
Italië
Geallieerden
Groot-Brittannië
Frankrijk
Rusland
Slide 15 - Slide
WAT?
WAAROM?
HOE?
Maken opdracht 1. Spanningen in Europa
Omdat je de verschillende oorzaken van de Eerste Wereldoorlog moet kennen en herkennen
Laat LessonUp open staan in een tabblad! Open de opdracht in Classroom
Werk van boven naar beneden
Lees de teksten goed door
Maak de vragen
HOE LANG?
HULP?
KLAAR?
Tot 10 minuten voor het einde van de les
Rood: Je werkt alleen en mag geen vragen stellen
Oranje: Je mag vragen stellen aan de docent
Groen: Je mag zachtjes met elkaar praten en vragen stellen aan de docent
Lever de opdracht in
Doe even iets voor jezelf, maar laat LessonUp open staan
timer
1:00
Slide 16 - Slide
Jaartallen uit deze les
1870-1871 Frans-Duitse oorlog, Duitsland wint
1871: Duitse Keizerrijk wordt uitgeroepen. Zorgt voor nationalisme in Duitsland
Slide 17 - Slide
Begrippen uit deze les
Kolonieën
Wapenwedloop
Nationalisme
Bondgenootschappen
Geallieerden
Centralen
Slide 18 - Slide
Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd
Slide 19 - Open question
Stel 1 vraag over iets dat je deze les nog niet zo goed hebt begrepen.
Slide 20 - Open question
Huiswerk
Opdracht 1. Spanningen in Europa
maak je thuis af.
De volgende les kijken we deze na
Slide 21 - Slide
Opruimen!!
Stop je laptop in je tas.
Als de bel gaat blijf je zitten
De docent zegt als je weg mag gaan. Schuif dan je stoel aan