5.1 Voor de oorlog oefenen

5.1 
1 / 37
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 37 slides, with interactive quizzes and text slide.

Items in this lesson

5.1 

Slide 1 - Slide

Wanneer eindigde de eerste wereldoorlog?
A
1919
B
1920
C
1918
D
1925

Slide 2 - Quiz

Wat zie je op de afbeelding?
A
Gevolg van de Eerste Wereldoorlog
B
Aanleiding van de Eerste Wereldoorlog
C
Indirecte oorzaak van de Eerste Wereldoorlog

Slide 3 - Quiz

De Eerste Wereldoorlog duurde van...
A
1914 - 1917
B
1914 - 1918
C
1939 - 1945
D
1940 - 1945

Slide 4 - Quiz

Tijdens de Eerste Wereldoorlog werd in West-Europa een loopgravenoorlog uitgevochten
A
waar
B
niet waar

Slide 5 - Quiz

Welk land heeft uiteindelijk de Eerste Wereldoorlog doen laten stoppen?
A
Frankrijk
B
Duitsland
C
Verenigde Staten
D
Rusland

Slide 6 - Quiz

De Eerste Wereldoorlog duurde van ....tot......?
A
1814 - 1918
B
1918- 1914
C
1914 - 1918
D
1900 - 1914

Slide 7 - Quiz

Wat was een van de oorzaken van de eerste wereldoorlog?
A
Geld tekort
B
Onvrede
C
Nationalisme
D
Hitler

Slide 8 - Quiz

Wie was de grote verliezer van de eerste wereldoorlog
A
Oostenrijk
B
Hongarije
C
Italië
D
Duitsland

Slide 9 - Quiz

Duitsland kreeg in het Verdrag van Versailles alle schuld van de Eerste Wereldoorlog
A
Waar
B
Niet waar

Slide 10 - Quiz

Hoe heette Duitsland na de Eerste Wereldoorlog
A
Duitse Keizerrijk
B
Republiek van Berlijn
C
Koninkrijk Duitsland
D
Republiek van Weimar

Slide 11 - Quiz

Welke zin past bij de 1e wereldoorlog?
A
De oorlog staat bekend als 'loopgravenoorlog'
B
Er vielen weinig slachtoffers
C
Nederland deed niet mee aan de Eerste wereldoorlog
D
Er werd gebruik gemaakt van raketten en straaljagers

Slide 12 - Quiz


De moord Frans Ferdinand van Oostenrijk was de aanleiding tot de Eerste Wereldoorlog. Wie was zijn moordenaar?
A
Gavrilo Prinzip
B
Benito Mussolini
C
Anwar Sadat
D
Anton Mussert

Slide 13 - Quiz

Hoe heette het verdrag waarin Duitsland werd gestraft?
A
Verdrag van Parijs
B
Verdrag over Duitsland
C
Verdrag van de eerste wereldoorlog
D
Het verdrag van Versailles

Slide 14 - Quiz

Waarom was Hitler woedend toen Duitsland de Eerste Wereldoorlog had verloren?
A
Omdat Duitsland verloor door tactische fouten van het leger.
B
Hitler vond de Eerste Wereldoorlog een nutteloze oorlog.
C
Hitler wilde het verlies niet accepteren.
D
Hitler vond dat de Duitse regering nooit had moeten opgeven. Duitsland had moeten doorvechten.

Slide 15 - Quiz

Welke moord vormde de directe aanleiding voor het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog?
A
De moord op de Duitse keizer, Wilhelm II
B
De moord op de Russische tsaar, Nicolaas II
C
De moord de keizer van Oostenrijk_Hongarije, Franz Jozef
D
De moord op de troonopvolger van het Oostenrijks-Hongaarse rijk Franz Ferdinand

Slide 16 - Quiz

Het Duitse volk was erg ontevreden over het verdrag van Versailles, maar waarom?
A
Door het verdrag had Duitsland de Eerste Wereldoorlog verloren
B
Duitsland mocht niet in de Volkenbond
C
Duitsland moest veel geld betalen aan de geallieerden
D
Duitsland mocht geen soldaten in België stationeren

Slide 17 - Quiz

Wat is ' De Stijl' ?
A
Een groep Nederlandse kunstenaars
B
Een groep muzikanten
C
Een groep Chinese Kunstenaars

Slide 18 - Quiz

In welke jaren was er sprake van Crisis?
A
Jaren 20 en 30
B
Jaren 20 en 60
C
Jaren 30 en 80
D
Jaren 30 en 60

Slide 19 - Quiz

Waar begon de crisis van de jaren '30?
A
Duitsland
B
Verenigde Staten
C
Nederland
D
Niet speciaal in 1 land

Slide 20 - Quiz

Waar begon de crisis van de jaren '30?
A
Duitsland
B
Verenigde Staten
C
Nederland
D
Niet speciaal in 1 land

Slide 21 - Quiz

Wat was de oorzaak van deze armoede?
A
Er bestond nog geen geld
B
Door WO II
C
Door de crisis van de jaren '30
D
Weet ik niet.

Slide 22 - Quiz

Wat was de NSDAP?
A
Politieke partij
B
Dierenorganisatie
C
Kookclub
D
Schaakclub

Slide 23 - Quiz

Wat klopt niet? Waarom groeit in het jaar 1929 de NSDAP?
A
economische crisis
B
goed gebruik van moderne media door NSDAP
C
Mein Kampf was een populair boek
D
Massabijeenkomsten van NSDAP

Slide 24 - Quiz

NSDAP
A
Nederlandse sociale doorgedraaide arbeiderspartij
B
Nationaalsocialistische Duitse Arbeiderspartij
C
Niet Saai Door Andere Personen
D
NSDAP

Slide 25 - Quiz

Welke politieke partij was de partij van Hitler?
A
NSDAP
B
Bruinhemden
C
SS
D
NSAP

Slide 26 - Quiz

verdrag in Versailles is in...
A
1919
B
1914
C
1918
D
1929

Slide 27 - Quiz

Duitsland kreeg bij het Verdrag van Versailles alle schuld van de Tweede Wereldoorlog
A
Waar
B
Niet waar

Slide 28 - Quiz

Welk idee bepaalt niet de buitenlandse politiek van Hitler?
A
Werkloosheid
B
Verdrag van Versailles
C
'Heim ins Reich'
D
'Lebensraum'

Slide 29 - Quiz

Waarom tekenden de Duitser het verdrag van Versailles?
A
Geld in Duitsland was op
B
Ze wilden later wraak nemen
C
Geallieerden dreigden oorlog voort te zetten
D
Keizer was gevlucht

Slide 30 - Quiz

Wat schreef Hitler NIET in 'Mein Kampf'?
A
Duitsland moet groter worden
B
De Vrede van Versailles moet worden afgeschaft
C
Duitsland streeft naar meer gelijkheid
D
Duitsland heeft grondstoffen nodig

Slide 31 - Quiz

Hoe heette het verdrag waarin Duitsland werd gestraft?
A
Verdrag van Parijs
B
Verdrag over Duitsland
C
Verdrag van de eerste wereldoorlog
D
Het verdrag van Versailles

Slide 32 - Quiz

Waarom leende de VS geld aan Duitsland?
A
de VS wilde een nieuwe oorlog voorkomen
B
Duitsland zou dan producten van de VS kopen
C
Dit stond in het Verdrag van Versailles
D
de VS kreeg het geld met rente terug

Slide 33 - Quiz

De Kristallnacht was in
A
1937
B
1938
C
1939

Slide 34 - Quiz

Reichskristallnacht
A
In november 1938 werd overal in Duitsland geweld gepleegd tegen nier ariërs
B
In november 1938 werd overal in Duitsland geweld gepleegd tegen de Joden
C
In november 1938 werd overal in Duitsland geweld gepleegd tegen de Moslims
D
In november 1938 werd overal in Duitsland geweld gepleegd.

Slide 35 - Quiz

In welk jaar valt Hitler Polen binnen?
A
1938
B
1939
C
1940
D
1941

Slide 36 - Quiz

De geheime politie van het Derde Rijk wordt ... genoemd.
A
Gestapo
B
SA
C
SS
D
Hitlerjugend

Slide 37 - Quiz