Woorden van de week 2

Woorden van de week
1 / 13
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmboLeerjaar 1-4

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 5 min

Items in this lesson

Woorden van de week

Slide 1 - Slide

Activeren van voorkennis
WOORD 1

Slide 2 - Slide

Woorden uitleggen
WOORD 1
1. lln schrijven dit op:
Aan de weet komen = horen, ergens iets over te weten komen.

2. Maak een zin met de woorden aan de weet komen.
Voorbeeld: We moeten aan de weet komen of we morgen een verkort rooster hebben.

3. 






timer
2:00

Slide 3 - Slide

Herhalen en inoefenen (verschillende werkvormen (zie doc)
WOORD 1
Alle vogels vliegen: blijf zitten als ik onzin vertel, ga staan als het wel klopt wat ik zeg.
-

Bedenk minimaal 2 synoniemen voor het woord Aan de weet komen.


timer
2:00

Slide 4 - Slide

Activeren van voorkennis
WOORD 2

Slide 5 - Slide

Woorden uitleggen
WOORD 2
1. lln schrijven dit op:
Aan de weet komen = horen, ergens iets over te weten komen.

2. Maak een zin met het woord AANGEZIEN.


3. 






timer
1:00

Slide 6 - Slide

Herhalen en inoefenen (verschillende werkvormen (zie doc)
WOORD 2
Bedenk minimaal 2 synoniemen voor het woord AANGEZIEN.





Maak een acrostichon met het woord.

Slide 7 - Slide

Controleren
zie volgende dia

Slide 8 - Slide

WOORD 1

Slide 9 - Mind map

WOORD 2

Slide 10 - Mind map

definitie van woord 1
A
woord 1
B
woord 2
C
3
D
4

Slide 11 - Quiz

definitie van woord 2
A
woord 1
B
woord 2
C
3
D
4

Slide 12 - Quiz

Maak een zin met het volgende woord

Slide 13 - Slide