De welvaart van een land kan je bepalen door te kijken naar...
A
analfabetisme en levensverwachting
B
analfabetisme en koopkracht
C
bbp/hoofd en samenstelling beroepsbevolking
D
bbp/hoofd en sociale ongelijkheid
1 / 17
next
Slide 1: Quiz
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4
This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes.
Lesson duration is: 50 min
Items in this lesson
De welvaart van een land kan je bepalen door te kijken naar...
A
analfabetisme en levensverwachting
B
analfabetisme en koopkracht
C
bbp/hoofd en samenstelling beroepsbevolking
D
bbp/hoofd en sociale ongelijkheid
Slide 1 - Quiz
Wat is een nadeel van het bbp/hoofd om de welvaart van een land te meten?
Slide 2 - Open question
Welk woord hoort hierbij: de levensomstandigheden van mensen als je kijkt naar inkomen, analfabetisme en levensverwachting
Slide 3 - Open question
Noem een reden waarom Nederland relatief dichtbevolkt is
Slide 4 - Open question
Moeilijk woord voor verspreiding van een cultuurelement vanuit een kerngebied (bijvoorbeeld de Spaanse taal in Zuid-Amerika)
Slide 5 - Open question
Binnen centrumlanden, dus op een nationaal schaalniveau, kan je ook spreken van centrum- en perifere gebieden
A
Waar
B
Niet waar
Slide 6 - Quiz
Vooral opkomende landen in de semiperiferie produceren hoogwaardige goederen
A
Waar
B
Niet waar
Slide 7 - Quiz
Zonder migranten zou de Nederlandse bevolking krimpen
A
Waar
B
Niet waar
Slide 8 - Quiz
In rijke landen met een hoger bbp/hoofd dan Nederland kan de vruchtbaarheid bij vrouwen (het geboortecijfer) hoger liggen dan in Nederland. Wat kan hiervoor de verklaring zijn?
Slide 9 - Open question
Hoe kan het dat in een land als Oman de bevolking zo mannelijk is?
Slide 10 - Open question
De armste landen hebben een heel divers exportpakket
A
Waar
B
Niet waar
Slide 11 - Quiz
Als 10% van de beroepsbevolking in de tertiaire sector werkt, dan betreft dit waarschijnlijk een land in de periferie
A
Waar
B
Niet waar
Slide 12 - Quiz
Hoe rijker een land, hoe hoger de verstedelijkingsgraad en het verstedelijkingstempo
A
Waar
B
Niet waar
Slide 13 - Quiz
Met een handelsbalans kan je het verschil tussen de waarde van geïmporteerde en geëxporteerde goederen aflezen (de economische relatie tussen 2 landen)
A
Waar
B
Niet waar
Slide 14 - Quiz
Wat wordt bedoeld met 'etnische spanningen'?
Slide 15 - Open question
Waarom schoven 'maquiladoras' eerst zuidwaarts op verder van de grens met de VS en de laatste jaren zelfs Mexico uit richting landen in de periferie?
Slide 16 - Open question
Op welke 2 manieren leveren migranten die in de VS wonen en werken vaak een bijdrage aan de economie van hun land van herkomst?