What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
4.9 spelling
4.9 Voltooid deelwoord en tegenwoordig deelwoord als bijvoeglijk naamwoord
1 / 22
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
This lesson contains
22 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
45 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
4.9 Voltooid deelwoord en tegenwoordig deelwoord als bijvoeglijk naamwoord
Slide 1 - Slide
De
gewonnen
hockeywedstrijd
Slide 2 - Slide
4.9 Voltooid deelwoord en tegenwoordig deelwoord als bijvoeglijk naamwoord
Slide 3 - Slide
Wat gaan we in deze les doen?
Voltooid en tegenwoordig deelwoord als bijvoeglijk naamwoord
Leestekens
Opdrachten maken
Slide 4 - Slide
Slide 5 - Slide
Voltooid deelwoord bijvoeglijk gebruiken?
Schrijf het zo kort mogelijk!
Slide 6 - Slide
Noteer het voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord.
Verwoesten: de ........ stad
Slide 7 - Open question
De soep is gekruid.
De _____ soep.
Noteer het voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord.
Slide 8 - Open question
De kleding is zelf ontworpen.
De zelf _____ kleding.
Noteer het voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord.
Slide 9 - Open question
Noteer het voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord.
het (stranden) schip
Slide 10 - Open question
Vergelijk:
De liev
e
hond werd gestoord door een luid
-
kind
Slide 11 - Slide
Noteer het tegenwoordig deelwoord als bijvoeglijk naamwoord.
vragen: een ... meisje
Slide 12 - Open question
Noteer het tegenwoordig deelwoord als bijvoeglijk naamwoord.
gillen: de ... keukenmeid
Slide 13 - Open question
Noteer het tegenwoordig deelwoord als bijvoeglijk naamwoord.
spieken: het ... kindje
Slide 14 - Open question
Slide 15 - Slide
Slide 16 - Slide
Slide 17 - Slide
Waar komt de apostrof?
A
s'Woensdags
B
's Woensdags
C
M&Ms'
D
A'4tje
Slide 18 - Quiz
Waar is de apostrof onjuist geplaatst?
A
Levi's spijkerbroek
B
Felix's studie
C
Otto's huis
D
mijn vaders auto
Slide 19 - Quiz
Trema of niet?
A
gekopïeerd
B
gekopieerd
Slide 20 - Quiz
drieendertig
A
trema
B
apostrof
C
liggend streepje
D
niets
Slide 21 - Quiz
Aan de slag!
Maak de instapopdracht (1-1 en 1-2) en bepaal daarna je route
max 1 fout per instapopdracht? Dan mag je 4, 5 en 8 overslaan (maar dat hoeft niet)
maak opdracht 1 t/m 10
Slide 22 - Slide
More lessons like this
4.9 spelling
April 2024
- Lesson with
20 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
HV2 Talent 4.9 spelling
22 days ago
- Lesson with
33 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
HV2 Talent 4.9 spelling
September 2023
- Lesson with
40 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
H4.9 Spelling
May 2023
- Lesson with
32 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
HV2 Talent 4.5 spelling
May 2022
- Lesson with
39 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
4.5 spelling (H3)
February 2023
- Lesson with
30 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
4.5 spelling (v3)
June 2022
- Lesson with
40 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
vd en td + bijvoeglijk gebruikt
June 2024
- Lesson with
32 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2