H2.1 Organen van dieren

               bord             0.13   1H 16-11  
Christian Floris
MatthijsJames
Hugo Tjisse 
Mart
Ewout Jens
Dominique Liam
Julia Noortje
Eline Cato
Tim  Noah
Selen Fienne
Guus Steven
x
x
Joris B   Tom 
Hannah Marie 
Joris W Joep
1 / 33
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 33 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

               bord             0.13   1H 16-11  
Christian Floris
MatthijsJames
Hugo Tjisse 
Mart
Ewout Jens
Dominique Liam
Julia Noortje
Eline Cato
Tim  Noah
Selen Fienne
Guus Steven
x
x
Joris B   Tom 
Hannah Marie 
Joris W Joep

Slide 1 - Slide

               bord             0.13   1i 23-11  
 Sem Jari
Jasmijn Madelief
Mirthe  Florine
Karlijn 
Aaron Mats
Dylan Nanne
David Ties
Alieke Willemijn
Julia Bo
Eva Eva
x
x
 Joren  Marin
Jorg  Boris
Hugo Samuel

Slide 2 - Slide

blz. 84

Slide 3 - Slide

Programma
Nakijken 1 t/m 3 (blz.89)
Korte uitleg organen bij dieren en de nieuwe opdrachten
Maken opdracht 5, 6, 7
Nakijken 

Slide 4 - Slide

Waaruit bestaat je lichaam?

Je lichaam bestaat uit organen.
Elk orgaan heeft een eigen taak
Organen kun je bekijken in een torso

Slide 5 - Slide

Deze orgaanstelsels moet je kennen. (blz 87)
Weet je hoe ze heten en welke functie ze hebben? 

Slide 6 - Slide

Omdat een hond een zoogdier is lijken zijn organen heel erg op die van ons. (blz 88)

Slide 7 - Slide

In afbeelding 4 zie je een sprinkhaan. Haar organen lijken niet op die van ons. 
Bij een sprinkhaan zul je de organen niet gelijk herkennen. 
Maar ze hebben ook organen en orgaanstelsels. (blz 88)

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Link

Aan het werk
  • Samen starten opdracht 5 blz. 90
  • Zelfstandig maken opgaven 5 en 6 blz 92

  • Leren 2.1, zo meteen nog een paar quizvragen
  • Lezen 2.2 organen van planten blz. 94 t/m 97, ook onderstrepen, uitroeptekens zetten. 
timer
10:00

Slide 10 - Slide

2.1 Organen van dieren 

Slide 11 - Slide

De leerdoelen
  • Je kunt organen benoemen in een torso en in een dwarsdoorsnede van de romp. 
  • Je kunt organen benoemen in orgaanstelsels van mensen en dieren.

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Link

Orgaan en een orgaanstelsel

Een orgaan is een deel van een organisme dat een bepaalde taak uitvoert. Voorbeelden hiervan zijn de huid (die beschermt het lichaam), het hart (pompt bloed rond door de bloedvaten).

Een orgaanstelsel is een groep samenwerkende organen die vaak samen een bepaalde taak uitvoeren.

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Link

Samenwerken
In een orgaanstelsel hebben de organen een gezamenlijke taak. bijv het verteren van voedsel.
Elk orgaan heeft daarbij wel elk een eigen taak. 
De mond doet iets anders dan de darmen. 

Slide 16 - Slide

Lezen 2.1: blz. 86 t/m ...
timer
5:00

Slide 17 - Slide

Bloedvatenstelsel


Transport van bloed

Slide 18 - Slide

Ademhalingsstelsel  (ademhalen)

Slide 19 - Slide

Verteringsstelsel
(voedsel verteren)

Slide 20 - Slide

Spierstelsel
(bewegen)
Spieren 

Slide 21 - Slide

Beenderstelsel (stevigheid geven)

Slide 22 - Slide

Zenuwstelsel (signalen doorgeven)

Slide 23 - Slide

Aan het werk
  • Maken 1 t/m 3
  • We kijken de opdracht over 10 minuten na.

Daarna gaan we nog een keer kijken naar de tekenregels (appel, ui). blz. 63, 64.
Volgende week maandag: meesterproef.

timer
10:00

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Slide

Hoe noem je een aantal organen die samen een functie hebben?
A
Organisme
B
Organen
C
Orgaanstelsel
D
Romp

Slide 27 - Quiz

De hersencellen behoren tot het ... stelsel
A
Bloedvatenstelsel
B
Beenderstelsel
C
Zenuwstelsel
D
Spierstelsel

Slide 28 - Quiz

Tot welk stelsel behoort de anus?
A
Verteringsstelsel
B
Ademhalingsstelsel
C
Beenderstelsel
D
Zenuwstelsel

Slide 29 - Quiz

Waar bevinden zich de meeste organen?
A
Borstholte
B
Middenrif
C
Buikholte

Slide 30 - Quiz

Enkele organen zijn:
maag - slokdarm - lever

Tot welk organenstelsel behoren deze organen?
A
ademhalingsstelsel
B
spierstelsel
C
zenuwstelsel
D
verteringsstelsel

Slide 31 - Quiz

Enkele organen zijn:
biceps - oogspier - buikspier

Tot welk organenstelsel behoren deze organen?
A
ademhalingsstelsel
B
spierstelsel
C
zenuwstelsel
D
bloedvatenstelsel

Slide 32 - Quiz


Welke stelsels zie je?
A
bloedvatenstelsel zenuwstelsel
B
beenderstelsel zenuwstelsel
C
verteringsstelsel spierstelsel
D
je ziet alleen organen

Slide 33 - Quiz