K4 - Woordenschat H1
1 / 23
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Video
Welke betekenis hoort bij het woord enorme ?
A
geweldige
B
geraden aantal
C
een actie voor een bepaald doel
D
precieze
Slide 3 - Quiz
Welke betekenis hoort bij het woord exacte?
A
geweldige
B
geraden aantal
C
een actie voor een bepaald doel
D
precieze
Slide 4 - Quiz
Welke betekenis hoort bij het woord schatting?
A
geweldige
B
geraden aantal
C
een actie voor een bepaald doel
D
precieze
Slide 5 - Quiz
Welke betekenis hoort bij het woord campagne?
A
geweldige
B
geraden aantal
C
een actie voor een bepaald doel
D
precieze
Slide 6 - Quiz
Welke betekenis hoort bij het woord circa?
A
geweldige
B
ongeveer
C
een actie voor een bepaald doel
D
goedkeuring
Slide 7 - Quiz
Welke betekenis hoort bij het woord toestemming?
A
geweldige
B
geraden aantal
C
een actie voor een bepaald doel
D
goedkeuring
Slide 8 - Quiz
Wat is het tegengestelde van exact?
Slide 9 - Open question
Wat is het tegengestelde van voormalige?
Slide 10 - Open question
Wat is het tegengestelde van accuraat?
Slide 11 - Open question
Wat is het tegengestelde van uitmuntend?
Slide 12 - Open question
Wat is het tegengestelde van negatief?
Slide 13 - Open question
Wat is het tegengestelde van compleet?
Slide 14 - Open question
Wat is het tegengestelde van nutteloos?
Slide 15 - Open question
Welke betekenis hoort bij het spreekwoord: het haasje zijn?
A
met iedereen meepraten
B
uitgaan
C
pech hebben
D
een klusje aanpakken
Slide 16 - Quiz
Welke betekenis hoort bij het spreekwoord: de bloemetjes buiten zetten?
A
met iedereen meepraten
B
uitgaan
C
pech hebben
D
een klusje aanpakken
Slide 17 - Quiz
Welke betekenis hoort bij het spreekwoord: met alle winden meewaaien?
A
met iedereen meepraten
B
uitgaan
C
pech hebben
D
een klusje aanpakken
Slide 18 - Quiz
Selecteer om teknippen, kopiëren ofte verwijderen
19
Dit wordt getoondin de klassikale leswanneer je op'geef les' klikt.
Dit wordt getoondin de gedeelde les dieleerlingen zelfstandigkunnen doen.
Differentiëer
Differentiëer
Instellingen
Quizvraag
Welke betekenis hoort bij het spreekwoord: dat varkentje wel even wassen?
A
met iedereen meepraten
B
uitgaan
C
pech hebben
D
een klusje aanpakken
Slide 19 - Quiz
Selecteer om teknippen, kopiëren ofte verwijderen
19
Dit wordt getoondin de klassikale leswanneer je op'geef les' klikt.
Dit wordt getoondin de gedeelde les dieleerlingen zelfstandigkunnen doen.
Differentiëer
Differentiëer
Instellingen
Quizvraag
Welke betekenis hoort bij het spreekwoord: mosterd na de maaltijd?
A
erg duur
B
ernaar raden
C
te laat, je hebt er niets meer aan
D
met veel moeite
Slide 20 - Quiz
Selecteer om teknippen, kopiëren ofte verwijderen
19
Dit wordt getoondin de klassikale leswanneer je op'geef les' klikt.
Dit wordt getoondin de gedeelde les dieleerlingen zelfstandigkunnen doen.
Differentiëer
Differentiëer
Instellingen
Quizvraag
Welke betekenis hoort bij het spreekwoord: met hangen en wurgen?
A
erg duur
B
ernaar raden
C
te laat, je hebt er niets meer aan
D
met veel moeite
Slide 21 - Quiz
Selecteer om teknippen, kopiëren ofte verwijderen
19
Dit wordt getoondin de klassikale leswanneer je op'geef les' klikt.
Dit wordt getoondin de gedeelde les dieleerlingen zelfstandigkunnen doen.
Differentiëer
Differentiëer
Instellingen
Quizvraag
Welke betekenis hoort bij het spreekwoord: een rib uit mijn lijf?
A
erg duur
B
ernaar raden
C
te laat, je hebt er niets meer aan
D
met veel moeite
Slide 22 - Quiz
Selecteer om teknippen, kopiëren ofte verwijderen
19
Dit wordt getoondin de klassikale leswanneer je op'geef les' klikt.
Dit wordt getoondin de gedeelde les dieleerlingen zelfstandigkunnen doen.
Differentiëer
Differentiëer
Instellingen
Quizvraag
Welke betekenis hoort bij het spreekwoord: een slag in de lucht doen?
A
erg duur
B
ernaar raden
C
te laat, je hebt er niets meer aan
D
met veel moeite
