Diabetes Mellitus

• Anatomie & Fysiologie
• MBO
• Studiejaar 1

Diabetes Mellitus

.... haalt glucose uit het bloed en wordt opgeslagen als glycogeen

1. Glucagon
2. insuline

Welke twee functies heeft de alvleesklier?

1. productie spijsverteringsenzymen + vertering vetten
2. Productie van hormonen cortisol en T4
3. Productie van vetten en vertering van eiwitten
4. Productie van spijsverteringsenzymen en productie van hormonen insuline en glucagon

Glucagon wordt gemaakt in de ....... van de eilandjes van Langerhans

1. betacellen
2. alfacellen
3. gammacellen
4. omegacellen

Wat is hoort NIET bij Diabetes Mellitus

1. doorstroming van zoete urine
2. stofwisselingsziekte waarbij er een tekort aan insuline
3. medische term voor suikerziekte
4. een ziekte wat niet te behandelen is.

de volgende symptomen: dorst, vermoeidheid, afvallen, veel plassen hoofdpijn past bij.....

1. Hyperglykemie
2. Hypoglykemie

De volgende symptomen: hongergevoel, rusteloosheid, trillen, zweten en bleekheid passen bij....

1. Hyperglykemie
2. Hypoglykemie

Kenmerk van Diabetes type 1

1. overgewicht, roken, erfelijkheid en ouderdom vergroot de kans op Diabetes
2. begint op jeugdige leeftijd
3. symptomen zijn veel drinken, vaak plassen, ontstaan langzaam
4. komt bij 9 op de 10 voor

Kenmerk van diabetes type 2

1. overgewicht, roken, erfelijkheid en ouderdom vergroot de kans op Diabetes
2. begint op jeugdige leeftijd
3. symptomen zijn veel drinken, vaak plassen, ontstaan plotseling
4. komt bij 1 op de 10 voor

Wat is een korte termijn effect DM

1. hyperglykemie
2. vergrote kans op hartinfarct
3. kans op blindheid
4. nierenproblemen

wat is een lange termijn effect van DM

1. Nierfalen
2. blaasontsteking
3. schildklierproblemen
4. infecties van de ogen

stelling: Je hoeft niet te stoppen met roken omdat je diabetes hebt

1. Juist
2. onjuist

Belangrijkste doel van de behandeling van diabetes is:

1. zorgen dat mensen therapietrouw zijn
2. het voorkomen van complicaties op de lange termijn
3. dat de glucosewaarden stabiel zijn
4. dat er niet meer mensen bijkomen die DM hebben

Niet medicamenteuze adviezen bij diabetes zijn:

1. stoppen met roken
2. geen suiker meer eten
3. zorgen voor voldoende slaap
4. zorgen voor minder stress

Insuline kun je ook als tablet innemen

1. juist
2. onjuist

een voorbeeld van een ultra kortwerkende insuline is

1. Detimir
2. Aspart
3. Glargine
4. Metformine

Een voorbeeld van een langwerkende insuline is

1. Aspart
2. Gliclazide
3. Lispro
4. Glargine

De subgroep van Metformine is:

1. sulfonylureumderivaten
2. Thiazolidinedionen
3. biguaniden
4. Incretinenemimetica

De werking van metformine is:

1. verhoogt gevoeligheid van lichaamscellen voor insuline
2. remt glucoseproductie in lever en verhoogt gevoeligheid van spiercellen voor insuline
3. Stimuleert de alvleesklier om meer insuline aan te maken
4. Remt de opname van glucose uit de darmen

De subgroep en werking van gliclazide is:

1. subgroep biguaniden werking remt de glucoseproductie in de lever
2. DPP4- remmers: remmen de afbraak van incretinehotmonen hierdoor verhoging insuline aanmaak
3. subgroep sulfonylureumderivaten werking: stimuleert alvleesklier om meer insuline te maken
4. SGLT2 remmers, remmen de glujcoseopname in de nieren, hierdoor meer uitscheiding van glucose

een voorbeeld van een SGLT 2 remmer is:

1. Metformine
2. Dapagliflozine
3. Gliclazide
4. Arcabose

De werking van een DPP4 remmer is:

1. ze stimuleren de alvleesklier tot insuline productie
2. ze remmen de glucoseheropname in de nieren
3. ze remmen de afbraak van GLP-1 incretinine
4. ze maken de cellen gevoeliger voor insuline

Stap 1:

stap 2

stap 3

stap 4

Metformine

metformine + SUD

Metformine + SUD+ insuline (alternatief op indicatie ddp-4 remmers of glp-1 agonist

intensiveren insulinebehandeling 

alternatief op indicatie : ddp4-remmer of GLP-1 agonist

Wat is de eerste stap in de medicamenteuze behandeling van beginnende diabetes mellitus type 2?

1. NPH-insuline (10 E)
2. Sitagliptine (100 mg 1dd)
3. Metformine (500-850 mg 1dd)
4. Metformine (500-850 mg 1dd) OF Gliclazide (30 mg 1dd)

Waarom is de begeleiding bij diabetes patiënten belangrijk?

1. Ze hebben vaak meerder aandoeningen
2. Ze moeten hun leven aanpassen aan een ziekte (leefstijladviezen)
3. angst voor hypo of hyper en lange termijn complicaties
4. Alle bij a,b,c genoemde redenen zijn belangrijk

stelling: voor gebruik moet je de insuline goed schudden

1. juist
2. onjuist

Insuline moet niet geschud worden, wel zwenken of rollen 

Stelling 1: de gebruikte pennen insuline bewaar je in de koelkast
Stelling 2: de voorraad insuline bewaar je in de koelkast

1. stelling 1 is juist, stelling 2 is onjuist
2. stelling 1 is onjuist stelling 2 is juist
3. Beide stellingen zijn juist
4. beide stellingen zijn onjuist