Biologie - Hoofdstuk 6 - Les 2 - Het weer

1 / 35
next
Slide 1: Slide
BiologieBasisschoolGroep 6

This lesson contains 35 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Waar denk je dat deze les over gaat?

Slide 2 - Open question

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Kies 3 woorden uit en type 1 zin waarin je deze woorden gebruikt.
Kies uit: weer, weerbericht, regen, sneeuw, Celcius, windkracht, neerslag, zonneschijn, temperatuur

Slide 5 - Open question

Slide 6 - Slide

Wat zie je op de afbeelding op bladzijde 73?

Slide 7 - Open question

Wat kun je met dit instrument meten?
A
Wat voor weer het wordt: gaat het regen of gaat de zon schijnen
B
Hoe warm het is
C
Hoeveel regen er gaat vallen
D
Welke kant ik op moet lopen

Slide 8 - Quiz

Waar kun je dit instrument gebruiken?
A
Binnen
B
Buiten
C
Binnen en Buiten

Slide 9 - Quiz

Met welke instrumenten kun je nog meer het weer bepalen? Sleep de woorden naar het goede vak.
Wel:                                       Niet:
Weegschaal
Windvaan
Thermometer
Regenmeter

Slide 10 - Drag question

Slide 11 - Video

Welk weer kun je beter bepalen?
A
Weer op langer termijn
B
Weer op korter termijn

Slide 12 - Quiz

Nu gaan we zelf een weerkaart aflezen... Kijk je mee?

Slide 13 - Slide


Hoeveel graden is het donderdag in Overrijssel gemiddeld?

Slide 14 - Open question


Vanuit welke richting kwam de wind op vrijdag?
Noord, Oost, Zuid of West

Slide 15 - Open question


Welke weer en neerslag was er woensdag in Zeeland?

Slide 16 - Open question

Slide 17 - Slide

Waardoor wordt het
weer bepaald?

Slide 18 - Mind map

Gespreksvraag:
Hoe komt het dat een weerbericht niet altijd klopt?

Slide 19 - Slide

Opdr. 1: Welke weerberichten horen bij deze foto?

Slide 20 - Open question

Opdr. 1: Welke weerberichten horen bij deze foto?

Slide 21 - Open question

Opdr. 1: Welke weerberichten horen bij deze foto?

Slide 22 - Open question

Opdr. 2: Welk weerbericht is het nauwkeurigst?
A
Voor de volgende dag
B
Voor de komende 3 dagen
C
Voor de hele week

Slide 23 - Quiz

Slide 24 - Slide

Opdr. 3: Hoe werkt een zonneschijn-autograaf?
A
Als een microscoop
B
Als een aansteker
C
Als een brandglas

Slide 25 - Quiz

Opdr. 4: Wanneer scheen de zon bij de middelste?
A
Van 11:00 uur tot 17:00 uur
B
Van 07:00 uur tot 17:00 uur
C
Van 10:00 uur tot 15:00 uur

Slide 26 - Quiz

Opdr. 5: Hoeveel graden is het op de thermometer?
A
9 graden Celsius
B
-5 graden Celsius
C
19 graden Celsius

Slide 27 - Quiz

Hoeveel 

Slide 28 - Slide

Opdr. 6: Naar welke kant kijkt deze haan bij een Noorderwind?
A
Naar het Noorden
B
Naar het Zuiden

Slide 29 - Quiz

Opdr. 7: Welke temperatuur is het HOOG in de lucht bij natte sneeuw die niet blijft liggen?
A
onder 0 graden
B
boven 0 graden

Slide 30 - Quiz

Opdr. 7: Welke temperatuur is het VLAK BOVEN DE GROND als er hagel is die lang blijft liggen?
A
onder 0 graden
B
boven 0 graden

Slide 31 - Quiz

Opdr. 7: Welke temperatuur is het VLAK BOVEN DE GROND als er sneeuw is die lang blijft liggen?
A
onder 0 graden
B
boven 0 graden

Slide 32 - Quiz

Welke begrippen heb
je vandaag geleerd?

Slide 33 - Mind map

Typ in 2 zinnen: Wat heb jij vandaag geleerd in deze les over het weer?

Slide 34 - Open question

Wat was het leukste van deze les?

Slide 35 - Open question