organen en organenstelsels
https://biologiepagina.nl/Flashfiles/Ispring/celweefselorgaan.htm
Open the link in a new tab
1 / 21
next
Slide 1: Link
BiologieMiddelbare schoolvmboLeerjaar 1
This lesson contains 21 slides, with text slides.
Lesson duration is: 30 minItems in this lesson
https:
Slide 1 - Link
Organen en organenstelsels
van Cel naar Organisme
van super, microscopisch klein naar .. groot
Slide 2 - Slide
Inleiding
We gaan kijken naar de bouw en opbouw van organismen, levende wezens.
We kijken eerst naar de mens, maar ook naar planten en dieren. Alle organismen zijn namelijk opgebouwd volgens een vast bouwplan wat bij die soort het beste past.
Slide 3 - Slide
Organisme =
een levend wezen
Zo zien we elkaar, als compleet persoon.
Als we gaan inzoomen op ons persoontje kunnen er meerdere belangrijke laagjes ontdekt worden.
Slide 4 - Slide
een koe, ook een levend wezen (organisme)
een zeester, ook een levend wezen (organisme)
Slide 5 - Slide
een den, boom, ook een organisme (levend wezen)
champignongs, ook organismen (levende wezens)
Slide 6 - Slide
Organen
Een organisme bestaat uit vele onderdelen (organen).
Die organen moeten wel met elkaar kunnen samenwerken om het organisme in leven te houden.
De organen moeten ook in orde zijn en niet kapot, dan wordt het ook lastiger.
Bijvoorbeeld : Als het hart niet klopt, wordt het bloed niet rondgepompt en gaat het niet goed met jou.
Slide 7 - Slide
Organen
Het is net als met jouw fiets: als de ketting kapot is, wordt het lastig om vooruit te komen, maar als de band lek is ook.
Alles aan de fiets moet kloppen om er mee te kunnen werken, alle onderdelen moeten werken en aanwezig zijn.
Zo is het met het lichaam ook: alles moet het doen.
Slide 8 - Slide
Organen/organenstelsels
Organen zijn onderdelen van het lichaam. Ze hebben in het lichaam allemaal één of zelfs meerdere taken.
Organen doen hun taak/taken, maar doen dit nooit alleen.
Organen werken met andere organen samen.
Slide 9 - Slide
Organen/organenstelsels
In deze afbeelding zie je het orgaan ...
de maag...
taak: slaat voedsel een tijdje op en maakt dit klaar voor verdere vertering
Slide 10 - Slide
Organen/organenstelsels
In deze afbeelding zie je het orgaan ...
de lever...
taak: maakt onder andere bepaalde stoffen in het lichaam onschadelijk (zoals drugs, alcohol)
Slide 11 - Slide
Organen/organenstelsels
In deze afbeelding zie je het orgaan ...
de dikke darm...
taak: zorgt ervoor dat al het teveel aan water in het voedsel in het lichaam blijft (anders zou je uitdrogen)
Slide 12 - Slide
Organen/organenstelsels
Je ziet hier het complete organenstelsel van de voedselvertering:
het verteringsstelsel
de maag: 03
de lever: 11
de dikke darm: 06,
samen met nog veel andere organen zorgen ze voor de vertering van voedsel
Slide 13 - Slide
6 andere organenstelsel, welke?
Slide 14 - Slide
6 organenstelsels
1= verteringsstelsel
2=bottenstelsel (skelet of beenderenstelsel)
3=spierstelsel
4=bloedvatenstelsel
5=ademhalingsstelsel
6=zenuwstelsel
Slide 15 - Slide
Organen/organenstelsels
Je hebt nu een aantal belangrijke organenstelsels van de mens bekeken.
Er zijn er 12 in totaal; hiernaast zijn ze afgebeeld.
Slide 16 - Slide
Opdracht 1
maak de volgende opdracht:
Slide 17 - Slide
Opdracht 2
Maak de volgende opdracht. Koppel het juiste orgaan bij het juiste orgaanstelsel.
Slide 18 - Slide
Eindopmerking
Als het goed is, heb je nu inzicht in de organen en organenstelsels. Maak nu de opdrachten van paragraaf 2.1
Slide 19 - Slide
Voor de leerlingen die extra informatie willen...
Welke taak hoort bij welk orgaan/organenstelsel... kijk hiervoor het volgende onderdeel door op de link te klikken:
Slide 20 - Slide
Voor de leerlingen die extra willen oefenen...
Maak de volgende opdracht. Klik op de volgende link:
