NK, Kapitel 3, les 2, week 49

Willkommen, heute ist Dienstag
3. Dezember 2024
1 / 43
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 1,2

This lesson contains 43 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 40 min

Items in this lesson

Willkommen, heute ist Dienstag
3. Dezember 2024

Slide 1 - Slide

Lernziel(e)
Deel 1:
Je begrijpt de hoofdlijn van een eenvoudige tekst uit een jongerentijdschrift.

Deel 2:
Je weet wat modale werkwoorden zijn en kunt deze in de verleden tijd gebruiken. 




Slide 2 - Slide

Programma:
Deel 1:
- HW nakijken
- uitleg nieuwe grammatica A 
- Zelfstandig werken

Deel 2:
- Tekst lezen
- Zelfstandig werken

Slide 3 - Slide

Was haben wir in der letzten Stunde gemacht?
Was haben wir in der letzten Stunde gemacht?

Slide 4 - Slide

Huiswerk nakijken


  • A-Hören, > Aufg. 1, 2, online
  • B-Wortschatz, > Aufg. 3, 4, 5, 6, 7, 8, in je boek
  • Overschrijven woorden van Kapitel 3, NL-DU in je schrift.
    (volgende week niet overgeschreven betekent 5x
      overschrijven) 

Slide 5 - Slide

Aufg. 3
der Bus
der Stadtplan
der Platz
der Kreisverkehr
der Bahnhof
der Gehweg
die Kurve
die Brücke
die Haltestelle


die Ecke
die Kreuzung
die U-Bahn
die Bahn/der Zug
die Ampel
die Straßenbahn
das Gleis

Slide 6 - Slide

Aufg. 4

1 Wo muss ich umsteigen?
2 Laufen Sie bitte nur auf dem Gehweg.
3 Entschuldigung, ich suche die Bücherei. - Oh, die ist hier in der Nähe!
4 Ich zeige Ihnen den Weg auf einem Stadtplan.
5 Eine Insel erreicht man mit einer Fähre oder einem Schiff.

Slide 7 - Slide

Aufg. 5

Slide 8 - Slide

Aufg. 6

Hi Michaela!

Ich freue mich so, dass wir uns endlich wieder sehen werden! Sind die Flugtickets schon angekommen?
Unser Dorf liegt ganz in der Nähe vom Düsseldorfer Flughafen. Von dort fährst du zuerst mit der U-Bahn nach Wuppertal. Das ist die Linie 9, sie fährt von Gleis 3 oder 4 ab. Sobald du in Wuppertal ausgestiegen bist, überquerst du den Helmholtzplatz. Auf der anderen Seite musst du nämlich in den Bus M32 nach Wipperfürth einsteigen

Slide 9 - Slide

Aufg. 6

Du steigst an der Hochstraße aus. Dann ist es nicht mehr weit. Das letzte Stück gehst du also zu Fuß. An der Ecke gehst du nach links und dann immer geradeaus bis zum Kreisverkehr. Links siehst du dann die Dr.-Eugen-Kersting-Straße.


Gute Fahrt!
Lina
Anhang: Stadtplan Wipperfürth



Slide 10 - Slide

Aufg. 7

Slide 11 - Slide

Aufg. 8

1 Hast du dir beim Aussteigen wehgetan?
2 Hat Guido wirklich auf diesem Berg gezeltet?
3 Hast du gewusst, dass die S1 nicht mehr fährt?
4 Ich glaube, ich bin eine Haltestelle zu früh ausgestiegen.
5 Wir haben unsere Fahrräder mit in die Bahn genommen.

Slide 12 - Slide

Aufg. 8

6 Findest du es schlimm, dass ich morgen nicht kommen kann?
7 Ich muss mich übergeben, wenn ich im Bus ein Buch lese.
8 Seid ihr nach Spanien geflogen oder gefahren?
9 Ich habe mich geschnitten, als ich die Tickets aus dem Fahrkartenautomaten genommen habe.
10 Weil es gestern den ganzen Tag geregnet hat, sind wir in der Nähe vom Zentrum geblieben.

6 Ich bin heute zum Arzt gegangen, weil ich so oft müde bin. 7. Ich habe mich übergeben, als ich im Bus gelesen habe.
8 Seid ihr nach Spanien geflogen oder gefahren?
9 Ich habe mich geschnitten, als ich die Tickets aus dem           Fahrkartenautomaten genommen habe.
10 Weil es gestern den ganzen Tag geregnet hat, sind wir in
     der Nähe vom Zentrum geblieben.

Slide 13 - Slide

Neue Grammatik!

Modale werkwoorden 

Slide 14 - Slide

Wat zijn Modalverben?
 Dit zijn hulpwerkwoorden die in een zin een extra lading aan een ander werkwoord geven.
Ik kan goed schaatsen, ik moet werken, mag ik iets vragen?
In het Duits zijn dit de werkwoorden dürfen, können, mögen, müssen, sollen, wollen en wissen. 

Slide 15 - Slide

Opdracht 1
Was weißt du noch?

Slide 16 - Slide

Wat betekent dürfen ?

Slide 17 - Open question

Wat betekent können ?

Slide 18 - Open question

Wat betekent mögen ?

Slide 19 - Open question

Wat betekent sollen ?

Slide 20 - Open question

De tweede letter verandert in het enkelvoud naar welke letter?

dürfen, können, mögen
Dure konijnen mogen aaien
A
i
B
u
C
e
D
a

Slide 21 - Quiz

De tweede letter van het werkwoord müssen verandert in het enkelvoud ook.

Naar welke?
Mus uitlaten
A
a
B
u
C
i
D
e

Slide 22 - Quiz

Opdracht 2
Zoek de goede vorm

Slide 23 - Slide

Warum ...... (können) du morgen nicht kommen?
A
könnst
B
kanst
C
kannst
D
kan

Slide 24 - Quiz

Wie lange ....... (dürfen) ihr bleiben?
A
darf
B
darft
C
dürft
D
dürftet

Slide 25 - Quiz

Weißt du, ob er Pizza ....... (mögen).
A
mag
B
magt
C
mög
D
mögt

Slide 26 - Quiz

Frau Soeren, das ...... (können) Sie doch nicht machen.
A
kannen
B
können
C
konnen
D
könnt

Slide 27 - Quiz

Opdracht 3
Zet elk werkwoord op de juiste plek

Slide 28 - Slide

Ich ........... zur Toilette!
Nein, ich .................. noch nicht in die Disko gehen.
Ich ................ sehr gut schwimmen
Ich ............. Eis
darf
muss
kann
mag

Slide 29 - Drag question

Super!
Du bist Großartig! Jetzt geht's weiter im Präteritum = verleden tijd! 

Slide 30 - Slide

Modale werkwoorden
Verleden tijd

Slide 31 - Slide

Basisregels voor de verleden tijd:
  • de Umlaut verdwijnt!!
  • De ich- en de er/sie/es -vorm zijn gelijk!
  • De -t- van de verleden tijd komt erbij
  • Je moet de rijtjes uit je hoofd leren!

Slide 32 - Slide

Slide 33 - Slide

Opdracht 5
Sleep de blauwe vormennaar de rode vakjes.

Slide 34 - Slide

mochten
konden
moesten
wisten
wilden
durften
konnten
mussten
wussten
wollten

Slide 35 - Drag question

Bij welke persoonlijke voornaamwoorden gebruik je bij de modale werkwoorden dezelfde vervoeging van het werkwoord?
ich en du
du en er/sie/es
ich en er/sie es

Slide 36 - Poll


Wat is GEEN kenmerk van de verleden tijd van modale werkwoorden?
A
-st-en-t-en-uitgangen
B
-te, -test, -te, -ten, -tet, -ten
C
geen Umlaut
D
andere stamklinker in de ovt bij álle ww-vormen

Slide 37 - Quiz

Bij de modale werkwoorden gebruik je bij de meervoudsvormen gewoon de esttenten. Klopt dat?
Ja
Nee

Slide 38 - Poll

Modalverben
wie war das nochmal?

Slide 39 - Slide

Zelfstandig aan het werk
1. Maken:   E, Grammatik,  Aufg. 15 t/m 19 in je boek
2. Slim stampen!

Slide 40 - Slide

Les 2
Nehmt jetzt euer Buch, 
Seite 102


Slide 41 - Slide

Was haben wir in der letzten Stunde gemacht?
Was haben wir in der letzten Stunde gemacht?

Slide 42 - Slide

Hausaufgaben


  • Maken: E, Grammatik, Aufg. 15 t/m 19 in je boek
  • maken: D, Lesen, Aufg. 12, 13 en 14 in je boek
  • Slim stampen!






Slide 43 - Slide