Disk woordenschat 2.3

• Nederlands
• Voortgezet speciaal onderwijs
• Leerroute 3

Wanneer word je wakker?

1. In de ochtend
2. In de middag
3. In de avond
4. In de nacht

Wat vind jij van de ochtend?

😒🙁😐🙂😃

Op school maken we veel ____.

1. boeken
2. opdrachten
3. laptops
4. stoelen

Ik maak opdrachten liever ______.

1. Alleen
2. Samen met de klas
3. Met een andere leerling

In welke plaats wonen jullie?

1. Steenwijk
2. Luttelgeest
3. Marknesse
4. Emmeloord

Wat vind jij een mooie plaats?

Vandaag kunnen we niet naar de Jumbo. Wat is de reden?

1. De Jumbo is boos
2. De pauze is te kort
3. Meneer Van Dijk is niet aardig
4. Geen reden

Welk woord vraagt naar de reden?

1. Waarom
2. Wanneer
3. Hoe
4. Wie

Geen telefoon in de klas.

1. Dit is een knie
2. Dit is een kat
3. Dit is een regel
4. Dit is een laptop

Wat vind je van de regel: geen telefoon in de klas?

😒🙁😐🙂😃

Hamza, wil jij even blijven? ______ mag uit de klas.

1. De res
2. De rest
3. De klas
4. De ras

Op dinsdag moet je naar school. Wat doe je de rest van de dag?

In welke maand zitten we nu?

Wil je graag een sportdag met school?

1. Ja, leuk!
2. Nee, liever niet!
3. Ik weet het niet

"tot later" is hetzelfde als:

1. tot nooit
2. tot morgen
3. tot straks
4. tot ziens

Wat een mooie foto. Wil je die naar mij ______?

1. zenden
2. zuren
3. stuwen
4. sturen

Je bent te laat. Haal maar een _______.

1. laat-brief
2. te-laat-briefje
3. later-brief
4. lepelaar

Als je iemand belt gebruik je een ____

1. potlood
2. pen
3. laptop
4. telefoon