Blok 7 - les 4 - knabbelen - heerlijk - dertig

eindigt het woord op -ig of -lijk
A
heer = heerig
B
heer = heerlijk
1 / 13
next
Slide 1: Quiz

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

eindigt het woord op -ig of -lijk
A
heer = heerig
B
heer = heerlijk

Slide 1 - Quiz

ig of lijk
A
waas = wazig
B
waas = waaslijk

Slide 2 - Quiz

lesdoel
Ik kan woorden schrijven met twee keer een e achteraan die klinkt als /u/

Ik kan woorden schrijven op ig

Ik kan woorden schrijven op lijk

Slide 3 - Slide


Slide 4 - Open question


Slide 5 - Open question


Slide 6 - Open question


Slide 7 - Open question


Slide 8 - Open question


Slide 9 - Open question


Slide 10 - Open question


Slide 11 - Open question

spelling
blok 7 -les 4
blz 52

We maken de les samen!!!!

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Link