NN literatuur - H1 praten over proza - H1.3 Setting en ruimte

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 4

Nieuw Nederlands Literatuur

Literair begrip:

- Setting en ruimte

Leerdoelen

Je kent de term setting (decor) en kunt de term toepassen op de gelezen literatuur.

Je weet wat de functie van literaire ruimtes is.

Vooraf: Wat was de setting van Op zee van Toine Heijermans?

Uitleg: literaire setting en ruimte

Samenwerken: zoek informatie over de schrijver Kader Abdolah

Zelfstandig maken: vragen bij setting en ruimte, Kader Abdollah Het huis van de moskee

Afsluiting

Setting en ruimte

Beeld van het decor van een verhaal

Genre en sfeer van het verhaal

Decor is nooit toevallig

Bekijk het volgende fragment

Let op: 

- Welke setting en ruimte zie je in dit fragment?

- Wat voor soort film denk je te gaan zien?

- Welke dingen neem je aan als je de inleiding ziet? 

Deze les:

1.3 Setting en ruimte

Setting (decor)

PTO = Plaats, tijd, omstandigheden

Ruimte (functie van)

Functies van ruimtes waarin een verhaal zich afspeelt:

- Karakterisering: voorkeur of afkeur voor een
   ruimte

- Sfeertekening: ondersteuning bepaalde
   handeling, gebeurtenis of gevoel

- Symbolisch: ruimte staat symbool voor iets

Lezen

Lees de fragmenten uit Het huis van de moskee van
Kader Abdollah en beantwoord de vragen

Vraag 7 - geheimen, gewoonten, traditie

Het huis bestaat al eeuwenlang en is ommuurd (het huis en de muur omvatten iets wat voor buitenstaanders verborgen blijft). Zie:

‘Eeuwenlang hadden daar bloedverwante families in dienst van de moskee gewoond.’

‘In het traditionele huis ging het leven door.’

‘’s Avonds waren de grootmoeders als alle andere avonden druk bezig in de keuken’

‘Alsaberi droeg een zwarte tulband, wat betekende dat hij een nakomeling van de profeet Mohammad was’

‘De grootmoeders vertelden alles wat er in het huis gebeurde aan Aga Djan. Ook de geheimen van het huis waar niemand anders achter mocht komen.’

‘Ze waren de bedienden van het huis en ze woonden er al meer dan zestig jaar.’

‘De grootmoeders hoorden bij het huis, net als de oude kraai, de cederboom en de kelders. Een van hen had de imam grootgebracht en de ander Aga Djan. Ze waren de vertrouwelingen van Aga Djan en bewaakten de gewoonten van het huis.’

Vraag 9 - traditie versus moderne tijd

Imam Alsaberi probeert de moderne tijd buiten de deur te houden. Dat kun je onder andere zien aan zijn voorkeur voor het gebruik van een (ouderwetse) koets in plaats van een (moderne) taxi. Hij wil de moderne tijd buiten de deur houden, omdat hij bang is voor vernieuwingen / dingen die hem onbekend zijn.

Het huis is ommuurd. Wat is het verschil tussen de werelden binnen en buiten de muren?