Getallen

• Wiskunde
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 2

14-9-2022

• Start
  
• Rekenen met negatieve getallen
  
• Werken aan 1.1
  
• Einde
  

3 + -5 =

-3 + 8 =

-4 - -10 =

2 x 8 =

2 x -8 =

-3 x 5 =

-10 x -3 =

12 : 3 =

-21 : 7 =

-30 : -5 =

14-9-2022

• Start
  
• Rekenen met negatieve getallen
  
• Werken aan 1.1
  
• Einde
  

Ga aan de slag met de opdrachten van 1.1 op blz. 10, 11 en 12.

15-9-2022

• Start
  
• Rekenen met kwadraten
  
• Werken aan 1.1 en 1.2
  
• Einde
  

Ga aan de slag met de opdrachten van 1.1 en 1.2.

Wat is de oppervlakte van de vierkant hiernaast?

1. 5cm​2​​
2. 25cm​2​​
3. 20cm​2​​
4. 10cm​2​​

Kwadraten

Een getal keer zichzelf noem je een kwadraat.

Bijvoorbeeld: 

5 x 5 = 25

6 x 6 = 36

9 x 9 = 81

12 x 12 = 144

Kwadraten

Een getal keer zichzelf noem je een kwadraat.

Bijvoorbeeld: 

5 x 5 = 25

6 x 6 = 36

9 x 9 = 81

12 x 12 = 144

Het kwadrateren van 5 = 5² = 5 x 5. 

5² = 25

kwadraten

Op je rekenmachine zit de knop x². 

Hiermee doe je een kwadraat.

Let op! een kwadraat is niet hetzelfde als keer 2

Bereken:

7​2​​

Bereken:

14​2​​

15-9-2022

• Start
  
• Rekenen met negatieve getallen
  
• Werken aan 1.1 en 1.2
  
• Einde
  

Ga aan de slag met de opdrachten van 1.1 en 1.2.

Voor maandag moet gemaakt zijn: opdrachten 6 t/m 15 van hoofdstuk 1. 

Deze opdrachten staan op blz. 11 t/m 15 in je boek.

19-9-2022

• Start
  
• Wortels
• Werken aan de weektaak
  
• Einde
  

Bereken het kwadraat van 6

1. 12
2. 24
3. 36
4. 48

Bereken het kwadraat van -6

1. 36
2. -36
3. 12
4. -12

Wortels

Het kwadraat van 6 is 6².

6² = 36

Wortels

Het kwadraat van 6 is 6².

6² = 36

Het tegenovergesteld van een kwadraat heet een wortel

6² = 36 en de      36 = 6 

√​​​​

√​​​​

28-9-2022

• Start
  
• Herhaling H1
• Werken aan herhaling
  
• Einde
  

2 x -8 =

-10 x -3 =

12 : -3 =

-30 : -5 =

Kwadraten

Een getal keer zichzelf noem je een kwadraat.

Bijvoorbeeld: 

5 x 5 = 25

6 x 6 = 36

9 x 9 = 81

12 x 12 = 144

Het kwadrateren van 5 = 5² = 5 x 5. 

5² = 25

Bereken het kwadraat van 8

1. 16
2. 24
3. 64
4. 80

Bereken het kwadraat van -8

1. 16
2. -64
3. 64
4. -16

Bereken -8

2

1. 16
2. -64
3. 64
4. -16

Bereken (-7)

2

1. 14
2. -49
3. 49
4. -14

Wortels

Het kwadraat van 6 is 6².

6² = 36

Het tegenovergesteld van een kwadraat heet een wortel

6² = 36 en de      36 = 6 

√​​​​

√​​​​

Bereken:

√​​​​

√​64​​​

Bereken:

√​​​​

√​−64​​​

Bereken:

√​​​​

√​12​​​

Leren voor een wiskundetoets

Lees en leer de theorieblokken uit het hoofdstuk (blz. 32 t/m 37).

Als voorbereiding maak je:

Test jezelf (blz. 30 en 31)

Samenvatting (blz. 32 t/m 37)

Oefentoets (blz. 12 en 13 in je werkboek)

28-9-2022

• Start
  
• Herhaling H1
• Werken aan herhaling
  
• Einde