Wat zit er in de ruimte tussen de cellen in de afbeelding links en wat zit daar in de afbeelding rechts?
A
Links zit tussencelstof en rechts ook.
B
Alleen links zit tussencelstof.
C
Alleen rechts zit tussencelstof.
Slide 25 - Quiz
Wat is de functie van gewrichtssmeer?
Slide 26 - Open question
Met welk nummer is de meniscus
aangegeven en met welk nummer
het kraakbeenlaagje ?
Slide 27 - Open question
Welk type spiervezels gebruiken wij vooral voor onze lichaamshouding?
A
Snelle spiervezels
B
Langzame spiervezels
Slide 28 - Quiz
Noteer de juiste namen van deze nummers: 2, 3, 4, 10 en 15.
Slide 29 - Open question
In de afbeelding is de wervelkolom getekend.
Welk nummer geeft de lendenwervels aan?
A
Nummer 1
B
Nummer 2
C
Nummer 3
D
Nummer 4
Slide 30 - Quiz
Welke van de vier antwoorden is juist?
A
4 = voorhoofdsbeen;
9 = wiggenbeen
B
5 = wandbeen;
6 = neusbeen
C
7 = slaapbeen;
9 = jukboog
D
5 = achterhoofdsbeen;
1 = bovenkaak
Slide 31 - Quiz
Wat gebeurt er als de antagonist van de buigspier van het rechterbeen zich samentrekt?
A
Dan buigt het rechterbeen zich.
B
Dan strekt het rechterbeen zich.
C
Dan buigt het linkerbeen zich.
D
Dan strekt het linkerbeen zich.
Slide 32 - Quiz
Het percentage kalkzouten en het percentage collageen in botweefsel veranderen tijdens het leven. In welk van de diagrammen van de afbeelding wordt dit het best weergegeven? Leg je antwoord uit.
Slide 33 - Open question
Bekijk de afbeelding. Welk bot is gebroken?
A
Het dijbeen
B
Een middenhandsbeentje
C
Het opperarmbeen
D
Een rib
Slide 34 - Quiz
Hiernaast zie je het skelet van een eekhoorn. Wat stellen de nummers 2, 5 en 6 voor?