Sterke werkwoorden

Sterke werkwoorden in het Duits

Sterke werkwoorden met een

-a- of een -e- in de stam

1 / 12

Slide 1: Slide

DuitsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Lesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Sterke werkwoorden in het Duits

Sterke werkwoorden met een

-a- of een -e- in de stam

Slide 1 - Slide

Hoe herkennen wij een sterk werkwoord in het Nederlands ?

Slide 2 - Open question

Sterke werkwoorden

met een -a- in de stam

wordt in de t.t

bij du/ er,sie, es

Slide 3 - Slide

DUS !

ich fahre wir fahren

du fährst ihr fahrt

er,sie,es fährt sie/Sie fahren

Slide 4 - Slide

Welche Kleidung ..........(tragen) du am liebsten ?

Slide 5 - Open question

......... (schlafen) ihr jetzt noch nicht ?

Slide 6 - Open question

Sterke werkwoorden met -e- in de stam

Slide 7 - Slide

Sterke werkwoorden met -e- in de stam

Een -e- in de stam verandert in

een -i- of -ie-

bij du/ er,sie,es

Slide 8 - Slide

Wanneer verandert een -e- in een -i- ?

Wordt de -e- uitgesproken als een korte -e- (zoals in "merken" en "werken" ) wordt het een -i-

Slide 9 - Slide

Wanneer verandert een -e- in een -ie- ?

Wordt de -e- uitgesproken als een lange -e- ( zoals in "meer" en "weer") wordt het -ie-

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Video

oscarromerotalen.nl

Slide 12 - Link

Sterke werkwoorden

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Open question

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Open question

Slide 6 - Open question

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Video

Slide 12 - Link

More lessons like this

Week 24 3TL Duits

Herhaling Grammatik hoofdstuk 3 & 5 - havo 3

Sterke werkwoorden met 'a' en 'e' in de stam

Sterke werkwoorden met 'a' en 'e' in de stam

Sterke werkwoorden met 'a' en 'e' in de stam

Grammatik D - Sterke werkwoorden met 'a' en 'e' in de stam

Sterke werkwoorden (a/ä) (e/i/ie)

Sterke werkwoorden (a/ä) (e/i/ie)