9.5 Machten van negatieve getallen

• Wiskunde
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

welkom

tafel schoon?

Wisbordje en stift mee

eerst weer even rekenen ~ wisbordjes

1​4​​1​​+​5​​2​​=

2​3​​1​​+1​4​​1​​=

(​7​​2​​)​2​​−1​7​​3​​=

uit de vorige lessen

machten berekenen van een negatief grondgetal

3​3​​=

(−3)​3​​=

hoe zat het ook al weer

6² = 6 x 6 = 36

(-6)² = -6 x -6 = 

wat betekent dan: -6² = - (6x6)= 

-6² is het tegengestelde van 6² en daarom -36

bereken (schrijf uit)

7² =

-7² =

(-7)² =

nu bij hogere machten

4³ = 4 x 4 x 4 = 64

(-4)³ = 

-4³ =

en bij -4 tot de macht 4?

(-6)² =

1. 36
2. -36

(-5)² = 

1. 25
2. -25

(-1)² =

1. -2
2. -1
3. 1
4. 2

5²  =

1. 10
2. 25

-5² = 

1. 25
2. -10
3. 10
4. -25

-7² =

1. -49
2. 49
3. -14
4. 14

(-2)² =

1. 4
2. -4

(-2)³ =

1. 8
2. -8

(-2)⁴ =

1. 16
2. -16

even of oneven exponent

                                            weet je nog? 

(-3)² =

(-3)³ =

(−3)​4​​=

(−3)​5​​=

3 x 3 =9

27

81

243

Als het grondgetal negatief is

dan geldt:

Is de exponent even dan is de uitkomst positief

Is de exponent oneven dan is de uitkomst negatief

(−9)​13​​

(−1)​100​​

(−1)​101​​

thuis verder oefenen = huiswerk

In de volgende les gaan we veel oefenen en is er ruimte voor extra uitleg. Stel vooraf je vragen (berichtje)

veel oefenen is nodig

-6² + 10³ : 5 =

(-5)³ + (¹/₂ )³  x 16 =

18 - -3³ x 2 =

huiswerk

 Voor dinsdag:

E1 t/m E6