4.4 Hulp bij zwangerschap 4H 2122

Paragraaf 1 Dierenwelzijn
4.4 Hulp bij zwangerschap
1 / 14
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

This lesson contains 14 slides, with interactive quiz and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Paragraaf 1 Dierenwelzijn
4.4 Hulp bij zwangerschap

Slide 1 - Slide

Doel 4.4
Je leert welke technieken er zijn voor prenataal onderzoek
Je leert welke technieken er zijn voor hulp bij onvruchtbaarheid
Je leert hoe embryoselectie plaatsvindt en waarom dit soms is toegestaan

Slide 2 - Slide

Zwangerschapsbehandeling
IVF:
Onder invloed van hormonen rijpen bij de vrouw meerdere eicellen. 
De eicellen worden ‘geoogst’ en overgebracht naar een petrischaal
Sperma van de man wordt toegevoegd.
Na een paar dagen worden enkele van de bevruchte eicellen teruggeplaatst in de baarmoeder.
Vraag: hoe kan de arts zien welke eicellen bevrucht zijn?

Slide 3 - Slide

Zwangerschapsbehandeling
ICSI:
Een spermacel wordt geïnjecteerd in een eicel (evt meerdere)
Na een paar dagen worden enkele
van de bevruchte eicellen
teruggeplaatst in de baarmoeder


Slide 4 - Slide

Welk hormoon moet de vrouw extra krijgen vóór het oogsten van de eicellen?
A
Oestrogenen
B
HCG
C
LH
D
FSH

Slide 5 - Quiz

Meerlingen
Bij IVF en ICSI behandelingen is de kans op meerlingen groot als meerdere enbryos worden teruggeplaatst.
Tegenwoordig gebeurt dit
minder vaak.


Slide 6 - Slide

Zwangerschapsdiagnostiek
Echoscopie

Slide 7 - Slide

Zwangerschapsdiagnostiek
DNA test
- vlokkentest (cellen uit de placenta)
- vruchtwaterpunctie (cellen van embryo)

Slide 8 - Slide

Zwangerschapsdiagnostiek
Wanneer:
- aangeboren afwijkingen in de familie
- leeftijd moeder (grotere kans op bijv syndroom van Down)

Dilemma: wat te doen met de uitslag?

Slide 9 - Slide

DNA onderzoek
Alleen als bekend is dat in de familie een zeer ernstige aandoening voorkomt vindt embryoselectie plaats.

Het DNA van 1 van de cellen van het 8 cellige embryo wordt onderzocht.
Als de erfelijke ziekte voorkomt in het DNA wordt het embryo niet teruggeplaatst.


Slide 10 - Slide

DNA onderzoek
Alleen als bekend is dat in de familie een zeer ernstige aandoening voorkomt vindt embryoselectie plaats.

Het DNA van 1 van de cellen van het 8 cellige embryo wordt onderzocht.
Als de erfelijke ziekte voorkomt in het DNA wordt het embryo niet teruggeplaatst.


Slide 11 - Slide

Doel 4.4
Je hebt geleerd welke technieken er zijn voor prenataal onderzoek
Je hebt geleerd welke technieken er zijn voor hulp bij onvruchtbaarheid
Je hebt geleerd hoe embryoselectie plaatsvindt en waarom dit soms is toegestaan

Slide 12 - Slide

Begrippen 4.4
onvruchtbaarheid, ivf, gen, allelen, drager, erfelijke aandoening, embryoselectie, prenatale diagnostiek, echoscopie, vlokkentest, vruchtwaterpunctie, karyogram, hielprik, aangeboren aandoeningen

Slide 13 - Slide

Huiswerk
In de online methode/ boek
Kies een leerweg (default B).
Maak 4.4: 3 t/m 8

Maak een samenvatting van de paragraaf.
Aandacht voor de begrippen.

Slide 14 - Slide