Grammatica - alle zinsdelen

Grammatica - alle zinsdelen
1 / 31
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 31 slides, with interactive quizzes and text slide.

Items in this lesson

Grammatica - alle zinsdelen

Slide 1 - Slide

De politie van Nieuwpoort heeft vuilnis in tuinen van overlastgevende jongeren gedumpt.
Wat is de bijzin?

Slide 2 - Open question

De politie van Nieuwpoort heeft vuilnis in tuinen van overlastgevende jongeren gedumpt.
Persoonsvorm?

Slide 3 - Open question

De politie van Nieuwpoort heeft vuilnis in tuinen van overlastgevende jongeren gedumpt.
Onderwerp?

Slide 4 - Open question

De politie van Nieuwpoort heeft vuilnis in tuinen van overlastgevende jongeren gedumpt.
Werkwoordelijk gezegde?

Slide 5 - Open question

De politie van Nieuwpoort heeft vuilnis in tuinen van overlastgevende jongeren gedumpt.
Lijdend voorwerp?

Slide 6 - Open question

De politie van Nieuwpoort heeft vuilnis in tuinen van overlastgevende jongeren gedumpt.
Meewerkend voorwerp?

Slide 7 - Open question

De politie van Nieuwpoort heeft vuilnis in tuinen van overlastgevende jongeren gedumpt.
Bijwoordelijke bepaling?

Slide 8 - Open question

De politie van Nieuwpoort heeft vuilnis in tuinen van overlastgevende jongeren gedumpt.
Voorzetselvoorwerp?

Slide 9 - Open question

De (politie) van Nieuwpoort heeft vuilnis in tuinen van overlastgevende jongeren gedumpt.
Bijvoeglijke bepaling?

Slide 10 - Open question

De politie van Nieuwpoort heeft vuilnis in (tuinen) van overlastgevende jongeren gedumpt.
Bijvoeglijke bepaling?

Slide 11 - Open question

De politie van Nieuwpoort heeft vuilnis in tuinen van overlastgevende (jongeren) gedumpt.
Bijvoeglijke bepaling?

Slide 12 - Open question

Je moet goed luisteren naar de (aanwijzingen) van de trainer.
Bijzin?

Slide 13 - Open question

Je moet goed luisteren naar de aanwijzingen van de trainer.
Persoonsvorm?

Slide 14 - Open question

Je moet goed luisteren naar de aanwijzingen van de trainer.
Onderwerp?

Slide 15 - Open question

Je moet goed luisteren naar de aanwijzingen van de trainer.
Werkwoordelijk gezegde?

Slide 16 - Open question

Je moet goed luisteren naar de aanwijzingen van de trainer.
Lijdend voorwerp?

Slide 17 - Open question

Je moet goed luisteren naar de aanwijzingen van de trainer.
Meewerkend voorwerp?

Slide 18 - Open question

Je moet goed luisteren naar de aanwijzingen van de trainer.
Bijwoordelijke bepaling?

Slide 19 - Open question

Je moet goed luisteren naar de aanwijzingen van de trainer.
Voorzetselvoorwerp?

Slide 20 - Open question

Je moet goed luisteren naar de (aanwijzingen) van de trainer.
Bijvoeglijke bepaling?

Slide 21 - Open question

De politie zal deze ludieke actie herhalen, omdat het plan geslaagd is.
Wat is de bijzin?

Slide 22 - Open question

De politie zal deze ludieke actie herhalen, omdat het plan geslaagd is.
Persoonsvorm(en)?

Slide 23 - Open question

De politie zal deze ludieke actie herhalen, omdat het plan geslaagd is.
Onderwerp(en)?

Slide 24 - Open question

De politie zal deze ludieke actie herhalen, omdat het plan geslaagd is.
Werkwoordelijk gezegde(s)?

Slide 25 - Open question

De politie zal deze ludieke actie herhalen, omdat het plan geslaagd is.
Lijdend voorwerp(en)?

Slide 26 - Open question

De politie zal deze ludieke actie herhalen, omdat het plan geslaagd is.
Meewerkend voorwerp(en)?

Slide 27 - Open question

De politie zal deze ludieke actie herhalen, omdat het plan geslaagd is.
Bijwoordelijke bepaling(en)?

Slide 28 - Open question

De politie zal deze ludieke actie herhalen, omdat het plan geslaagd is.
Voorzetsel voorwerp(en)?

Slide 29 - Open question

De politie zal deze ludieke actie herhalen, omdat het plan geslaagd is.
Bijvoeglijke bepaling(en)?

Slide 30 - Open question

De politie zal deze ludieke actie herhalen, omdat het plan geslaagd is.
Welk woord hoort niet bij een zinsdeel?

Slide 31 - Open question