1. ...sé hablar de mis gustos kan ik praten over wat ik wel/niet leuk vind
2. ...sé usar el verbo 'gustar' kan ik het werkwoord 'leuk vinden' gebruiken
1 / 15
next
Slide 1: Slide
SpaansMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3
This lesson contains 15 slides, with text slides.
Lesson duration is: 50 min
Items in this lesson
Metas Doelen
Después de esta clase... Na deze les...
1. ...sé hablar de mis gustos kan ik praten over wat ik wel/niet leuk vind
2. ...sé usar el verbo 'gustar' kan ik het werkwoord 'leuk vinden' gebruiken
Slide 1 - Slide
REPASO : Gustar
¿Cómo se usa?
Slide 2 - Slide
Gustar Leuk vinden/houden van
Het werkwoord 'gustar' gaat anders dan andere werkwoorden:
ik vind ... leuk : Me gusta
jij vindt ... leuk : Te gusta
hij/zij/hen/u vindt ... leuk : Le gusta
Achter 'gusta' komt wat er dan leuk gevonden wordt:
> Me gusta dormir. Ik houd van slapen.
> ¿Te gusta el español?Vind jij Spaans leuk?
Slide 3 - Slide
Gustar Leuk vinden
A mí
(no)
me
leer libros
A ti
(no)
te
gusta
ver películas
A él/ella/usted
A Juan
A Lucía
(no)
le
el libro
A nosotros/-as
(no)
nos
la película
A vosotros/-as
(no)
os
gustan
los libros
A ellos/-as
A Juan y Lucía
A Lucía y Ana
(no)
les
las películas
gusta / gustan
leer libros los libros
ver películas las películas
el libro
la película
Slide 4 - Slide
Gustar Leuk vinden/houden van
Als hetgeen wat leuk gevonden wordt een werkwoord óf een woord in het enkelvoud is, gebruik je gusta. Maar staat dat woord in het meervoud, dan gebruik je gustan:
> Me gusta el cómic.Ik vind het stripboek leuk.
> Me gustan los cómics. Ik vind (de) stripboeken leuk.
!
Slide 5 - Slide
Reaccionar Reageren op wat iemand leuk vindt
Als je het werkwoord 'gustar' gebruikt,
gebruik je amí / ati/ a él / a ella / a usted.
> Yo tambiénvivo en Haren Ik woon ook in Haren
> A mí tambiénme gusta Haren Ik vind Haren ook leuk
Slide 6 - Slide
¡Practicad! Oefen!
Haced: LE p 10 ejs 12,14
y también haced: LE p 22 ej 11,12
timer
15:00
Encantar betekent iets geweldig vinden en werkt hetzelfde als gustar.
Slide 7 - Slide
Deberes Huiswerk
- estudiad: el verbo gustar
- haced: tarea práctica
Slide 8 - Slide
¡Hasta pronto!
Slide 9 - Slide
Metas Doelen
Después de esta clase... Na deze les...
1. ...sé decir cómo me siento en situaciones kan ik vertellen hoe ik mij voel in bepaalde situaties
Slide 10 - Slide
REPASO : Ser feliz vs. estar feliz
¿Cuál es la diferencia?
Slide 11 - Slide
Estar + gevoel
Wanneer voel jij je blij/verdrietig/
boos/nerveus/verveeld/moe?
Maak 6 zinnen.
Estoy feliz cuando...
timer
10:00
Slide 12 - Slide
Ponerse + gevoel
Je kunt ook 'ponerse' gebruiken om te praten over gevoel.
Ponerse heeft veel betekenissen,
maar in dit geval betekent het 'worden'
(bijvoorbeeld boos worden).
Me pongo nerviosa cuando
tengo que presentar.
yo
me pongo
tú
te pones
él/ella/usted
se pone
nosotros/-as
nos ponemos
vosotros/-as
os ponéis
ellos/ellas/ustedes
se ponen
Slide 13 - Slide
Ponerse heeft dus nog veel meer betekenissen
Slide 14 - Slide
Deberes Huiswerk
- hacer y corregir: LE p 28-31 ejercicios 6,7,11,13,15