Introductie en paragraaf 1

• Geschiedenis
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 3

Introductie H3

Programma

Introductie door actualiteit (15 min)

Uitleg 3.1 (15 min)

Aan de slag! (15 min)

Wat is sociale zekerheid?

Wat is een verzorgingsstaat

Introductie H3

Sociale zekerheid: garantie dat je altijd hulp krijgt van de overheid als je niet voor jezelf kunt zorgen.

Verzorgingsstaat: staat waarin de regering ervoor zorgt dat niemand in echte armoede hoeft te leven en dat iedereen toegang heeft tot gezondheidszorg.

De eerste weduwe uitkering

Kraamzorg

Zorgtoeslag

AOW

Leerdoelen

• Je kunt uitleggen waarom verschillende groepen mensen in de 19e eeuw in armoede leefden.

3.1

Rond 1800 woonden veel mensen op het platteland of als timmerman

Waarom zouden deze mensen naar de stad trekken?

3.1

Gezamenlijk lezen alinea 'In de stad'

Waarom was er in de stad veel armoede?

3.1

Veel armoede in de stad omdat*

• Werkomstandigheden in fabrieken waren slecht*
• Woonomstandigheden waren slecht*
• Weinig kennis over gezondheid*

Andere groeperingen in de samenleving

Aan de slag!

Maak opdracht 1 t/m 6 van 3.1

Klaar en tijd over? Werk door aan 3.1

Programma

Herhaling 3.1 (10 min)

Uitleg 3.1 (20 min)

Levenslijnopdracht (20 min)

Aan de slag?

Wat zijn oorzaken voor armoede in de steden?

Leerdoelen

• Je kunt uitleggen dat bestuurders tot 1873 weinig deden tegen armoede.
• Je kunt uitleggen hoe na 1873 arbeiders en het bestuur de armoede probeerden te bestrijden.

3.1

Bestuur in Nederland midden 19e eeuw was liberaal

Weinig tot geen sociale wetten: wet die mensen beschermt tegen de gevolgen van armoede, ziekte, ouderdom en werkloosheid*

3.1

Schema liberalen, socialisten en confessionelen

3.1

Afhankelijk van liefdadigheid: hulp aan arme mensen door rijke mensen, de kerk of andere organisaties*

1854 de armenwet

3.1

1873 economische achteruitgang

Oprichten van vakbonden om te strijden voor algemeen kiesrecht

3.1

Sociale wetten hadden in het begin weinig nut

Liberalen en confessionelen willen toch sociale wetten

3.1

Gezamenlijk alinea lezen

3.1

Rond 1900 nam het parlement meer maatregelen om het leven van arbeiders en hun kinderen te verbeteren*

• In de Leerplichtwet (1901) stond dat kinderen van 6 tot 12 jaar naar school moesten*
• In de Ongevallenwet (1901) stond dat arbeiders een kleine uitkering kregen, als ze door een fabrieksongeval niet meer konden werken*
• In de Woningwet (1901) stonden voorschriften voor nieuwe woningen*

De arbeiders kregen nog geen stemrecht. 

Maak de levenslijnopdracht