uitspraak paso adelante

1 / 32
next
Slide 1: Video
SpaansMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 32 slides, with text slides and 2 videos.

Items in this lesson

Slide 1 - Video

Slide 2 - Slide

El programa
  • VOCA 1.1 testje
  • Pronunciación
  • Deberes (huiswerk)
  • Gramática: persoonlijk voornaamwoord (ik, jij, zij). 
  • Gramática: verbo ser (werkwoord zijn
  • VOCA 1.2
  • El alfabeto

Slide 3 - Slide

Eind het eind van deze les:
- Weet je hoe de uitspraak van het Spaans werkt. 
- Weet je wat het persoonlijk vnw. in het Spaans is. 
- Kan je het werkwoord ser (zijn) vervoegen.
- Kan je jouw eigen naam spellen.

Slide 4 - Slide

1. la ciudad
2. mijn ouders
3. el móvil
4. het huis
5. la mascota
6. Hallo!
7. el año
8. nee, niet, geen
9. el perro
10. wij gaan
11. ¡adiós!
12. Spanje
13. el país
14. mijn
15. el español
16. in, bij
17. el gato
18. jij en ik
19. no lo sé
20. ja, wel

Slide 5 - Slide

1. la ciudad = de stad
2. mijn ouders = mijn ouders
3. el móvil = het mobieltje
4. het huis = la casa
5. la mascota = het huisdier
6. Hallo! = ¡Hola!
7. el año = het jaar
8. nee, niet, geen = no
9. el perro = de hond
10. wij gaan = vamos
11. ¡adiós! = Dag!
12. Spanje = España
13. el país = het land
14. mijn = mi, mis
15. el español = het Spaans
16. in, bij =  en
17. el gato = de kat
18. jij en ik = tú y yo
19. no lo sé = ik weet het niet
20. ja, wel = sí

Slide 6 - Slide

La pronunciación (VOCA p.8)

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Ejercicio VOCA p.9

Slide 16 - Slide

Deberes
1. ¿Qué sabes ya?
2. Quiz

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Link

TB p.18 & p.20
Página 18:
Lees pagina 18 & teken de icoontjes in je schrift
.
Página 20:
Combineer de icoontjes met het Spaanse woord op p.20.
Noteer de Nederlandse vertaling van de woorden erachter.

Welke blijven over? 

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

VOCA p.16 ejercicio 1

Slide 23 - Slide

Número 7

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

VOCA p.14 ejercicio 24
Ejercicio 23 (VOCA p.14)

Slide 26 - Slide

Tijd over?
Maak ejercicio 2 (VOCA p.16-17)

Slide 27 - Slide

VOCA 1.2

Slide 28 - Slide

Slide 29 - Video

El alfabeto
TB p.20 
Schrijf jouw naam & achternaam uit

Ejemplo:      [a, ene, a]    [ere, e, ka, a, ere]   (=Ana Rekar)

Slide 30 - Slide

Deberes
ESTUDIAR:
- VOCA 1.2 
- Frases Clave 1 + 2




HACER:
- VOCA p.16-17
- ejercicio 2a + 2b
- WB p.5 - ejercicio 2
+ vertaling
- WB p.7 - ejercicio 5

Slide 31 - Slide

Evaluatie
We hebben veel nieuwe dingen besproken vandaag. 

1. Wat heb jij geleerd? Noem minstens 2 dingen.
2. Wat vond je leuk?
3. Wat vond je lastig?

Slide 32 - Slide