Les 6: Bijvoeglijk naamwoord (bn)
Het bijvoeglijk naamwoord...
- zegt iets over een zelfstandig naamwoord (zn)
- heeft vaak een korte en een lange vorm: blauw / blauwe
- krijgt bij stoffen en materialen -en erachter: glazen / wollen
- staat soms vóór het zn: de mooie vaas
- staat soms áchter het zn: de vaas is mooi
- heeft vaak trappen van vergelijking: klein / kleiner / kleinst