H5 [BLOKUUR] herhalen voca A,B en situatie 1 - situatie 2

Lundi 4 septembre 2023
Aujourd'hui tu as besoin de :
un stylo
Startopdracht:
Begin 5 minuten met het herhalen van de woordjes van vocabulaire A en B. 
ton cahier
ton ordinateur
1 / 10
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

This lesson contains 10 slides, with interactive quiz and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Lundi 4 septembre 2023
Aujourd'hui tu as besoin de :
un stylo
Startopdracht:
Begin 5 minuten met het herhalen van de woordjes van vocabulaire A en B. 
ton cahier
ton ordinateur

Slide 1 - Slide

mots
positifs
Sleep de positieve woorden naar het woordweb en sleep de negatieve woorden naar het boze meisje. 
Leg jouw keuzes uit aan jouw buurman/buurvrouw.
chaleureux
accueillant
regretter
désagréable
la douceur
tourner
le dos
plaire
pire
abandonné

Slide 2 - Drag question

Programme
  • Réviser : situation 1
  • Parler : situation 2

Slide 3 - Slide

Les buts
- Ik kan in het Frans aangeven dat er een probleem is en hiervoor een oplossing aandragen.

Slide 4 - Slide

Situation 1
Herhaling
Je overnacht in een hotel in Frankrijk.
Aangekomen op je hotelkamer zie je een muis op jouw kamer.
Je gaat naar de balie, omdat je een andere kamer wilt, maar de baliemedewerkster gelooft jou niet...




Slide 5 - Slide

Situation 2
Bedenk het gesprek - schrijf het uit in jouw schrift
Je gaat op vakantie in België in een bungalow. Aangekomen op de camping merk je ’s nachts dat het dak jouw bungalow kapot is. Het regent de hele nacht… 
Je belt aan bij de campingbaas om een oplossing te vinden.
een bungalow = un mobil-home

Slide 6 - Slide

Situation 2
Oefen de gesprekken hardop met een klasgenoot
Je gaat op vakantie in België in een bungalow. Aangekomen op de camping merk je ’s nachts dat het dak jouw bungalow kapot is. Het regent de hele nacht… 
Je belt aan bij de campingbaas om een oplossing te vinden.
een bungalow = un mobil-home

Slide 7 - Slide

Situation 2
Oefen met de juf
Je gaat op vakantie in België in een bungalow. Aangekomen op de camping merk je ’s nachts dat het dak jouw bungalow kapot is. Het regent de hele nacht… 
Je belt aan bij de campingbaas om een oplossing te vinden.
een bungalow = un mobil-home

Slide 8 - Slide

Évaluation

Slide 9 - Slide

Devoirs
Faire: Oefen situatie 2

Apprendre: vocabulaire B F-N

Slide 10 - Slide