- Noteer 10 Duitse woorden die te maken hebben met dit onderwerp.
- Hoe heet het schip?
- Hoe lang en breed is het schip?
- Hoeveel dekken heeft het schip?
- Hoeveel passagiers kunnen op het schip?
- Wat voor vakantie is het?
- Wanneer is het schip gerestaureerd?
- Wat voor hutten heeft het schip?