1. Wat is fictie?

Wat is fictie?  
1 / 14
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Wat is fictie?  

Slide 1 - Slide

Doelen van deze les

  • Je kunt het verschil uitleggen tussen fictie en non-fictie.
  • Je kunt voorbeelden geven van fictie en non-fictie.
  • Je weet waar je op kunt letten bij het kiezen van een boek.

Slide 2 - Slide

Wat is fictie? Er zijn twee antwoorden goed.
A
een informatieve tekst
B
de feitelijke werkelijkheid
C
geschreven vanuit de fantasie van de auteur
D
een verzonnen verhaal

Slide 3 - Quiz

Paragraaf 1.1 Fictie en non-fictie
Fictie: verzonnen verhalen. 
Bijvoorbeeld: sprookjes, leesboeken, stripverhalen, films, soaps en gedichten

Non-fictie: teksten over de werkelijkheid, (dus niet verzonnen). 
Bijvoorbeeld: nieuwsberichten, reisverslagen, een recept, een informatief boek, het journaal, een documentaire of een reality-programma

Slide 4 - Slide


Fictie of 
non-fictie?
A
Fictie
B
Non-fictie

Slide 5 - Quiz


Is dit fictie of non-fictie?
A
fictie
B
non-fictie

Slide 6 - Quiz


Fictie of 
non-fictie?
A
Fictie
B
Non-fictie

Slide 7 - Quiz

Fictie
Fictie
Fictie
Non-fictie
Non-fictie
Non-fictie

Slide 8 - Drag question

Noteer de titel van jouw boek (boekopdracht 1). Zet daarachter of het fictie is of non-fictie. Zet bij een fictief verhaal er ook bij of het realistisch of niet-realistisch is.

Slide 9 - Open question

Wat voor soort
verhalen lees je het liefst? (fictie, realistisch / niet-realistisch, non-fictie)

Slide 10 - Mind map

Zo kies ik een boek:
Door de voorkant te bekijken.
Door de achterkant te lezen.
Door af te gaan op de mening of tips van een ander.
Een andere manier, namelijk...

Slide 11 - Poll

Boek kiezen
Het is belangrijk dat je een boek kiest dat je leuk vindt. Let daarom op:
- de voorkant: lees de titel en bekijk het plaatje;
- de flaptekst (= tekst op de achterkant);
- het soort verhaal / genre


Slide 12 - Slide

En nu
  • We hebben het gehad over: fictie, non-fictie, realistische verhalen, onrealistische verhalen en waar je op kunt letten bij het kiezen van een boek. 
  • Nu gaan je zelf aan de slag met je boekopdracht. 

Slide 13 - Slide

Aan de slag met je boekopdracht
Kies uit (maak een GOEDE keuze (niet alleen maar de leukste ;) ))
  • Herkansers: iPad in de tas en toets inzien
  • Hulp geven/vragen aan/van klasgenoten bij het vinden van passende voorwerpen - duo's met degene naast je.
  • Lezen uit opgegeven leesboek - individueel
  • Werken aan je boekendoos - individueel
  • Klaar? Werken aan weektaak (zie studiewijzer)

Slide 14 - Slide