Unit 1 - England - Crossing borders

1 / 27
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1

This lesson contains 27 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Video

What did you see?

Slide 6 - Open question

Wat is het Engelse woord voor vakantie?
A
Break
B
Holiday
C
Vacation
D
Time off

Slide 7 - Quiz

What is the capital of England?
A
Liverpool
B
York
C
London
D
Manchester

Slide 8 - Quiz

What can you use only when it is broken?

Slide 9 - Open question

What time is it on this clock?
A
Half four
B
Half three
C
Half to four
D
Half past three

Slide 10 - Quiz

Who is this?
A
The Queen of England
B
The Queen of Australia
C
The Queen of Belgium
D
The Queen of America

Slide 11 - Quiz

What is this?
A
Flower kool
B
Flauwekul
C
Cauliflower
D
Flower cabbage

Slide 12 - Quiz

How do you call this dish?
A
Fish and crisps
B
Fish and chips
C
Fish and Fiesh
D
Fish and funny

Slide 13 - Quiz

Wat is de juiste woordvolgorde van een Engelse zin?
A
Wie, wat, waar, waarom, wanneer
B
Wie, doet, wat, waar, wanneer
C
Wanneer, doet, wie, wat, wanneer
D
Ja, sorry hoor, maar dat weet ik echt niet meer.

Slide 14 - Quiz

Wat zet je achter een getal om een rangtelwoord te maken?
A
TH
B
HTH
C
HT
D
THT

Slide 15 - Quiz

Hoe schrijf je tiende in het Engels?
A
Tenht
B
Tenthe
C
Tenth
D
Tentht

Slide 16 - Quiz

What animal can jump higher than a tree?

Slide 17 - Open question

Wat betekent het woord cheerful?
A
Vriendelijk
B
Vreselijk
C
Vrolijk, opgewekt
D
Verschrikkelijk

Slide 18 - Quiz

The opposite of difficult is
A
naughty
B
relax
C
sleepy
D
easy

Slide 19 - Quiz

What can you never eat before breakfast?

Slide 20 - Open question

Waarmee betalen ze in Engeland?
A
Ponden
B
Dollars
C
Euros

Slide 21 - Quiz

Slide 22 - Slide

1.1: 1, 2, 3, 4

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Slide