bronnen eerste klas

Vaardigheden les
1 / 15
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

This lesson contains 15 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Vaardigheden les

Slide 1 - Slide

Planning

- Wat zoek ik in een bron?
- Soorten bronnen
- Standplaatsgebondenheid
- Betrouwbaarheid
- Representativiteit
- Hoe beantwoord je een open vraag?
- Oefenen

Slide 2 - Slide

Welke info zoek ik in een bron?
-een jaartal (zodat ik weet welke periode)
-een plaats (zodat ik weet waar)
- een gebeurtenis
-een begrip
- een persoon/personen

Slide 3 - Slide

Stappenplan 
1. Wat staat er boven of onder de bron?
2. Wat zie ik of wat lees ik?
3. Verbind dat wat je geleerd hebt met wat ziet of leest

Slide 4 - Slide

Verschillende soorten bronnen

Slide 5 - Slide

geschreven (tekst)

spotprent (iemand wordt belachelijk gemaakt)

propaganda (ophemelen of zwartmaken)

foto 

afbeelding (tekening/schilderij etc)



Slide 6 - Slide

Primaire en secundaire bronnen
Primaire bron
Secundaire bron
Info van een ooggetuige of uit de tijd zelf
Info van een tussenpersoon of een latere tijd
Primair betekent "eerste".
Secundair betekent "tweede".

Slide 7 - Slide

Standplaatsgebondenheid
Iedereen ziet verhalen vanuit zijn eigen achtergrond en vormt zijn mening vanuit die achtergrond
Stand: Je plek in de samenleving
Plaats: Waar je vandaan komt (plek)
Gebondenheid: Je zit eraan vast
Voorbeeld

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Hoe kijken de volgende personen hiernaar?
Oorlog meegemaakt
Oorlog niet meegemaakt

Slide 10 - Slide

Betrouwbaarheid
- is de maker objectief of heeft hij een bedoeling?
- primaire bronnen zijn meer betrouwbaar (maar niet per definitie betrouwbaar!!)
- propaganda en spotprent hebben bedoeling dus niet 
   betrouwbaar
- wat voor soort bron is het en waar komt hij vandaag?
   (dagboek betrouwbaar, krant uit Nazi-Duitsland niet   
   betrouwbaar)

Slide 11 - Slide

Representativiteit
- Geldt de bron voor één uitzonderlijk geval, dan is je bron niet echt
representatief
- Geldt de bron voor meer gevallen/voor meer mensen, dan is je bron meer representatief en daardoor waardevoller
- De mening van een willekeurige burger zal vaak niet representatief zijn, maar de mening van een leider van een groep zal waarschijnlijk wel representatief zijn voor die groep.

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Eerst zelf antwoorden (5 minuten).
Vervolgens nabespreken met buurman/vrouw (5 minuten).
Gebruik de afbeelding en de vier uitspraken 
(A-D).
- Welke uitspraak past het beste bij de bron?
- Leg je keuze uit met een bronelement.

A De geestelijkheid vormde de eerste stand.
B Een leenman legt de 'Eed van Trouw' af.
C Missionarissen verspreidden het christendom in Europa.
Monniken en andere geestelijken hadden veel invloed.

Slide 14 - Slide

Eerst voor jezelf (5 minuten): is deze bron betrouwbaar? Waarom wel/niet? 
Bespreek je antwoorden met je buurman/vrouw (5 minuten).
Tot slot klassikaal nabespreken.

Slide 15 - Slide