zorgsystemen les 3

• Voeding
• MBO
• Studiejaar 1

Welkom!

Vandaag:

- Herhalen vorige week

-  1.7 Reinigen en ontsmetten

- 2.1 Arbowetgeving  

leerdoelen van deze les 

Je weet wat reinigen en ontsmetten is.

Je weet wat de stappen van reinigen en ontsmetten is.

je weet wat de term ARBO inhoudt. 

Kahoot 

Onderwerpen tot nu toe 

Lessenreeks 

22 september: reinigen en ARBO

29 september: ARBO en Milieu 

6 oktober: kwaliteitszorg 

20 oktober: Kwaliteitszorg 

27 oktober:  examen 

Kwaliteit, wat was dat ook alweer?

“Kwaliteit is de mate waarin een product voldoet aan vooraf gestelde eisen,

wensen en specificaties van de klant”.

welke Micro-organismen ken je?

Bacteriën

schimmels

gisten

virussen

protozoa, algen en wieren 

wat zijn de drie hygiënesoorten?

Persoonlijke hygiëne

Hygiëne bij verwerking

bedrijfshygiëne 

Voedselveiligheid &
kwaliteitssystemen, welke ken je?

Haccp

iso

brc

ifs

fsc220000

Wat zijn de drie soorten bederf?

Bederf kun je verdelen in drie soorten:

• Fysisch bederf

• Chemisch bederf

• Microbiologisch beder

Noem minimaal vijf allergenen?

Glutenbevattende granen (tarwe, rogge, gerst, haver, spelt, khorasantarwe/ kamut)

Schaaldieren

Eieren

Vis

Pinda

Soja

Melk (inclusief lactose)

Noten (amandelen, hazelnoten, walnoten, cashewnoten, pecannoten, paranoten, pistachenoten en macadamianoten)

Selderij

Mosterd

Sesamzaad

Zwaveldioxide en sulfiet bij concentraties van meer dan 10 mg SO2 per kilo of liter.

Lupine

Weekdieren

1.7 Reinigen en ontsmetten

Al die gevaren, hoe voorkom je ze nou? Verschilt per oppervlak

Schoonheidsgraad

- Optisch schoon

- Bacteriologisch schoon

- Chemisch schoon

Reinigen, er zijn vier stappen om goed te reinigen, welke kun je noemen?

Reinigen, er zijn vier stappen om goed te reinigen, welke kun je noemen?

Reinigen

1. Grof vuil verwijderen

2. Middel aanbrengen

3. Middel laten inwerken

4.  Middel + vuil verwerken

En de vijf stappen van desinfecteren?

Desinfecteren

1. Eerst reinigen (vorige stap)

2. Desinfectiemiddel aanbrengen

3. Laten inwerken 

4. Verwijderen: afspoelen met schoon water

5. Oppervlakten drogen

Schoonmaakmiddelen

• Reinigingsmiddelen

Deze middelen worden gebruikt om zichtbaar vuil te verwijderen.

Een reinigingsmiddel is bijvoorbeeld zeep en allesreiniger.

• Desinfectiemiddelen (ontsmettingsmiddelen)

Deze worden gebruikt om onzichtbaar vuil te verwijderen.

• Onderhoudsmiddelen

Deze middelen gebruik je om voorwerpen te beschermen en de gevolgen van

slijtage te verminderen, zodat de voorwerpen langer meegaan.

Een onderhoudsmiddel is bijvoorbeeld was.

Opdracht 

Zoek uit wat de afbeelding betekenen? 

Per persoon een afbeelding 

Tips:

- Kies een middel dat past bij het type vuil.

• Lees de waarschuwingssymbolen en zorg ervoor dat je ze begrijpt.

• Lees de gebruiksaanwijzing.

• Houd je aan de dosering, een scheutje extra leidt niet tot een schoner resultaat.

• Ventileer goed tijdens het schoonmaken, sommige middelen zijn giftig.

• Vermijd contact met de huid en de ogen.

• Draag indien nodig beschermende kleding, handschoenen en een veiligheidsbril.

• Bewaar schoonmaakmiddelen altijd goed afgesloten in de originele verpakking.

• Bewaar schoonmaakmiddelen apart van levensmiddelen, liefst in een aparte afsluitbare kast.

• Meng schoonmaakmiddelen nooit met elkaar, er kunnen chemische reacties optreden.

Om goed en effectief te reinigen, zijn er een aantal verschillende reinigingsmethoden

te onderscheiden:

Geef aan bij de volgende reinigingsmethodes hoe je dit doet?

Met welk materiaal en welke methode

 

Schrobben en/of zuigen-blazen

Reinigen met behulp van een schrobmachine (voor de vloer) of door gebruik te

maken van borstels of sponsdoekjes.

Handmatige reiniging

Hierbij wordt gebruik gemaakt van sponsjes, doekjes of borstels en een

handwarme reinigingsoplossing.

Dompelreiniging

Schoonmaken door middel van onderdompelen van gereedschappen en

dergelijke in een reinigingsoplossing.

Schuimreiniging

Hierbij wordt een reinigingsschuimmiddel met een speciale schuimreiniger of

hogedrukapparaat opgebracht. Een groot voordeel is dat je goed kunt zien welke

oppervlakken al behandeld zijn.

Nevelreiniging

Bij de nevelreiniging worden reinigingsoplossingen op de te reinigen

oppervlakken verneveld. Dit gebeurt onder lage druk.

Hogedrukreiniging

Onder hoge druk wordt de reinigingsoplossing gespoten over de te reinigen

voorwerpen. Dit wordt gedaan met een hogedrukreiniger.

CIP-reiniging

De letters CIP staan voor Cleaning In Place. Bij CIP-reiniging is een machine

voorzien van een systeem dat zorgt voor een automatische reiniging van de

betreffende machine.

Schoonmaakplan

Stel je beheert de keuken bij SVO. Wat zou jouw schoonmaakplan zijn? Schrijf in word, stuur naar mij

- Wat je moet schoonmaken (welke objecten).

• Hoe je ieder object moet schoonmaken (reinigen of ontsmetten). (kies 1 object)

• Wanneer je ieder object moet schoonmaken.

• Hoe vaak je ieder object moet schoonmaken.

• Welke schoonmaakproducten je moet gebruiken.

• Welke hulpmiddelen je moet gebruiken.

• Wie het object heeft schoongemaakt.

• Wanneer iemand het object heeft schoongemaakt (datum en tijd).

• Aftekenen voor akkoord schoon.

Cirkel van Sinner

Het schoonmaak- en reinigingsproces bestaat uit vier factoren die zijn weergegeven in de zogenaamde cirkel van Sinner :

• Tijd

• Temperatuur

• Actie (energie die het kost om schoon te maken)

• Reinigingsmiddelen

Hygiënecontrole

- optische controle

- Microbiologisch onderzoek:

     - afdrukmethode: rodecplaatje, kweek op agar, koloniën

     - ATP-methode: 1 minuut, speciaal apparaat, duurder

     - swab-methode: moeilijker bereikbare plekken, kweek

     - destructieve methode: deel voedingsmiddel op kweek

Aan de slag met Elearning 

Alles van hoofdstuk 1 moet zijn afgerond 

Hoofdstuk 2

ARBO 

Opdracht 1

Maak een informatieve ARBO poster 

Wat moet er in staan? 

Arbo, wat zijn de belangrijkste onderwerpen?

Wat zijn de belangrijkste regels? 

Waar moet je je aan houden als werknemer?

Het moet een poster zijn die in een vers-bedrijf kan hangen.

Tekst en afbeeldingen.

Informatie: zie hoofdstuk twee van het e-book

30 minuten de tijd, volgende week presenteren.

Opdracht 2

Maak een begrippenlijst/woordenlijst van de hoofdstukken voor de toets.

minimaal 40 begrippen met de betekenis.

Opdracht 1 en 2 naar mij mailen.  

opdracht 3

Aan de slag met de Elearning ARBO

Steekwoorden deze les