zorgsystemen 3

Welkom!
Vandaag:
- Herhalen vorige week
-  1.7 Reinigen en ontsmetten
- 2.1 Arbowetgeving  
1 / 34
next
Slide 1: Slide
VoedingMBOStudiejaar 1

This lesson contains 34 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Welkom!
Vandaag:
- Herhalen vorige week
-  1.7 Reinigen en ontsmetten
- 2.1 Arbowetgeving  

Slide 1 - Slide

Kwaliteit

Slide 2 - Mind map

Micro-organismen

Slide 3 - Mind map

Hygiëne en hygiënsoorten

Slide 4 - Mind map

Voedselveiligheid &
kwaliteitssystemen

Slide 5 - Mind map

Bederf

Slide 6 - Mind map

Voedselgevoeligheid
& allergenen

Slide 7 - Mind map

1.7 Reinigen en ontsmetten
Al die gevaren, hoe voorkom je ze nou? Verschilt per oppervlak

Schoonheidsgraad
- Optisch schoon
- Bacteriologisch schoon
- Chemisch schoon

Slide 8 - Slide

Reinigen
1. Grof vuil verwijderen
2. Middel aanbrengen
3. Middel laten inwerken
4.  Middel + vuil verwerken

Slide 9 - Slide

Desinfecteren
1. Eerst reinigen (vorige stap)
2. Desinfectiemiddel aanbrengen
3. Laten inwerken 
4. Verwijderen: afspoelen met schoon water
5. Oppervlakten drogen

Slide 10 - Slide

Schoonmaakmiddelen
• Reinigingsmiddelen
Deze middelen worden gebruikt om zichtbaar vuil te verwijderen.
Een reinigingsmiddel is bijvoorbeeld zeep en allesreiniger.
• Desinfectiemiddelen (ontsmettingsmiddelen)
Deze worden gebruikt om onzichtbaar vuil te verwijderen.
• Onderhoudsmiddelen
Deze middelen gebruik je om voorwerpen te beschermen en de gevolgen van
slijtage te verminderen, zodat de voorwerpen langer meegaan.
Een onderhoudsmiddel is bijvoorbeeld was.

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Waarschuwingen

Slide 13 - Open question

Opdracht
Zoek bij elke soort waarschuwing een schoonmaakmiddel dat die waarschuwing heeft
ex: ontploffende stoffen
in: ontvlambare stoffen
cb: oxiderende stoffen
gz: gashouder onder druk
da: schadelijke stoffen
en: schadelijk voor het milieu
mu: gezondheidsgevaar op lange termijn
cr: corrosieve stoffen
to: giftige stoffen

Slide 14 - Slide

Voorbeelden van: 1. ex: ontploffende stoffen, 2. in: ontvlambare stoffen, 3. cb: oxiderende stoffen, 4. gz: gashouder onder druk, 5. da: schadelijke stoffen, 6. en: schadelijk voor het milieu, 7. mu: gezondheidsgevaar op lange termijn, 8. cr: corrosieve stoffen, 9. to: giftige stoffen

Slide 15 - Open question

Tips:
- Kies een middel dat past bij het type vuil.
• Lees de waarschuwingssymbolen en zorg ervoor dat je ze begrijpt.
• Lees de gebruiksaanwijzing.
• Houd je aan de dosering, een scheutje extra leidt niet tot een schoner resultaat.
• Ventileer goed tijdens het schoonmaken, sommige middelen zijn giftig.
• Vermijd contact met de huid en de ogen.
• Draag indien nodig beschermende kleding, handschoenen en een veiligheidsbril.
• Bewaar schoonmaakmiddelen altijd goed afgesloten in de originele verpakking.
• Bewaar schoonmaakmiddelen apart van levensmiddelen, liefst in een aparte afsluitbare kast.
• Meng schoonmaakmiddelen nooit met elkaar, er kunnen chemische reacties optreden.

Slide 16 - Slide

Schrobben en/of zuigen-blazen

Slide 17 - Mind map

Handmatige reiniging

Slide 18 - Mind map

Dompelreiniging

Slide 19 - Mind map

Schuimreiniging

Slide 20 - Mind map

Nevelreiniging

Slide 21 - Mind map

Hogedrukreiniging

Slide 22 - Mind map

CIP-reiniging

Slide 23 - Mind map

Schoonmaakplan
Stel je beheert de keuken bij SVO. Wat zou jouw schoonmaakplan zijn? Schrijf in word, stuur naar mij
- Wat je moet schoonmaken (welke objecten).
• Hoe je ieder object moet schoonmaken (reinigen of ontsmetten). (kies 1 object)
• Wanneer je ieder object moet schoonmaken.
• Hoe vaak je ieder object moet schoonmaken.
• Welke schoonmaakproducten je moet gebruiken.
• Welke hulpmiddelen je moet gebruiken.
• Wie het object heeft schoongemaakt.
• Wanneer iemand het object heeft schoongemaakt (datum en tijd).
• Aftekenen voor akkoord schoon.

Slide 24 - Slide

Cirkel van Sinner
Tijd/temperatuur/actie (tijd)/reinigingsmiddelen

Meer van de een? De ander wordt kleiner

Slide 25 - Slide

Hygiënecontrole
- optische controle
- Microbiologisch onderzoek:
     - afdrukmethode: rodecplaatje, kweek op agar, koloniën
     - ATP-methode: 1 minuut, speciaal apparaat, duurder
     - swab-methode: moeilijker bereikbare plekken, kweek
     - destructieve methode: deel voedingsmiddel op kweek

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Video

2.1 arbo
• de Arbowet: algemeen
• het arbobesluit: voor de branche
• de arboregeling: hoe dit wordt bereikt

Slide 28 - Slide

Verantoowrdelijkheid
- werkgever
- werknemer



Slide 29 - Slide

ondernemingsraad en personeelsvertegenwoordiging
- 50+ werknemers? Verplicht!
- klein? -> personeelsvertegenwoordiger of direct overleg
- hebben recht op stemmer over:
• De keuze voor een arbodienst en het contract met de arbodienst.
• Het beleid dat gaat over ziekteverzuim.
• Het beleid ter voorkoming van agressie, geweld en seksuele intimidatie.
• Organisatie werkoverleg.

Slide 30 - Slide

Arbodienst
Werkgever mag arbodienst inschakelen of zelf taken uitvoeren

Bedrijfsarts verplicht bij:
• de verzuimbegeleiding en re-integratie van werknemers
• aanstellingskeuringen
• periodiek arbeidsgezondheidskundig onderzoek

Slide 31 - Slide

Preventiemedewerker
Verplicht 
• Meewerken aan het verrichten en opstellen van de (branche) RI&E.
• Bijdragen aan de uitvoering van de maatregelen uit het plan van aanpak van de RI&E.
• Overleg voeren met de ondernemingsraad of personeelsvertegenwoordiging en
deze adviseren.

Slide 32 - Slide

Inspectie SZW
De Inspectie SZW houdt toezicht op de naleving van de arbowet. Klachten van
werknemers, derden en leveranciers kunnen door hen worden  onderzocht.  De Inspectie SZW kan boetes opleggen voor overtredingen. Ze kan een onderzoek instellen, naleving van afspraken eisen en het werk stil laten leggen. 

Slide 33 - Slide

Steekwoorden deze les

Slide 34 - Mind map