Thuis 1.1

1 / 18
next
Slide 1: Slide
LevensbeschouwingMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Leerdoelen
  1. Ik weet wat levensbehoeften zijn en waarom een dak boven je hoofd daarbij hoort.
  2. Ik weet wat het veschil is tussen 'huis' en 'thuis'.
  3. Ik kan kort aangeven wat het woord thuis voor MIJ betekent.
  4. Ik kan vertellen op welke plek ik mij thuis voel en waarom dat zo is.

Slide 2 - Slide

Programma

  • Het verschil tussen 'huis' en 'thuis'
  • Je eigen huis, de voor- en nadelen
  • Uitwisseling: aan elkaar laten zien waar je woont
  • Zelfstandig werken

Slide 3 - Slide

Aan welke woorden denk je bij het woord 'huis'.
timer
1:00

Slide 4 - Open question

Aan welke woorden denk je bij het woord 'Thuis'
timer
1:00

Slide 5 - Open question

Kijk goed naar de verschillende woorden die zijn opgeschreven bij 'huis' en bij 'thuis'. Wat is het verschil tussen deze woorden?

Slide 6 - Open question

Hoe ziet het huis eruit waar jij zelf woont?
Kijk eerst aandachtig naar de afbeeldingen op de volgende slides. Vul vervolgens in welk huis het meeste op lijkt op het huis waar jij momenteel woont.

Slide 7 - Slide

1

Slide 8 - Slide

2

Slide 9 - Slide

3

Slide 10 - Slide

4

Slide 11 - Slide

5

Slide 12 - Slide

6

Slide 13 - Slide

7

Slide 14 - Slide

Op welk huis lijkt die van jou het meeste? Vul het cijfer in. Schrijf erachter wat jij de voordelen en de nadelen vindt van waar je woont.

Slide 15 - Open question

Laat aan je klasgenoot zien waar je woont
Via de volgende slide kom je op googlemaps. Door het mannetje te slepen kun je google-streetview openen. 

Klaar?
Lees blz 13 en 14 in je tekstboek + maken opdracht 9, 10 & 11

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Map

Maken:
Paragraaf 1.1 opdracht 4 t/m 11 in je werkboek.
Gebruik hiervoor je tekstboek blz 12, 13 en 14.

Niet af? Is huiswerk

Slide 18 - Slide