This lesson contains 29 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Lesson duration is: 100 min
Items in this lesson
Muziekgeschiedenis
De Renaissance
1450-1600
Slide 1 - Slide
Na deze lessenreeks weet je:
Hoe de meerstemmigheid zich door ontwikkelde
Wat een canon is
Wat de componeer technieken imitatie + doorimitatie zijn
Wat stemparen zijn
Wat de Cantus-Firmus techniek is en hoe je deze kunt herkennen
Het verschil tussen homofonie en polyfonie
Het verschil tussen een pavane en gaillarde
Wat een madrigaal en motet zijn
Slide 2 - Slide
Dit weet ik al over muziek in de Renaissance
Slide 3 - Open question
Maatschappij
Renaissance betekent letterlijk 'wedergeboorte'.
Men verlangde naar de cultuur van voor de Middeleeuwen: de klassieke Griekse en Romeinse cultuur. Met aandacht voor het individu en voor de schoonheid van de kunsten.
Een nieuwe tijd brak aan waarin het motto van de middeleeuwen Memento Mori, gedenk te sterven, plaats maakt voor Carpe Diem, pluk de dag.
De uitvinding van de boekdrukkunst in de 15e eeuw betekende een enorme verandering.
De filosofie van het humanisme won steeds meer terrein: ieder mens heeft recht op leven, vrijheid en het nastreven van geluk in het hier en nu.
Slide 4 - Slide
OPDRACHT:
Voer deze canon
uit in combinatie met een bourdon begeleiding.
Je mag je stem en / of marimba's gebruiken.
Er moet een 3-stemmige compositie klinken.
De docent verdeelt de klas in groepen.
Slide 5 - Slide
Slide 6 - Video
Countertenor:
Een countertenor is een mannelijke zanger die zijn kopstem gebruikt om alt- of sopraanpartijen te kunnen zingen.
Slide 7 - Slide
Compositie technieken
uit de Renaissance
De ontwikkeling van de meerstemmigheid, zoals die plaatsvond in de Middeleeuwen, ging steeds verder.
De stemmen hadden afzonderlijk van elkaar een eigen ritme en melodie en klonken door elkaar.
Dit wordt polyfonie genoemd.
Deze polyfone muziek werd echter zo ingewikkeld, dat de muziek voor het gewone volk niet meer te begrijpen was. De muziek vervreemde van het volk. De compositietechniek werd belangrijker dan de functie van een stuk.
Halverwege de 16e eeuw werd de polyfone muziek daarom een stuk minder populair,...
Slide 8 - Slide
Compositie technieken
uit de Renaissance
Slide 9 - Slide
Canon
Een canon is een strenge vorm van meerstemmige muziek waarbij de verschillende stemmen elkaar in de tijd verschoven imiteren. Zij zingen / spelen dan precies dezelfde melodie.
Het overbekende lied Vader Jacob is een canon, de oudste canon is 'Sumer Is Icumen', de beroemdste canon in de klassieke muziek is de Canon van Pachelbel.
Sumer is Icumen
Begeleiding op trom en portatief
Voorbeeld: canon
Slide 10 - Slide
Imitatie / doorimitatie
Imitatie is het belangrijkste middel in polyfone (meerstemmige) muziek, waarbij de ene stem een thema of motief van de andere imiteert, hetzij letterlijk, hetzij vrij (bijvoorbeeld getransponeerd, of ritmisch gevarieerd).
Komt een thema in alle stemmen voor, dan spreekt men van 'doorimitatie'.
Spem in Alium
40 stemmig polyfonisch koorwerk van componist Thomas Tallis
Voorbeeld: imitatie
Slide 11 - Slide
Stemparen
Twee partijen zingen of spelen samen. Dit komt voor in meerstemmige muziek waar het ene stempaar, bijvoorbeeld sopraan en tenor, afwisselend zingt met het andere stempaar, alt en bas.
Soms imiteren de stemparen elkaar.
Lasciatemi morire - Claudio Monteverdi
5 stemmige Madrigaal (wereldlijke tekst)
Voorbeeld: stemparen
Slide 12 - Slide
Cantus Firmus
Polyfone compositietechniek waar een vaste, terugkerende bestaande melodie
(vaak die van een Gregoriaans gezang of van een volkslied) als basis dient,
waaromheen één of meer tegenstemmen zijn gecomponeerd.
Een veelvoorkomende cantus firmus is het volkslied L'homme armé; uit de Renaissance zijn
meer dan veertig werken overgeleverd met de titel Missa l’homme armé.
Missa L'Homme Armé - Ockeghem
Volksliedje
Voorbeeld: Cantus Firmus
Tenorstem zingt melodie volkslied
Volkslied:Een lied bedacht en gezongen door het gewone volk. De maker is vaak anoniem. Mondelinge overdracht.
Slide 13 - Slide
Homofoon / Polyfoon
Polyfoon
Verschillende partijen zingen/spelen tegelijkertijd andere noten/ritmes maar soms ook andere teksten
Homofoon
Verschillende partijen zingen/spelen allemaal grotendeels hetzelfde ritme
Video voorbeeld: In deze video zie je imitatie + stemparen + polyfonie + homofonie
Slide 14 - Slide
Pavane + Gaillarde
Hofdansen
Pavane
Langzame wandel/loop-dans om mee binnen te komen in de balzaal. Tweedelige maatsoort.
Gaillarde
Snelle springdans. Driedelige maatsoort
Video voorbeeld: In deze video zie je eerst de Pavane en vanaf 3:20 de Gaillarde.
Slide 15 - Slide
Madrigaal / Motet
Meerstemmige liederen
Madrigaal
Meerstemmig lied, met een wereldlijke tekst. Vaak in de landstaal. Homofonie en polyfonie wisselen elkaar af.
De tekst wordt vaak nagebootst in de muziek.
Motet
Polyfoon koorwerk met een bijbelse tekst.
Video voorbeeld: Now Is The Month Of Maying - Thomas Morley. Madrigaal.
Slide 16 - Slide
Examenvragen
Stijlperiode de Renaissance
Slide 17 - Slide
P. Passereau - Il Est Bel Et Bon
De volgende vragen gaan over het vierstemmige chanson 'Il Est Bel Et Bon'
(hij is knap en goed) van de Franse componist Pierre Passereau (1509-1547).
Het koorwerk is geschreven voor vier stemmen.
In deze uitvoering worden alle stemmen door mannen gezongen.
Slide 18 - Slide
De compositie gaat over vier vrouwen die enthousiast spreken over hun echtgenoten. Noem 2 manieren waarop dit enthousiasme muzikaal uitgebeeld wordt. Laat de tekst buiten beschouwing.
Slide 19 - Open question
Het fragment is het begin van het werk. Welke polyfone compositietechniek past de componist toe? Geef de technische term. Let op: het tempo is zeer snel.
Slide 20 - Open question
Welk notenvoorbeeld geeft de sopraanpartij juist weer?
A
A
B
B
C
C
D
D
Slide 21 - Quiz
Noem twee manieren waarop het vetgedrukte woord 'ne' benadrukt wordt.
Slide 22 - Open question
In het begin en het einde van het fragment wordt er steeds in combinaties van twee stemmen gezongen. Welke combinaties van stemmen zijn dat steeds?
A
sopraan & alt
tenor & bas
B
sopraan & tenor
alt & bas
C
sopraan & bas
alt & tenor
Slide 23 - Quiz
In het fragment spreken de vrouwen over hun kippen. Noem 2 manieren waarop de componist de kippen muzikaal uitbeeldt. Laat het tempo buiten beschouwing.
Slide 24 - Open question
Het fragment is het slot van het chanson. Er wordt twee keer hetzelfde gedeelte gezongen. De sopraanpartij is weergegeven.
Welke soort dynamiek wordt toegepast? Geef de technische term.
Slide 25 - Open question
Het fragment is het slot van het chanson. Er wordt twee keer hetzelfde gedeelte gezongen. De sopraanpartij is weergegeven.
Bij welk cijfer zet de bas steeds in?
A
cijfer 1
B
cijfer 2
C
cijfer 3
Slide 26 - Quiz
Met welke klank eindigt het chanson?
A
met alleen de grondtoon
B
met de grondtoon en een terts
C
met de grondtoon en een kwint
Slide 27 - Quiz
Er wordt in de vragen telkens gesproken over een chanson. Maar welke andere term kunnen we gebruiken voor een zangstuk als dit?