Duitsland 1871-1945: Het Duitse keizerrijk 1871-1919


Historische Context
Duitsland in Europa


Deel 1: 1871-1919
1 / 51
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

This lesson contains 51 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson


Historische Context
Duitsland in Europa


Deel 1: 1871-1919

Slide 1 - Slide

Feniks, Geschiedenis Werkplaats, Memo, Saga

Slide 2 - Slide

Leerdoel
Aan het eind van deze les kun je herkennen en uitleggen wat de vorming van het Duitse keizerrijk betekende voor het machtsevenwicht
tussen de Europese grootmachten in de periode 1871-1919.

Slide 3 - Slide

Kenmerkende aspecten

  • 31: De Industriële Revolutie die in de westerse wereld de basis legde voor een industriële samenleving
  • 33: De moderne vorm van imperialisme die verband hield met de industrialisatie
  • 36: De opkomst van de politiek-maatschappelijke stromingen: liberalisme, nationalisme, socialisme, confessionalisme en feminisme
  • 40: Het voeren van twee wereldoorlogen
  • 41: Verwoestingen op niet eerder vertoonde schaal door massavernietigingswapens en de betrokkenheid van de burgerbevolking bij oorlogvoering

Slide 4 - Slide


Van Duitse Bond naar Keizerrijk
1815-1866


  • Na het Congres van Wenen (1815) waren er 39 Duitse staten, die zich hadden verenigd in de Duitse Bond
  • Otto van Bismarck (vanaf 1862 kanselier van Pruisen) wil de invloed van Oostenrijk op de Duitse Bond verkleinen en de macht van Pruisen vergroten

Slide 5 - Slide


Van Duitse Bond naar Keizerrijk
1866-1871


  • In 1866 verlaat Pruisen (met een aantal andere staten) de Duitse Bond uit onvrede om verder te gaan in de Noord-Duitse Bond (realisatie: 1867)
  • De Oostenrijks-Pruisische Oorlog (1866) wordt gewonnen door de Noord-Duitse Bond.
  • Pruisen verovert of annexeert daarna bijna alle andere Duitse staten
De Pruisische koning Wilhelm 1 en Otto van Bismarck kijken naar het slagveld tijdens de Oostenrijks-Pruisische Oorlog (1866)

Slide 6 - Slide

De Noord-Duitse Bond
De Duitse Bond
De Noord-Duitse bond
Het Duitse Keizerrijk

Slide 7 - Slide


De Frans-Duitse Oorlog (1)
1870-1871



  • Directe oorzaak was een conflict om de troonsopvolging in Spanje: een Pruisische prins zou daar koning kunnen worden
  • Frankrijk zou dan ingesloten zijn tussen twee grote 'Pruisische' landen.
  • Bismarck stuurt bewust aan op een oorlog (bewerkt bericht van Wilhelm I)
  • Frankrijk reageert hierop door de Noord-Duitse Bond de oorlog te verklaren

Slide 8 - Slide


De Frans-Duitse Oorlog (2)
1870-1871



  • Tijdens de slag bij Sedan (september 1870) werd het Franse leger verslagen en koning Napoleon III gevangen genomen. Duitse leger omsingeld Parijs.
  • In mei 1871 werd uiteindelijk de Vrede van Frankfurt getekend. 
  • Frankrijk verloor Elzas-Lotharingen en moest een schadevergoeding betalen.

Slide 9 - Slide


De Duitse eenwording
1871


  • De oorlog én overwinning op de Fransen had sterke nationalistische gevoelens bij de Duitsers opgeroepen.
  • In de spiegelzaal in Versailles wordt Wilhelm I gekroond tot eerste Duitse keizer.
  • Het Keizerrijk was een conservatieve monarchie en sterk militaristisch
De proclamatie van Wilhelm I tot Duits keizer op 18 januari 1871: in de Spiegelzaal van het paleis van Versailles werd het Duitse Keizerrijk uitgeroepen.
Door de plechtigheid in het buitenland te houden werd niet één van de Duitse staten bevoordeeld en werd Wilhelm I keizer van alle Duitsers. Daarnaast was het een vernedering voor de Fransen, die even daarvoor de Frans-Duitse Oorlog (1870-1871) hadden verloren.

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide


Kaiser und Reichskanzler
  • De keizer en de Rijkskanselier hebben de meeste macht
  • De keizer benoemt de Rijkskanselier
  • De Rijkskanselier benoemde op zijn beurt de ministers en kon de Rijksdag ontbinden.
  • De Rijksdag mocht de Rijkskanselier en zijn ministers niet ter verantwoording roepen of hen tot aftreden dwingen.
Wilhelm I en Otto von Bismarck als hoeders van de Duitse natie en nationalisme: Wij Duitsers vrezen God en verder niets in de wereld.

Slide 12 - Slide


Alliantiepolitiek van Bismarck (1)

  • Duitsland is door industrialisatie een sterke economische en politieke macht geworden
  • Duitsland is omringd door sterke landen(Frankrijk/Oostenrijk-Hongarije/Rusland), die de macht van Duitsland vrezen
  • Bismarck wil machtsevenwicht bewaren door alliantiepolitiek
  • Bismarck probeerde daarnaast vooral Engeland te vriend te houden.
Spotprent:
Bismarck met de touwtjes in handen. De drie mannen zijn de keizers van Duitsland, Rusland en Oostenrijk-Hongarije.

Slide 13 - Slide


Alliantiepolitiek van Bismarck (2)

  • Congres in Berlijn (1878): Bismarck nodigt landen uit om over problemen op de Balkan te praten.
  • Conferentie van Berlijn (1884): Bismarck nodigt Europese landen en de VS uit om te praten over de koloniale verdeling van Afrika.  Doel Bismarck: geen oorlog EU, koloniën voor Duitland, spanning tussen GB en FR creëren.
  • De Conferentie van Berlijn is een voorbeeld van modern imperialisme

Slide 14 - Slide


Weltpolitiek 1888-1918
  • Nieuwe keizer Wilhelm II (1888-1918) wil dat Duitsland een Weltmacht (wereldmacht) wordt: met veel koloniën, grote nadruk op militarisme en een sterke vloot (Vlootwet, 1898)
  • Bismarcks alliantiepolitiek werd verlaten en vervangen door de zogenaamde Weltpolitik.
  • Bismarck botst met Wilhelm II en wordt ontslagen
De proclamatie van Wilhelm I tot Duits keizer op 18 januari 1871: in de Spiegelzaal van het paleis van Versailles werd het Duitse Keizerrijk uitgeroepen.
Door de plechtigheid in het buitenland te houden werd niet één van de Duitse staten bevoordeeld en werd Wilhelm I keizer van alle Duitsers. Daarnaast was het een vernedering voor de Fransen, die even daarvoor de Frans-Duitse Oorlog (1870-1871) hadden verloren.

Slide 15 - Slide


Gevolgen Weltpolitiek (1888-1918)
  • Industrie in teken van leger: Duitsland breidt oorlogsvloot enorm uit (Vlootwet 1898, systematische uitbouw Duitse oorlogsvloot) - wapenwedloop.
  • Generaals bedenken aanvalsplannen (o.a.: Von Schlieffenplan
  • Door de voorsprong van Frankrijk en Engeland op het wereldtoneel heeft de Weltpolitiek weinig succes en gaat Duitsland zich meer richten op Europa

De keizer van Duitsland is op reis

Slide 16 - Slide


Von Schlieffenplan

  • Duitsland was ingesloten tussen twee vijanden: Frankrijk en Rusland
  • Om een tweefrontenoorlog te voorkomen wilden de Duitsers met dit plan eerst snel Frankrijk uitschakelen, om daarna Rusland te kunnen verslaan

Slide 17 - Slide


De Eerste Wereldoorlog
1914-1918

Oorzaken en aanleiding

Slide 18 - Slide


Oorzaak:
Wapenwedloop





Vooral tussen Engeland en Duitsland ontstaat 
een felle strijd om wie de sterkste en meeste wapens heeft

Slide 19 - Slide


Oorzaak:
Modern imperialisme





De Europese landen willen hun macht uitbreiden in Azië en Afrika.

Slide 20 - Slide

0

Slide 21 - Video


Oorzaak 6
Nationalisme





Extreme trots op het eigen volk en land: 'Ons land is het beste!'

Slide 22 - Slide

0

Slide 23 - Video


Oorzaak:
Militarisme





Trots op alles wat met het eigen leger te maken heeft
Vertrouwen in de kracht van het eigen leger

Slide 24 - Slide


Oorzaak:
Bondgenootschappen





Economische en militaire afspraken tussen de landen: 
Wij helpen elkaar!

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Slide


Oorzaak:
Het Ottomaanse Rijk valt uit elkaar





Het oude rijk stond in Europa bekend als: 
de zieke man van Europa








Het oude rijk stond in Europa
bekend als: de zieke man van Europa
Rusland en Oostenrijk-Hongarije proberen gebieden af te scheuren van het Ottomaanse Rijk

Slide 27 - Slide

Alle oorzaken zorgen voor een explosieve situatie in Europa
Het wachten is op het aansteken van de lont...

Slide 28 - Slide

Bosnië is in 1914 deel van Oostenrijk-Hongarije, maar niet iedereen is daar blij mee. Een groep nationalisten, de Bende van de Zwarte Hand, wil bij Servië horen en willen ver gaan om dit doel te bereiken...

Slide 29 - Slide


Aanleiding
Gavrilo Princip vermoordt Franz-Ferdinand





De kroonprins van Oostenrijk-Hongarije bracht op 28 juni 1914 een bezoek aan de Bosnische stad Sarajevo. Daar wordt hij vermoord door de Bende van de Zwarte Hand.

Slide 30 - Slide


De Eerste Wereldoorlog
1914-1918

Verloop en kenmerken

Slide 31 - Slide


Loopgravenoorlog


  • Het Von Schlieffenplan mislukt: de opmars van Duitsland loopt vast bij de rivier de Marne in Noord-Frankrijk (Slag bij de Marne, 1914)
  • Aan beide kanten van het front worden loopgraven gegraven

Slide 32 - Slide

0

Slide 33 - Video

Zandzakken waren gevuld met aarde en modder, en waren bedoeld om de soldaten te beschermen
In het begin van de oorlog waren de rantsoenen nog wel redelijk, maar naarmate de oorlog langer duurde, was er ook steeds minder (goed) eten.
Als de soldaten niet hoefden te vechten, speelden ze bijvoorbeeld met kaarten.
Behalve de vijand hadden de soldaten veel last van ongedierte, zoals ratten en vlooien. Sommige soldaten kwamen de tijd tussen de gevechten door met het doden van ratten.
Honden hielden de soldaten niet alleen gezelschap, ze bezorgden ook boodschappen tussen de verschillende loopgraven.
Soldaten konden vaak alleen maar overdag slapen, omdat 's nacht een goed moment was om de loopgraven van de vijanden te bespioneren. 
Met een periscoop konden de soldaten de vijand bekijken, zonder grote risico's te nemen. Een periscoop werkt met spiegels.
Er zijn duizenden brieven en dagboeken van soldaten uit de Eerste Wereldoorlog bewaard gebleven. Dit zijn tegenwoordig belangrijke en waardevolle bronnen.
Voor de veiligheid van de soldaten waren de loopgraven in zigzag-vorm.
Tussen de Noordzee en de Zwitserse grens (Westfront) wordt 40.000km aan loopgraven aangelegd.
Het gebied tussen de loopgraven wordt in vier jaar tijd compleet omgeploegd. Er ontstaat een niemandsland.
360˚ video van een loopgraaf
Tijdens de video kun je alle kanten opkijken! Probeer het maar eens uit!
Op wacht staan was één van de belangrijkste taken die je kon krijgen. Op het in slaap vallen tijdens de wacht stonden zeer zware straffen.
Behalve vechten en wacht houden, waren er nog genoeg andere vervelende klusjes in een loopgraaf, zoals zandzaken bijvullen, prikkeldraad repareren of het leegmaken van de latrines (wc's)

Slide 34 - Slide

Nieuwe wapens
  • Om de loopgravenoorlog te doorbreken worden uitvindingen gedaan die zorgen voor nieuwe wapens.

  • Naast generaals bepalen ook steeds meer wetenschap en techniek het verloop van de oorlog.

  • De Eerste Wereldoorlog wordt 'de oorlog van de uitvinders'

Slide 35 - Slide

Gevolgen
  • De nieuwe wapens en oorlogsvoering laten zichtbare en onzichtbare verwondingen achter

  • Van de mannen met de kapotgeslagen gezichten...

  • ...tot zware psychische klachten, vaak omschreven als Shellshock

Slide 36 - Slide

Bondgenootschappen
(tot 1917)

  • Geallieerden: Frankrijk, Engeland, Rusland, Italië, Servië

  • Centralen: Duitsland, Oostenrijk-Hongarije, Turkse Rijk, Bulgarije

Slide 37 - Slide


Geallieerden

Engeland
Frankrijk
Rusland (tot 1917)
Verenigde Staten (vanaf 1917)
Italië (vanaf 1915)

Centralen

Duitsland
Oostenrijk-Hongarije
Turkije
Bulgarije


Slide 38 - Slide

Klik op de vraagtekens om de zinnen te bekijken
Waarom is 1917 een keerpuntjaar?
Sleep de zinnen naar de juiste plek
Duitsland geeft zich over
Frankrijk geeft zich over
De Verenigde Staten stoppen met de oorlog
Franz-Ferdinand wordt vermoord
Na de Russische Revolutie stopt Rusland met de oorlog
Duitsland wordt bondgenoot van Rusland
De Verenigde Staten doen mee met de oorlog
Nederland wordt neutraal

Slide 39 - Drag question


Novemberrevolutie
november 1918


  • In november 1918 braken in heel Duitsland opstanden uit. 
  • Arbeiders en soldaten eisten sociale en politieke hervormingen.
  • De legerleiding zag dit als een mooie reden om zelf geen schuld te hebben aan de verloren oorlog (later: Dolkstootlegende)
  • Keizer Wilhelm II vlucht naar Nederland (10 novemer 1918)
Keizer Wilhelm II (vierde van links) neemt afscheid van zijn adjudanten op station Eijsden bij de Belgisch-Nederlandse grens op 10 november 1918 op weg naar zijn ballingschap in Nederland

Slide 40 - Slide


Wapenstilstand
11-11-1918, 11 uur


  • De vrede met de Russen had er niet voor gezorgd dat de Duitsers de oorlog het Westfront konden winnen.
  • Uiteindelijk zorgt de komst van de Amerikanen voor de doorslag: na vier jaar is het voorbij voor Duitsland

Slide 41 - Slide

Welke landen?
  • Engeland (Lloyd George)
  • Frankrijk (Clemenceau)
  • Verenigde Staten (Wilson)
  • Italië (Orlando)

  • Duitsland mocht als verliezer niet meepraten

  • Rusland, dat zijn bondgenoten in de steek had gelaten, was ook niet uitgenodigd

Slide 42 - Slide

14 punten van Wilson
  • Vrijheid voor alle volken: elk volk moet een eigen land hebben, met eigen grenzen (= zelfbeschikkingsrecht)

  • Democratie voor alle landen

  • Oprichting Volkenbond (voorloper Verenigde Naties: 'eerst praten, dan vechten').

Slide 43 - Slide


Groot-Brittannië



  • Duitsland straffen, maar niet al te zwaar
  • Duitsland is een belangrijke handelspartner
  • Kan niet al te vriendelijk zijn: het volk zit vol wraak.
  • Als het kan: macht uitbreiden in het Midden-Oosten

Slide 44 - Slide


Frankrijk


  • Duitsland zwaar straffen.
  • Duitsland economisch verzwakken.
  • Duitsland militair verzwakken.
  • Grondgebied terugpakken (Elzas-Lotharingen)
  • Als het kan: macht uitbreiden in het Midden-Oosten

Slide 45 - Slide

Verdrag van Versailles (1)

  • Duitsland moet veel grondgebied afstaan (ongeveer 10%)

  • Duitsland moet kolonies afstaan

  • Duitsland mag geen leger meer hebben van groter dan 100.000 man

  • Duitsland moet herstelbetalingen doen aan vnl. Frankrijk

Slide 46 - Slide

Verdrag van Versailles (2)

  • Duitsland mag geen grote oorlogsschepen meer hebben (bepaald gewicht)

  • Duitsland mag geen luchtmacht meer hebben

  • Duitsland moet Polen doorgang geven naar de Oostzee (Poolse Corridor)

  • Grens tussen Frankrijk en Duitsland wordt gedemilitariseerd (Rijnland).

Slide 47 - Slide

Slide 48 - Slide


Vrede van Versailles
28 juni 1919




Exact 5 jaar na de aanslag op Franz-Ferdinand 
door Gavrilo Princip is de oorlog voorbij.


Slide 49 - Slide



Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd

Slide 50 - Open question



Stel 1 vraag over iets dat je deze les nog niet zo goed hebt begrepen

Slide 51 - Open question